Inhoudsopgave
Advertenties
2. Selecteer de stijl voor de bijsnijdmarkeringen in het midden.
3. Voer een waarde in in het veld [ [ V V e e r r s s c c h h u u i i v v i i n n g g ] ] om op te geven hoeveel het midden van de
bijsnijdmarkering van de rand van het afgewerkte formaat moet verschuiven.
4. Als u de eenheden voor de verschuiving wilt opgeven, gebruik dan de vervolgkeuzelijst
[ [ M M e e e e t t e e e e n n h h e e d d e e n n ] ] .
3. Als u bijsnijdmarkeringen in de hoek wilt afdrukken:
1. Selecteer in de vervolgkeuzelijst [ [ A A f f d d r r u u k k z z i i j j d d e e v v a a n n h h o o e e k k b b i i j j s s n n i i j j d d m m a a r r k k e e r r i i n n g g ] ] de zijde waarop
de bijsnijdmarkeringen moeten worden afgedrukt.
2. Selecteer de stijl voor de bijsnijdmarkeringen in de hoek. De [ [ E E n n k k e e l l ] ] -stijltekens waar het
afgewerkte formaat moet worden bijgesneden en de [ [ D D u u b b b b e e l l ] ] -stijl geeft de rand van de
snijrand aan en waar het afgewerkte formaat moet worden bijgesneden.
3. Als u de lijndikte in punten wilt opgeven, voer dan een waarde in het [ [ D D i i k k t t e e ] ] -veld in.
4. Als u de bijsnijdmarkeringen in de hoek aan de rand van het vel wilt afdrukken, selecteer dan
[ [ T T o o t t r r a a n n d d a a f f d d r r u u k k k k e e n n ] ] .
5. Als de snijtekens een bepaalde lengte moeten hebben, selecteer dan [ [ A A a a n n g g e e p p a a s s t t ] ] .
6. Voer de waarden voor de horizontale en verticale lengte in en selecteer de meeteenheden.
De afwerkingsopties wijzigen
In deze sectie leest u hoe u de afwerking van een taak kunt weergeven en bewerken.
Ga als volgt te werk om de afwerkingsopties te wijzigen:
1. Open [ [ E E d d i i t t o o r r t t a a a a k k e e i i g g e e n n s s c c h h a a p p p p e e n n ] ] .
De afwerkingsopties wijzigen
135
5
Advertenties
Inhoudsopgave
