TYPISCH
1. Intercooler
2. Uitlaatnippel
3. Inlaatnippel
Sluit de bovenste slang van de inter-
cooler opnieuw aan en bevestig ze
met een nieuwe klem.
Uitlaatspruitstuk
Koppel de wateruitlaatslang aan de bo-
venkant van het spruitstuk los van de
uitlaatpijp.
TYPISCH
1. Uitlaatspruitstuk
2. Uitlaatpijp
3. Klem wateruitlaatslang (herbruikbaar)
Plaats een trechter aan het uiteinde
van de wateruitlaatslang en giet onge-
veer 300vml (10,14voz U.S.) antivries
in het uitlaatspruitstuk.
Sluit de bovenste wateruitlaatslang
opnieuw aan en bevestig ze met de
bestaande klem.
LET OP: Er wordt sterk aanbevolen
antivries in de intercooler en het uit-
laatspruitstuk te gieten. Als u dit
niet doet kunnen deze componen-
ten ernstige schade oplopen.
LET OP: Gebruik alleen onverdun-
de antivries (concentratie 100%).
Voorgemengde antivries van BRP is
NIET geschikt voor deze specifieke
toepassing. De concentratie daalt
door vermenging met het water dat
is achtergebleven in de koelman-
tels.
OPMERKING:
kunt u het best biologisch afbreek-
baar antivriesmiddel gebruiken, dat
geschikt is voor aluminium interne
verbrandingsmotoren. Zo draagt u bij
tot de bescherming van het milieu.
OPMERKING: Tijdens deze bewer-
king hoeft de motor niet te draaien
maar hij moet eerder gedraaid heb-
ben om zoveel mogelijk water uit de
onderdelen van het koelsysteem te
verdrijven.
Accu
Neem contact op met uw erkend
Sea-Doodealer.
Motorkoelsysteem
Het
antivriesmiddel
200 uur of 2 jaar worden vervangen
om kwaliteitsverlies van het antivries-
middel te voorkomen.
De vervanging van het antivriesmiddel
en een densiteitsproef moeten door
een erkend Sea-Doodealer worden uit-
gevoerd.
_____________________
Indien
beschikbaar
moet
iedere
125