TCP/IP configureren
•
Statische adressering: Het TCP/IP-adres wordt handmatig toegewezen door
de systeembeheerder.
•
Dynamische adressering BOOTP/DHCP (standaard): Het TCP/IP-adres wordt
automatisch door een DHCP- of BOOTP-server op uw netwerk toegekend.
OPMERKING:
ingesteld.
TCP/IP instellen
Voer de volgende stappen uit om de TCP/IP-instelling vanaf het bedieningspaneel
van uw printer in te voeren:
Druk op Instelling
1
Druk op de toets Volg. (
2
Druk op de pijl-omhoog/omlaag om Netwerkinstellingen te selecteren.
3
Druk op de pijl-omhoog/omlaag totdat u het gewenste protocol ziet.
4
Als u TCP/IP (IPv4) hebt geselecteerd.
a
b
Als u TCP/IP (IPv6) hebt geselecteerd.
a
b
Druk op het home-pictogram (
5
Statische adressering
Voer de volgende stappen uit om het TCP/IP-adres vanaf het bedieningspaneel van uw printer
in te voeren:
Druk op Instelling
1
Druk op de toets Volg. (
2
Druk op de pijl-omhoog/omlaag om Netwerkinstellingen te selecteren.
3
Druk op de pijl-omhoog/omlaag om TCP/IP (IPv4) te selecteren.
4
Druk op de pijl-omhoog/omlaag om IP-adres instellen te selecteren.
5
Selecteer Configuratie en druk op de pijl-links/rechts om Handmatig te selecteren.
6
Selecteer het menu IP-adres.
7
Een IP-adres bestaat uit 4 bytes.
188
Het IP-adres voor TCP/IP (IPv6) kan alleen door de systeembeheerder worden
Apparaatinstellingen vanuit het beginscherm.
Klik op IPv4 Activeren.
Druk op de pijl-links/rechts om de instelling te wijzigen in Aan (inschakelen) of Uit
(uitschakelen).
Klik op IPv6 Activeren.
Druk op de pijl-links/rechts om de instelling te wijzigen in Aan (inschakelen) of Uit
(uitschakelen).
Apparaatinstellingen vanuit het beginscherm.
).
) om terug te keren naar de stand-bymodus.
).