uw toestel als een draagbaar toestel is aangesloten op uw
Windows-computer, hoeft u het niet op een veilige manier los te
koppelen.
1
Voer een van onderstaande handelingen uit:
• Op Windows-computers: Selecteer het pictogram
Hardware veilig verwijderen in het systeemvak en
selecteer uw toestel.
• Op Mac-computers: Sleep het volumepictogram naar de
prullenbak.
2
Koppel de kabel los van uw computer.
Uw toestel aanpassen
Uw gebruikersprofiel instellen
U kunt uw persoonlijke gegevens instellen, zoals geslacht,
geboortejaar, lengte, gewicht en hartslagzones
hartslagzones instellen, pagina
informatie om nauwkeurige trainingsgegevens te berekenen.
1
Selecteer
> Instellingen > Gebruikersprofiel.
2
Selecteer een optie.
Activiteitenprofielen
Een activiteitenprofiel is een verzameling instellingen waarmee
u het gebruiksgemak van het toestel kunt optimaliseren. Als u
het toestel gebruikt bij het wandelen zijn de instellingen en
gegevensschermen bijvoorbeeld anders dan wanneer u het
toestel gebruikt bij het fietsen.
Als u een profiel gebruikt en u instellingen zoals
gegevensvelden of waarschuwingen wijzigt, worden die
wijzigingen automatisch in het profiel opgeslagen.
Uw activiteitenprofiel wijzigen
Het standaardprofiel is 'hardlopen' met een blauwe accentkleur.
TIP: Dankzij een unieke accentkleur voor elk profiel kunt u
gemakkelijker onthouden welk profiel actief is.
1
Selecteer
> Instellingen > Activiteitenprofielen.
TIP: U kunt ook HARDLOPEN op het startscherm ingedrukt
houden om het profiel te wijzigen.
2
Selecteer een profiel.
3
Selecteer Kleur, en selecteer een accentkleur voor het
profiel.
4
Selecteer Pas profiel toe.
Activiteitinstellingen
Met de volgende instellingen kunt u uw toestel aanpassen aan
uw trainingsbehoeften. U kunt bijvoorbeeld gegevensschermen
aanpassen en waarschuwingen en trainingsfuncties
inschakelen.
Gegevensschermen aanpassen
U kunt gegevensschermen aanpassen aan uw trainingsdoelen
of optionele accessoires. U kunt bijvoorbeeld op een van de
gegevensschermen uw rondetempo of hartslagzone laten
weergeven.
1
Selecteer
> Instellingen > Activiteitinstellingen >
Gegevensschermen.
2
Selecteer een scherm.
3
Selecteer zo nodig
> Status > Aan om het
gegevensscherm in te schakelen.
4
Wijzig zo nodig het aantal gegevensvelden.
5
Selecteer een gegevensveld om het te wijzigen.
Waarschuwingen
U kunt waarschuwingen gebruiken om te trainen op
doelstellingen die zijn gebaseerd op hartslag, tempo, tijd,
8
(Uw
6). Het toestel gebruikt deze
afstand, cadans en calorieën en om tijdintervallen voor
hardlopen/wandelen in te stellen.
Bereikwaarschuwingen instellen
Een bereikwaarschuwing wordt afgegeven telkens wanneer het
toestel een waarde meet die boven of onder een opgegeven
waardenbereik ligt. Als het toestel bijvoorbeeld is voorzien van
een optionele hartslagmeter, kunt u het toestel waarschuwingen
laten geven als uw hartslag onder zone 2 of boven zone 5 komt
(Uw hartslagzones instellen, pagina
1
Selecteer
> Instellingen > Activiteitinstellingen >
Waarschuwingen.
2
Selecteer het type waarschuwing.
Afhankelijk van uw accessoires kunt u waarschuwingen
instellen voor hartslag, tempo en cadans.
3
Schakel de waarschuwing in.
U moet bijvoorbeeld de melding Hoog voor uw hartslag
inschakelen voordat u een zone kunt selecteren of een
aangepaste hartslagwaarde kunt invoeren.
4
Selecteer een zone of voer een waarde in voor elke
waarschuwing.
Telkens als u boven of onder het opgegeven bereik komt, wordt
een bericht weergegeven. Het toestel laat ook een pieptoon
horen of trilt als geluidssignalen zijn ingeschakeld
toestelgeluiden instellen, pagina
Een terugkerende waarschuwing instellen
Een terugkerende waarschuwing wordt afgegeven telkens
wanneer het toestel een opgegeven waarde of interval
registreert. U kunt bijvoorbeeld instellen dat het toestel u elke 30
minuten waarschuwt.
1
Selecteer
> Instellingen > Activiteitinstellingen >
Waarschuwingen.
2
Selecteer Tijd, Afstand of Calorieën.
3
Schakel de waarschuwing in.
4
Selecteer Frequentie en voer een waarde in.
Telkens als u de opgegeven waarde voor een waarschuwing
bereikt, wordt een bericht weergegeven. Het toestel laat ook een
pieptoon horen of trilt als geluidssignalen zijn ingeschakeld
toestelgeluiden instellen, pagina
Looppauze-waarschuwingen instellen
In bepaalde hardloopprogramma's worden regelmatige
looppauzes ingelast. Tijdens een lange training kan het toestel u
bijvoorbeeld waarschuwingen geven om na vier minuten
hardlopen één minuut te wandelen en dit patroon herhalen. Auto
Lap
functioneert op de juiste manier wanneer u gebruikmaakt
®
van de looppauze-waarschuwingen.
1
Selecteer
> Instellingen > Activiteitinstellingen >
Waarschuwingen > Ren/Loop > Status > Aan.
2
Selecteer Rentijd en voer een tijd in.
3
Selecteer Looptijd en voer een tijd in.
Telkens als u de opgegeven waarde voor een waarschuwing
bereikt, wordt een bericht weergegeven. Het toestel laat ook een
pieptoon horen of trilt als geluidssignalen zijn ingeschakeld
toestelgeluiden instellen, pagina
Auto Pause
gebruiken
®
U kunt de functie Auto Pause gebruiken om de timer
automatisch te onderbreken als u stopt met bewegen of
wanneer uw tempo of snelheid onder de opgegeven waarde
komt. Dit is handig als er verkeerslichten of andere plaatsen
voorkomen in uw activiteit waar u uw snelheid moet verlagen of
moet stoppen.
OPMERKING: De geschiedenis wordt niet vastgelegd wanneer
de timer is gestopt of gepauzeerd.
1
Selecteer
> Instellingen > Activiteitinstellingen > Auto
Pause.
6).
(De
9).
9).
9).
Uw toestel aanpassen
(De
(De