Fig. 6.4 stelpootjes instellen
6.5 Water aansluitingen
1
2
3
4
1. Aansluiting warmwateraanvoer R 3/4'' met knieverloop naar 15 mm
2. Dompelbuis voor boilersensor
3. Retourleiding warmtecircuit zonnecollector
4. Aanvoerleiding warmtecircuit zonnecollector
5. Aansluiting koud wateraanvoer R 3/4'' met knieverloop naar 15 mm
6. Sticker aansluitschema
Fig. 6.5 wateraansluitingen
6.6 Het warmtecircuit aansluiten
- Leg de "zonnecollectorleiding 2 in 1" eerst vanaf de
locatie van de zonnecollector(en) naar de locatie van de
zonneboiler.
- Neem de voorschriften in acht voor de maximaal te
overbruggen afstand en het benodigde hellings-
percentage (zie hoofdstuk "maximale montage hoogte").
- Verbind de bovenste warmteaansluiting(en)
(aanvoerpunt zonnecollector) met behulp van de
"zonnecollectorleiding 2 in 1" met het retourcircuit van
de zonneboiler (3) dat zich op het bovenste deel van de
zonneboiler bevindt.
- Verbind de onderste warmteaansluiting(en) (retour-
leiding zonnecollector) met behulp van de "zonne-
collectorleiding 2 in 1" met het aanvoercircuit van de
zonneboiler (4) dat zich op het bovenste deel van de
zonneboiler bevindt.
OPMERKING!
De ontblote delen van de "zonnecollector-
leidingen 2 in 1" mogen alleen met de hand
worden gebogen. De krommingstraal mag
niet kleiner zijn dan 100 mm om vernauwing,
rimpeling of plooiing te voorkomen.
LET OP!
Dat u de elektriciteitskabel van de zonne-
collectorsensor, die zich in het isolatie-
materiaal bevindt, niet beschadigt wanneer
u de "zonnecollector leidingen 2 in 1"
behandelt en in secties verdeelt.
- Zet de steunbussen (14) in aanslag op de warmtebuis (13).
- Plaats een spanmoer (15) en een knelring (10) op de
warmtebuis (13).
- Steek de warmtebuis (13) in aanslag in de wartel-
koppeling (11), draai vervolgens de spanmoeren (12) en
(15) in die positie vast.
- Controleer of de spanmoeren goed zijn vastgedraaid.
Terwijl u de moeren vastdraait, dient u de andere zijde
te ondersteunen om te voorkomen dat het warmte-
verbindingsstuk wordt beschadigd.
5
OPMERKING!
indien u de spanmoeren monteert zonder
gebruik te maken van de steunbussen, loopt
6
de leiding het risico te worden verbogen,
waardoor het systeem niet meer waterdicht
is en het warmteverbindingsstuk wordt
beschadigd.
10
11
12
Fig. 6.6 leidingen aansluiten
13
14
15
31