4.3.1.4
Melken
Beschrijving en bediening
• De tweede stap wordt bestuurd door het sTDS (tepeldetectiesysteem).
Eerst wordt de robotarm gepositioneerd zodat de ronddraaiende
borstels de tepels kunnen reinigen en masseren (voorbehandeling).
Daarna wordt de robotarm gepositioneerd om de tepelbekers vast te
maken aan de tepels. De positie van iedere tepel wordt uitgelezen, te
beginnen met de achterste tepels en daarvan de tepel met de langste
melktijd.
De tepelbekers worden elk apart losgekoppeld na het melken van het
betreffende kwartier. Na het melken worden de tepels afgespoeld, het
voorste hek van de box wordt geopend en de koe verlaat de box. Tijdens
het melken worden ook de reinigingsborstels gedesinfecteerd.
Na het melken wordt de robotarm teruggetrokken naar de startpositie.
Wanneer de tepelbekers vastgemaakt zijn aan de tepels, worden zij op
hun plaats gehouden door de zuiging van het vacuüm in de tepelbekers.
De ruimte tussen de beker en de voering van de tepelbeker wordt
afwisselend onder vacuüm (voering open) en atmosferische druk
gebracht. Wanneer de voering open is stroomt de melk van de tepel.
Wanneer de voering gesloten is stroomt er geen melk en wordt de tepel
gemasseerd.
Het afwisselende vacuüm wordt geregeld door de pulsatoren van de
4Effect.
De zuiger (1, fig. 10, pagina 4-20) beweegt op en neer vanwege een
afwisselende spanning van de pulsatorspoel. Dit veroorzaakt
drukveranderingen (2) die de tepel stimuleren (3) en de tepel tijdens het
melken masseren.
De klep (6) opent of sluit de invoer van perslucht of vacuüm naar de
omgeving (5) van de 4Effect afsluithoes. Dit opent de hoes voor het
melken en sluit deze na het melken.
Het werkvacuüm op de melkleiding laat melk door de melkleiding
stromen (4) terwijl de ontluchtingsgaten onderin de tepelbekers lucht
inlaten.
De 4Effect is geïnstalleerd in het onderste gedeelte van de robotarm en
wordt bestuurd door het ASTRONAUT A3 Next melksysteem.
Het melken duurt in de meeste gevallen 4 tot 15 minuten, afhankelijk
van de hoeveelheid melk en de melkstroom van de kwartieren.
innovators in agriculture
4-19