4 Bediening
Het startbeeldscherm verschijnt op
het display.
Om de meetnauwkeurigheid te garanderen voert de camera ca. om de
60 s een automatische afstemming van het nulpunt uit. Dit is hoorbaar
aan een „klikken". Het beeld blijft daarbij gedurende een kort moment
stilstaan. Tijdens de opwarmtijd van de camera (duur ca. 90 seconden)
gebeurt de afstemming van het nulpunt vaker.
Tijdens de opwarmtijd wordt geen meetnauwkeurigheid gegarandeerd.
Ter indicatie kan het beeld reeds opgeroepen en opgeslagen worden.
Camera uitschakelen
1
-
ingedrukt houden, tot de loopbalk
is doorlopen.
Het display dooft.
De camera is uitgeschakeld.
4.3 Menu leren kennen
1
- Op
OK
drukken om het menu te
openen.
12