- Plaats deze eerst op de twee onderste moeren van de
montagerails en zet de zonnecollector daarna vlak op de
rails neer.
- Centreer de zonnecollector ten opzichte van de rails.
- Monteer de 2 bevestigingsspies (3).
- Draai de moeren vast.
LET OP!
De pijl die boven op het profi el is
gegraveerd, dient naar de zonnecollector
toe te wijzen.
3
Fig. 3.14 plaatsen van tweede collector
(*) Niet geleverd bij standaard set, is optioneel te bestellen.
1
1
2
2
3.15 Zonnecollectoren verbinden
1
2
3
4
5
6
7
1. Verbindingsleiding met moeren voor aansluiting van tweede collector
2. Pakking
3. Wartelkoppeling
4. Knelring
5. Spanmoer
6. Steunbus
7. Verbindingsstuk voor onderste zonnecollector
8. Verbindingsstuk van de bovenste zonnecollector
Fig. 3.15 zonnecollectoren verbinden
OPMERKING!
Monteer de spanmoeren met gebruik van de
steunbussen, anders loopt de verbindings-
buis het risico te verbuigen, waardoor het
systeem niet meer waterdicht is en het
aansluitstuk van de zonnecollector wordt
beschadigd.
- Wanneer u de moeren aandraait, dient u de andere zijde
te ondersteunen om te voorkomen dat het aansluitstuk
van de zonnecollector wordt beschadigd en dient u te
controleren of ze stevig genoeg zijn vastgedraaid.
- Zet de steunbussen (6) op de twee zonnekoppelstukken
(7) en (8).
- Plaats de spanmoeren (5) en de knelringen (4).
- Plaats de wartelkoppelingen (3) en draai de spanmoeren
vast (5).
- Plaats de pakkingen (2) in de moeren van de verbin-
dingsbuis (1) en draai de moeren op de koppelingen van
de zonnecollector (7) en (8) vast.
2
3
4
5
6
8
23