Vooruit en achteruit rijden
1. Trek de noodstopschakelaar op het platform-
bedieningsstation uit, start de motor en acti-
veer de voetschakelaar.
2. Plaats de rijregelaar naar wens op
vooruit of achteruit.
Deze machine is uitgerust met een rijrichtingsindicator. Het gele
lichtje op de platformbedieningsconsole geeft aan dat de giek
voorbij de achterbanden is gezwenkt en dat de machine in de
tegenovergestelde richting van de beweging van de bedienings-
elementen kan rijden/sturen. Als de indicator brandt, moet de rij-
functie als volgt worden bediend:
1. Stem de zwarte en witte
richtingpijlen op de
platformbedienings-
console en het chassis
op elkaar af om de rij-
richting van de machine
te bepalen.
3123865
VOORUIT
ACHTERUIT
– JLG Hoogwerker –
HOOFDSTUK 4 - MACHINEBEDIENING
1. Druk op de schakelaar Opheffen rijrichting en
laat deze los. Beweeg binnen 3 seconden de
rijbedieningshendel langzaam in de richting
van de pijl die de gewenste rijrichting aan-
geeft. Het indicatorlichtje knippert 3 seconden
lang totdat de rijfunctie gekozen is.
4.5
STUREN
Zet de duimschakelaar op de rij/stuurregelaar naar
rechts om naar rechts te sturen of naar links om naar
links te sturen.
4.6
PLATFORM
Platform rechtzetten
WAARSCHUWING
GEBRUIK DE FUNCTIE VOOR PLATFORM RECHTZETTEN ALLEEN OM HET PLATFORM
IETS HORIZONTALER TE ZETTEN. DOOR EEN VERKEERD GEBRUIK KUNNEN DE LADING
EN/OF DE PERSONEN OP HET PLATFORM VERSCHUIVEN OF VALLEN. INDIEN DEZE
AANWIJZING NIET WORDT OPGEVOLGD, KAN DIT ERNSTIG OF DODELIJK LETSEL TOT
GEVOLG HEBBEN.
4-9