Modus
Is zichtbaar als de interne draadloze module is ingesteld als Toegangspunt (Interne wifi) of
in de modus Client staat. Selecteer deze optie om de draadloze module te laten wisselen
tussen de modi Toegangspunt en Client.
Als de interne draadloze module staat ingesteld als Toegangspunt (Interne wifi), hebben
smartphones en tablets toegang tot de unit om deze te bekijken en te bedienen (alleen
tablets). Wanneer de unit in de modus Toegangspunt(Interne wifi) staat, kunt u bovendien
de details van de interne draadloze module bekijken en veranderen. In de modus Client kan
via een draadloze hotspot verbinding worden gemaakt met internet.
Wanneer u dit menu bekijkt voor een WIFI-1-apparaat dat is ingesteld als Toegangspunt,
kunt u schakelen tussen de modi Primair en Secundair toegangspunt, zodat twee WIFI-1-
apparaten zich tegelijkertijd op het netwerk kunnen bevinden.
Slechts één van de WIFI-1-apparaten kan worden ingesteld als Primair, wat betekent dat het
apparaat dienst doet als DHCP-server. Op het netwerk kan niet meer dan één DHCP-server
aanwezig zijn.
Als u twee WIFI-1-apparaten gelijktijdig als toegangspunt wilt gebruiken, moet de unit in
eerste instantie worden verbonden met niet meer dan één andere unit. Nadat die unit is
ingesteld als secundaire unit kan een tweede module worden aangezet/verbonden. Deze zal
automatisch optreden als primaire unit.
Ú Notitie:
In een netwerk met maar één WIFI-1 en één of meer draadloze modules moet
de WIFI-1 in de modus Primair blijven staan. De interne modules fungeren niet als
DHCP-server.
Hardware
Informatie over firmwareversies en MAC-adressen.
Netwerken
Alleen zichtbaar als de interne draadloze module in de modus Client staat wanneer het
apparaat is geselecteerd. Laat een lijst van alle netwerken (hotspots) zien waarmee
verbinding kan worden gemaakt. Selecteer de naam van het gewenste netwerk en voer de
netwerksleutel in om verbinding te maken.
Netwerknaam (SSID)
Toont de naam van het interne draadloze netwerk.
Alleen zichtbaar als de interne draadloze module is ingesteld als Toegangspunt (Interne
wifi) wanneer het apparaat is geselecteerd. Selecteer het netwerk om de naam van het
interne draadloze netwerk naar wens aan te passen zodat u het gemakkelijk herkent.
Netwerksleutel
Vereist door de smartphone of tablet om verbinding te kunnen maken met het interne
draadloze netwerk.
Alleen zichtbaar als de interne draadloze module is ingesteld als Toegangspunt (Interne
wifi) wanneer het apparaat is geselecteerd. U kunt de sleutel selecteren en aanpassen om de
veiligheid van het netwerk te verbeteren. De sleutel moet minimaal 8 tekens bevatten.
Kanaal
Alleen zichtbaar als de interne draadloze module is ingesteld als Toegangspunt (Interne
wifi) wanneer het apparaat is geselecteerd. Selecteer het apparaat om de instelling Kanaal te
wijzigen. Hiermee heft u eventuele interferentie op wanneer de draadloze module van een
ander RF-apparaat uitzendt vanaf dezelfde frequentie.
Terug naar standaard instellingen
Verwijdert alle door de gebruiker aangebrachte veranderingen en herstelt de
fabrieksinstellingen van de draadloze module.
Software installeren
| NSS evo3 Installatiehandleiding
39