4 Onderhoud
VD00700
56 Reinigen warmtewisselaar
• Reinig de pijpen van de warmtewis-
selaar; gebruik een pijpenrager en zoet
water om aangroeisel te verwijderen.
• Spoel de warmtewisselaarpijpen na
met schoon water.
• Reinig de lamellen met benzine en
perslucht, maximaal 2 bar, voorkom
beschadiging van de lamellen.
v
oorzichtiG
Voer alle handelingen voorzichtig uit om
beschadiging aan de pijpenbundel en
lamellen te voorkomen.
• Zorg er voor dat beide deksels van het
laadluchtkoelerhuis vrij zijn van vuilres-
ten.
Reinigen van de laadluchtkoeler
57 Terugplaatsen warmtewisselaar
• Plaats de warmtewisselaar in exact
dezelfde positie terug in het laadlucht-
koelerhuis.
• Reinig de kamers voor de siliconen
pakkingen en de kamers voor de
O-ringen.
• Plaats de deksels terug.
• Controleer de afdichtingen met pers-
lucht (2 bar) om lekkage te voorko-
men.
• Sluit de koelwaterslangen weer aan en
monteer de expansietank weer.
79