4. Klik in Opslaan van bestand bevestigen op [ [ O O K K ] ] .
5. Controleer in het volgende venster de bestandsnaam en het bestandstype.
6. Klik op [ [ O O p p s s l l a a a a n n ] ] .
Een kleuruitzondering toevoegen
U kunt uitzonderingen aanmaken om iedere kleur in een benoemd profiel nauwkeurig in te stellen.
1. Ga naar de Configuratie-hub, klik op het Kleurbeheer-tabblad en ga vervolgens naar de
Benoemde profielen-pod.
2. Selecteer een benoemd kleurprofiel en klik op
3. Selecteer de kleur waarvoor u een uitzondering wilt aanmaken en klik op
pictogram.
U ziet een dialoogvenster dat de benoemde kleur weergeeft zoals hij is gedefinieerd in deze
kleurruimten:
• CMYK: deze definitie wordt gebruikt als [ [ S S t t e e u u n n k k l l e e u u r r o o v v e e r r e e e e n n k k o o m m s s t t ] ] is ingesteld op [ [ U U i i t t ] ] in
de Basis-pod op het Kleurbeheer-tabblad.
• CIELAB: deze definitie wordt gebruikt als [ [ S S t t e e u u n n k k l l e e u u r r o o v v e e r r e e e e n n k k o o m m s s t t ] ] is ingesteld op [ [ A A a a n n ] ] .
De L*a*b*-waarden worden geconverteerd naar CMYK-waarden voor afdrukken.
4. Klik op
, het Toevoegen-pictogram.
5. Selecteer een waarde voor [ [ S S t t e e u u n n k k l l e e u u r r o o v v e e r r e e e e n n k k o o m m s s t t ] ] .
De uitzondering wordt gebruikt als de waarde die u hier selecteert overeenkomt met de waarde
van [ [ S S t t e e u u n n k k l l e e u u r r o o v v e e r r e e e e n n k k o o m m s s t t ] ] in de Basis-pod op het Kleurbeheer-tabblad.
6. Als u [ [ A A a a n n ] ] heeft geselecteerd, selecteer dan het ICC-profiel waarop de uitzondering van
toepassing is.
De uitzondering wordt alleen gebruikt als dat ICC-profiel wordt gebruikt. Selecteer [ [ W W i i l l l l e e k k e e u u r r i i g g ] ]
als de uitzondering van toepassing is op alle ICC-profielen.
Als u wilt dat de uitzondering van toepassing is op meer dan één ICC-profiel, maar niet op alle
ICC-profielen, moet u een extensie aanmaken voor ieder ICC-profiel.
7. Klik op [ [ O O K K ] ] .
8. Bewerk de CMYK-waarden voor de uitzondering en klik op [ [ O O K K ] ] .
Een kleuruitzondering bewerken
Nadat u kleuruitzonderingen aangemaakt heeft, kunt u ze bewerken.
1. Ga naar de Configuratie-hub, klik op het Kleurbeheer-tabblad en ga vervolgens naar de
Benoemde profielen-pod.
2. Selecteer een benoemd kleurprofiel en klik op
3. Selecteer de kleur waarvoor u een uitzondering wilt bewerken en klik op
pictogram.
4. Selecteer de uitzondering die u wilt bewerken en klik op
, het Bewerken-pictogram.
, het Bewerken-pictogram.
, het Bewerken-pictogram.
Een kleuruitzondering toevoegen
, het Bewerken-
, het Bewerken-
4
103