21.2
Omgang met waterige chloordioxide-oplossingen
21.2.1
Markeringen en bebording
21.2.2
Opslag
21.2.3
Maatregelen bij morsen, lekkages, ontsnappen van gas
21.2.4
Maatregelen bij branden
21.2.5
Recycling
21.3
Gezondheidsbescherming
21.3.1
MAC-waarde en geurdrempel
MAC-waarde:
Geurdrempel:
21.3.2
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM)
Adembescherming:
Oogbescherming:
Veiligheidsinformatieblad chloordioxide
De werkplek en -omgeving moeten worden gemarkeerd met duidelijke
borden, volgens ongevalpreventievoorschrift "Chlorering van water" (GUV
8.15, bijlage 3).
Vanwege het explosiegevaar mag chloordioxide niet als gas en niet als
geconcentreerde waterige oplossing worden opgeslagen en getranspor‐
teerd. Daarom wordt het uitsluitend in speciale installaties geproduceerd
als verdunde (zie lid 1.1.3) waterige oplossing voor onmiddellijk gebruik.
Gas met een waternevel neerslaan.
Weggelekte oplossing overgieten met een natriumthiosulfaatoplossing,
daarna met veel water verdunnen en wegspoelen in het riool.
Chloordioxide zelf is niet brandbaar, maar werkt wel brandbevorderend.
Explosieve ontleding bij temperaturen vanaf 100 graden C. Koel het vat
met water en weglekkend chloordioxidegas neerslaan met waternevel. Bij
omgevingsbranden gelden geen beperkingen voor de inzet van brandblus‐
middelen.
Zie lid 1.2.3
0,1 ppm (ml/m
3
) resp. 0,3 mg/m
Chloordioxidegas is vanaf een concentratie van circa 15 mg/m
ruiken.
Gasmasker, filter B/grijs
Veiligheidsbril, gezichtsmasker
3
3
lucht te
73