5. PROGRAMMERING
5.4.3 Een apparaat wissen
Stap 1
Selecteer "WIS
[1]
APPARATEN" Optie
02:APPARATEN
WIS APPARATEN
– Een apparaat wissen
[1]
Open het Installatie menu, selecteer de "02.APPARATEN" optie (zie sectie 5.2) en selecteer vervolgens de
"WIS APPARATEN" optie.
[2]
Selecteer de respectieve groep van het apparaat dat u wenst te wissen. Bijvoorbeeld, "MAGNEETCONTACT".
[3]
Scrol door de apparaatgroep, (aan zone en/of ID nummer) het juiste apparaat dat u wenst te vervangen,
bijvoorbeeld: "Z01: Bew.melder > ID Nr. 120-1254" en druk op
[4]
Het display toont nu "<OFF> = WISSEN". Om een apparaat te wissen: druk op de
5.4.4 Een apparaat wijzigen of herzien
Om de parameters van het apparaat te wijzigen of te herzien, ga als volgt verder:
Stap 1
Selecteer "WIJZIG
[1]
APPARATEN" Optie
02:APPARATEN
WIJZIG APPARATEN
– Een apparaat wijzigen of herzien
[1]
Open het Installatie menu, selecteer de "02.APPARATEN" optie (zie sectie 5.2) en selecteer vervolgens de
"APPARATEN WIJZIGEN" optie.
[2]
Selecteer de respectieve groep van het apparaat dat u wenst te wijzigen of herzien. Bijvoorbeeld,
"MAGNEETCONTACT".
[3]
Scrol door de Apparaatgroep, herken (door zone en/of ID nummer) het juiste apparaat dat u wenst te wijzigen of
herzien, bijvoorbeeld: "Z10: Magneetcont. > ID Nr. 140-1737".
[4]
Vanaf hier is het proces hetzelfde als het configuratie proces dat volgt bij een apparaat inleren. Raadpleeg om
verder te gaan sectie 5.4.2 "Een nieuw draadloos apparaat toevoegen" Deel B. Het display toont vervolgens het
volgende apparaat van hetzelfde type (nl. "Bewegingscamera").
5.4.5 Een apparaat vervangen
Gebruik deze optie om een defect apparaat dat in het systeem geregistreerd staat, te vervangen door een ander
apparaat van hetzelfde type nummer (d.w.z. dezelfde eerste 3 cijfers van het ID nummer – zie sectie 5.4.2.A) terwijl
dezelfde configuratie van het originele apparaat behouden wordt. Het is niet nodig het defecte apparaat te wissen of
het nieuwe apparaat te herconfigureren. Eenmaal geregistreerd, zal het nieuwe apparaat automatisch geconfigureerd
worden met dezelfde configuratie als het defecte (vervangen) apparaat.
36
Stap 2
Selecteer de respectieve
apparaat soort
MAGNEETCONTACT
BEWEGINGSMELDER
Stap 2
Selecteer de
[2]
respectieve
apparaatgroep
MAGNEETCONT.
BEWEGINGSMELDER
Stap 3
[2]
Selecteer het juiste
apparaat dat u wenst
te wissen
Z01:Magneetcont..
ID Nr. 100-0537-1254
Stap 3
Selecteer het juiste
apparaat
dat u wenst te wijzigen
Z10:Magneetcont.
ID Nr. 104-1737
D-305381 PowerMaster-10/30 G2 Installatiehandleiding
Stap 4
[3]
Om het apparaat te
wissen: druk op de
toets
<OFF> = WISSEN
knop.
(UIT) knop.
Stap 4
[3]
Selecteer de Parameter
die u wenst te wijzigen
Z10:LOCATIE
Z10:ZONE TYPE
Z10:DEURBEL
Z10:PARTITIES
Z10:DEFAULTS
Stap 5
[4]
naar
stap 2
Stap 5
[4]
Wijzig de
Parameter
Zie [4]
Vervolgens
naar
stap 2