Apparaatnaam
Het is handig om een naam toe te wijzen in systemen waarin meerdere apparaten van
hetzelfde type en formaat worden gebruikt.
Bronnen
Gegevensbronnen voorzien het systeem van realtime gegevens.
Als een apparaat met meer dan één bron is verbonden die dezelfde gegevens leveren, kan
de gebruiker de gewenste bron selecteren. Voordat u de bron selecteert, moet u ervoor
zorgen dat alle externe apparaten en netwerken zijn aangesloten en ingeschakeld.
Auto selecteren
Met de optie Auto selecteren zoekt u naar alle bronnen die op het apparaat zijn aangesloten.
Indien er meer dan één bron beschikbaar is voor elk gegevenstype, wordt de selectie
gemaakt op basis van een interne prioriteitenlijst. Deze optie is geschikt voor de meeste
installaties.
Bronnen handmatig selecteren
Handmatige selectie is over het algemeen alleen nodig als er meer dan één bron voor
dezelfde gegevens is en de automatisch geselecteerde bron niet de gewenste bron is.
Groepsbronselectie
De unit kan dezelfde gegevensbronnen gebruiken waarvan alle andere producten op het
netwerk gebruikmaken, of een gegevensbron die niet met andere units wordt gedeeld.
Als de unit deel uitmaakt van een brongroep, hebben alle wijzigingen in de bronselectie
betrekking op alle units die tot dezelfde groep behoren.
Ú Notitie:
Om Groepsselectie in te schakelen moet de unit worden ingesteld op de groep
Simrad.
Apparaten zonder geselecteerde groep kunnen andere bronnen gebruiken dan de overige
netwerkapparaten.
Geavanceerde bronselectie
Hiermee hebt u de meest flexibele en nauwkeurige controle over de apparaten die gegevens
leveren.
Soms wijst Autoselect niet de gewenste bron toe. Dit kunt u corrigeren met de
geavanceerde bronselectie.
38
Systeem instellen
| NSS evo3S Installatiehandleiding