6 - BEDRIJF
6.3 - Beveiligingsfuncties
Beveiliging van de compressor
De industriële warmtepompen van CARRIER worden standaard
uitgerust met een beveiliging voor de schroefcompressor. De
beveiliging is geïnstalleerd in de compressoraansluitdoos.
Veiligheidsbewaking door de compressorbeveiliging:
■ Temperatuurbewaking
De compressorbeveiliging wordt geactiveerd zodra de hoogst
toegestane motor- of olietemperatuur wordt overschreden.
■ Draairichtingsbewaking
De compressorbeveiliging bewaakt de draairichting gedurende
de eerste 5 seconden nadat de compressor is gestart. Wanneer
de compressor in de verkeerde richting start, wordt de
beveiliging direct geactiveerd. Daarnaast gebruikt CARRIER
e e n t w e e d e , b o v e n s t r o o m s g e ï n s t a l l e e r d e ,
draairichtingsbewaking, die voorkomt dat de compressor vooraf
in de verkeerde richting start.
■ Fase-uitvalbewaking
In geval van een faseuitval binnen de eerste 5 seconden nadat
de compressor is gestart, opent de beveiliging direct het
relaiscontact in het veiligheidscircuit en sluit deze weer na 6
minuten. Het schakelt volledig uit na 3 keer een faseuitval
binnen 18 minuten of na 10 keer een faseuitval binnen 24 uur.
16
Overige beveiligingen:
■ Motoroverbelastingsrelais voor de compressor
■ motoroverbelastingsrelais voor de benodigde bronpomp
■ motoroverbelastingsrelais voor de benodigde condensorpomp
■ Hoge- en lagedrukregelaars
■ Hoge- en lagedruksensoren
■ Heetgastemperatuurmonitor
■ Vorstbeschermingsbewaking
■ Drukverschilschakelaar op de verdamper
■ Een stromingsbeveiliging voor de verdamper is optioneel
leverbaar en wordt door CARRIER geadviseerd bij lage
verdamperinlaattemperaturen.
■ Drukverschilschakelaar voor filter in het oliecircuit
Overdrukventiel:
Een afvoerleiding van het overdrukventiel moet het koudemiddel
afvoeren naar de omgevingslucht of naar afvoerinrichtingen op
een veilige manier of in een absorberend materiaal dat in
voldoende mate aanwezig is. Het koudemiddel mag niet worden
afgevoerd naar naastgelegen ruimten, trappenhuizen en
dergelijke. Het koudemiddel mag niet in contact komen met een
l u c h t a a n v o e r v o o r o n t s t e k i n g s m o t o r e n , c v - k e t e l s o f
luchtcompressoren.
Wanneer voor een betere servicekwaliteit een verzegelde
kogelafsluiter bovenstrooms van de veiligheidsklep op de
condensor is gemonteerd, let dan op het volgende: zodra de
klepservice is afgerond, moet de kogelafsluiter worden
gecontroleerd terwijl deze in de open stand staat en worden
verzegeld door een gekwalificeerd inspectie-instituut conform de
druktoestelrichtlijn 2014/68/EU.