Veiligheidssystemen
Oververhittingsbeveiliging
De inductiespoel is voorzien van een
oververhittingsbeveiliging. Voor de in-
ductiespoel oververhit raakt, wordt een
van de volgende maatregelen gestart:
– Als de boosterfunctie ingeschakeld
is, wordt die onderbroken.
– Als de temperatuur na het onderbre-
ken van de boosterfunctie verder
stijgt, wordt de vermogensstand ver-
minderd.
– Als de temperatuur na het vermin-
deren van de vermogensstand ver-
der stijgt, wordt de inductiewok uit-
geschakeld en wordt op het display
een H weergegeven.
^ Draai de bedieningsknop op "0".
Pas wanneer de H gedoofd is, kan de
inductiewok weer zoals gewoonlijk wor-
den gebruikt.
Als de bedieningsknop niet op "0" wordt
gedraaid, knipperen op het display af-
wisselend C en 0 zodra de inductiewok
voldoende afgekoeld is. Om het toestel
weer te kunnen gebruiken, moet de be-
dieningsknop eerst op "0" worden ge-
draaid.
22
De inductiespoel van de inductiewok
kan oververhitten, als
– het toestel te lang op maximaal ver-
mogen wordt gebruikt.
– als het toestel niet voldoende wordt
geventileerd.
Als zich onder het ingebouwde toestel
een lade bevindt, moet voldoende af-
stand in acht worden genomen tussen
de inhoud van de lade en de onderkant
van het toestel. Zo blijft de ventilatie ge-
waarborgd.
Als de oververhittingsbeveiliging op-
nieuw in werking treedt, verwittigt u de
Technische Dienst van Miele.