3
Veiligheid
Houd tijdens de meting handen/vingers achter de hand-/vingerbarrières (van de meter en
de testkabels). Inspecteer testkabels, connectoren en meetpennen op beschadigde isola-
tie of blootliggend metaal voordat u het instrument gaat gebruiken. Als defecten worden
aangetroffen, vervangt u deze onderdelen onmiddellijk. Gebruik uitsluitend de testkabels
die bij de apparatuur worden geleverd (of op de UL Listing vermelde meetpennensets met
een nominale waarde van CAT III 1000 V of beter).
De bijgeleverde meetpennenset voldoet aan UL/IEC/EN61010-031 ed. 1.1 tot maximaal
10 A bij 140℉ (60℃). IEC 61010-031 vereist dat blootliggende geleidende meetpennnen
≤ 4 mm zijn voor CAT III en CAT IV. Raadpleeg de categoriemarkeringen op uw meetpen-
nensets en op de eventueel toegevoegde accessoires (afneembare doppen of krokodillen-
klemmen enzovoort) op relevante categoriewijzigingen.
Deze klemmeter is ontworpen om te klemmen rond of te verwijderen van niet-geïsoleerde
gevaarlijke geleiders onder spanning. Desondanks moeten persoonlijke beschermings-
middelen worden gebruikt wanneer gevaarlijke onderdelen onder spanning in de installatie
waar de meting moet worden verricht mogelijk toegankelijk zijn.
Verwijder testkabels van de meter voordat u klemmetingen verricht.
De maximale nominale stroomsterkte voor de meegeleverde MC4-testkabels is 10 A bij
maximaal 140℉ (60℃).
Ontkoppel de testkabels van de testpunten voordat u meterfuncties wijzigt.
Gebruik het apparaat niet voor een procedure waarvoor dit niet is bedoeld. Dit kan schade
veroorzaken aan de bescherming die in het instrument is ingebouwd.
#NAS100017; r. AB/76074/76087; nl-NL
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
5