6
Bedienings- en weergave-elementen
6.8
Bedieningselementen aan rijhendel
6.7.3
Interieurverlichting
BM000-040
Het binnenlicht (2) bevindt zich aan de cabinehemel en wordt met de schakelaar (3)
geschakeld.
De schakelaar heeft 3 standen:
Pos.
I
II
III
Schakellogica wanneer de schakelaar (3) in positie II staat:
•
Wanneer de cabinedeur wordt geopend, wordt het binnenlicht (2) ingeschakeld en met
tijdsvertraging weer uitgeschakeld.
•
Bij het openen van de cabinedeur wordt het binnenlicht (2) ingeschakeld. Zodra
ontstekingstrap II wordt ingeschakeld,
•
Na het uitschakelen van de dieselmotor wordt het binnenlicht (2) ingeschakeld en gaat na
korte tijd uit.
Behalve het binnenlicht (2) wordt de verlichting voor de rijhendel (1) ingeschakeld zodra het
parkeer-, dim- of groot licht is ingeschakeld.
6.8
Bedieningselementen aan rijhendel
Met de rijhendel worden belangrijke instellingen en commando's van de machine voor rijden op
de weg en werken op het veld uitgevoerd.
98
Toelichting
Het binnenlicht wordt via de deurcontactschakelaar geschakeld.
Het binnenlicht is uitgeschakeld.
Het binnenlicht is ingeschakeld.
zie Pagina 337
gaat het binnenlicht (2) uit.
Originele handleiding 150000767_05_nl
BiG X 780