Printerinstellingen
De meeste Windows-applicaties bieden de mogelijkheid om de printerinstellingen te wijzigen.
Hieronder bevinden zich instellingen die bepalen hoe een afdrukopdracht eruit komt te zien,
zoals papierformaat, papierrichting en kantlijnen.
Instellingen van de applicatie waarin het document is gemaakt vervangen meestal de
instellingen van de printerdriver.
Toegang tot printerinstellingen
U kunt een van de volgende methoden gebruiken om de printerinstellingen te openen.
Windows 98/Me
Selecteer in iedere Windows-applicatie de opdracht Bestand > Afdrukken>
Eigenschappen of Bestand > Printerinstellingen.
Selecteer de Xerox WorkCentre 4118-printer in de map Printers, vervolgens selecteert u
Bestand > Eigenschappen (of u selecteert het printerpictogram in de map Printers en u
klikt u met de rechtermuisknop).
Windows NT 4.0
Selecteer in iedere Windows-applicatie de opdracht Bestand > Afdrukken>
Eigenschappen of Bestand > Printerinstellingen.
Selecteer de Xerox WorkCentre 4118-printer in de map Printers, klik met de
rechtermuisknop en selecteer vervolgens Standaardinstellingen document in de
vervolgkeuzelijst.
Xerox WorkCentre 4118 Handleiding voor de gebruiker
U hoeft geen enkele toets van het bedieningspaneel te gebruiken om het apparaat als
PC-printer te gebruiken. Als u bijvoorbeeld het afdrukcontrast wilt aanpassen, dan selecteert u
de instellingen in de printerdriver en hoeft u dit niet te doen via de optieLichter/Donkerder op
het bedieningspaneel van het apparaat.
OF
OF
Pagina 6-3