Houd transparanten vast aan de randen en raak de te bedrukken zijde niet aan.
Vingerafdrukken kunnen problemen met de afdrukkwaliteit veroorzaken.
Plaats het papier
3
Houd bij het plaatsen van het papier de volgende methode aan, afhankelijk van
de papiersoort:
•
•
•
•
•
•
96
met de te bedrukken zijde naar boven
Enveloppen: plaats ze met de kant van de klep naar beneden en met de zone voor
de zegel in de linker bovenhoek.
Transparanten: plaats ze met de te bedrukken kant naar boven en de bovenkant
met het kleefstrookje eerst in de printer.
Etiketten: plaats ze met de te bedrukken kant naar boven en met de korte bovenrand
eerst in de printer.
Voorbedrukt papier: plaats het met de designkant naar boven, met de bovenrand
in richting van de printer.
Kaarten: plaats het met de te bedrukken kant naar boven en met de korte rand eerst
in de printer.
Voorbedrukt papier: Plaats het papier met de bedrukte zijde naar onder. De kant
die naar de printer gericht is, mag niet gekruld zijn.
.