Bereidingstabellen
Gevogelte, vis
Gerecht
(accessoires)
Gevogelte, 0,8–1,5 kg (universele
bakplaat)
Kip, ca. 1,2 kg (draagrooster op uni-
versele bakplaat)
Gevogelte, ca. 2 kg (braadpan)
Gevogelte, ca. 4 kg (braadpan)
Vis, 200–300 g (bijv. forel) (universele
bakplaat)
Vis, 1–1,5 kg (bijv. zalmforel) (univer-
sele bakplaat)
Visfilet in folie, 200–300 g (universele
bakplaat)
functie, temperatuur, booster, niveau, bereidingstijd, kerntemperatuur,
Braadautomaat, Circulatiegrill, Boven-onderwarmte, Profi, Eco-hete-
lucht, aan, – uit
1
Verwarm de ovenruimte gedurende 5 minuten voor, voordat u het gerecht in de oven plaatst.
2
Plaats de FlexiClip-geleiders HFC (indien aanwezig).
3
Keer indien mogelijk, het gerecht halverwege de bereidingstijd om.
4
Voeg aan het begin van de bereiding ca. 0,25 l vocht toe.
5
Voeg na 30 minuten ca. 0,5 l vocht toe.
6
Voer 5 minuten na aanvang van de bereiding 1 handmatige stoomstoot uit.
7
Als u over een spijzenthermometer beschikt, kunt u zich ook op de opgegeven kerntempera-
tuur baseren.
120
[°C]
170–180
1
180–190
180–190
160–170
180–190
170–180
170–180
200–210
[min]
2
55–65
2
2
3
–
2
70–80
2
2
100–115
2
2
180–200
2
2
180–200
2
6
2
25–35
2
6
2
35–45
2
–
25–30
2
7
[°C]
85–90
85–90
3,4
85–90
5
90–95
5
90–95
75–80
75–80
75–80