Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Gebruikershandleiding 
 
 
 
FLIR MODEL CM85 
 
Stroomtang True RMS 1000 A 
 
 

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor FLIR CM85

  • Pagina 1 Gebruikershandleiding        FLIR MODEL CM85    Stroomtang True RMS 1000 A     ...
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    4.4 Pictogrammen en indicatoren op het display    4.4.1 Waarschuwing Buiten bereik  5 BEDIENING  15    5.1 Meter inschakelen    5.1.1 Automatische uitschakeling    5.2 Modus Auto/Manual select (automatische/handmatige selectie)    5.3 Modus Auto/Manual range (automatische/handmatige bereikinstelling)    5.4 Modus Hold (vasthouden)    5.4.1 Smart Hold    5.5 Modus Silent (stil)    5.6 Spannings‐ en stroommetingen    5.6.1 Basis‐spanningsmetingen    5.6.2 Basis‐stroommetingen    5.6.3 Uitgebreide functionaliteit    18  5.6.3.1 Modus selecteren   18  5.6.3.2 Piekmodus   18  5.6.3.3 Modus In‐rush current (inschakelstroom)   19  5.6.3.4 Modus DC Zero FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 3 5.10 Capaciteitsmetingen    5.11 Doorgangstest    5.12 Diodetest    5.13 Streamen van meetgegevens met Bluetooth®    5.13.1 Algemeen  5.13.2 Procedure  28  5.13.3 Procedure voor FLIR TOOLS app  28  6 ONDERHOUD  29    6.1 Reiniging en opslag    6.2 Batterijen vervangen    6.2.1 Afdanken van elektronisch afval  7 TECHNISCHE SPECIFICATIES  30    7.1 Algemene specificaties    7.2 Elektrische specificaties  8 TECHNISCHE ONDERSTEUNING  36  9 TAKUUT  37  9.1 FLIR Wereldwijde beperkte levenslange garantie  36  9.2 FLIR Beperkte garantie van 2 jaar op test‐ en meetinstrumenten  37          FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 4: Voorbehoud

      De documentatie mag geheel noch gedeeltelijk worden gekopieerd, gefotokopieerd,  gereproduceerd, vertaald of verzonden naar een elektronisch medium of een door een machine  leesbare vorm zonder schriftelijke toestemming vooraf van FLIR Systems.    Namen en merken die voorkomen op de producten in deze publicatie zijn gedeponeerde  handelsmerken of handelsmerken van FLIR Systems en/of zijn dochterondernemingen. Alle andere  handelsmerken, handelsnamen of bedrijfsnamen waarnaar in deze publicatie wordt verwezen  worden uitsluitend gebruikt ter identificatie en zijn het eigendom van de respectieve eigenaars.    1.2 Kwaliteitsbewaking  Het systeem voor kwaliteitsbeheer waarbinnen deze producten zijn ontwikkeld en geproduceerd is  gecertificeerd volgens de ISO 9001‐norm.    FLIR Systems is voortdurend bezig met nieuwe ontwikkelingen; daarom behouden wij ons het recht  voor om zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in alle  producten.  1.3 Updates documentatie  Onze handleidingen worden meerdere keren per jaar bijgewerkt en we geven ook regelmatig  berichten over essentiële wijzigingen ten aanzien van het product uit.     Voor de nieuwste handleidingen en berichten gaat u naar het tabblad Download op:    http://support.flir.com    Online registreren duurt slechts enkele minuten. In het downloadgebied vindt u ook de nieuwste  uitgaven van handleidingen voor onze overige producten en handleidingen voor onze historische  en verouderde producten.    1.4 Afdanken van elektronischafval  Net als de meeste andere elektronische producten moet  deze apparatuur worden afgedankt op een milieuvriendelijke  wijze en conform de geldende regelgeving voor elektronisch afval.    Neem voor nadere informatie contact op met uw FLIR  Systems‐vertegenwoordiger.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 5: Veiligheidsinformatie

     Schakel niet over op stroom of weerstand wanneer u de spanning meet. Hierdoor kan het  instrument beschadigd raken en kan letsel het gevolg zijn.   Meet de stroom niet in een stroomkring wanneer de spanning hoger wordt dan 1000 V.  Anders kan het instrument beschadigd raken en kan letsel het gevolg zijn.   U dient de meetsnoeren van de door u geteste stroomkring los te koppelen voordat u van  bereik verandert. Doet u dit niet, dan kan het instrument beschadigd raken en kan letsel het  gevolg zijn.   Vervang de batterijen niet voordat u de meetsnoeren hebt verwijderd. Anderskan het  instrument beschadigd raken en kan letsel het gevolg zijn.   Gebruik het apparaat niet als de meetsnoeren en/of het apparaat tekenen van beschadiging  vertonen. Er bestaat dan letselgevaar.   Wees voorzichtig wanneer u meet terwijl de spanningen meer dan 25 VAC rms of 35 VDC  bedragen. Er bestaat gevaar van een elektrische schok door deze spanningen. Letselgevaar.   Voer geen diode‐, weerstands‐ of doorgangstests uit voordat u de condensatoren en het te  testen apparaat spanningsloos hebt gemaakt. Anders bestaat er letselgevaar.   Gebruik het apparaat niet als enig middel om aansluitingen onder spanning te detecteren. Letsel  aan personen kan optreden wanneer de aansluitingen onder spanning op een verkeerde manier  worden gedetecteerd.    Als u de spanning op contactdozen meet, zorg dat de uiteinden van de meetkabels de metalen  contacten die zich over het algemeen diep in de contactdoos bevinden raken om letsel aan  personen te vermijden.   Raak batterijen waarvan de uiterste gebruiksdatum is verstreken of die beschadigd zijn niet  zonder handschoenen aan. Er bestaat dan letselgevaar.   Sluit de batterijen niet kort. Hierdoor kan het instrument beschadigd raken en kan letsel het  gevolg zijn.   Werp de batterijen niet in het vuur. Er bestaat dan letselgevaar.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 6   Voorzichtig  Gebruik het apparaat niet voor een procedure waarvoor het niet is bedoeld. Dit kan de  bescherming schaden.  Dit symbool, naast een ander symbool of een aansluiting, geeft aan dat de    gebruiker de handleiding dient te raadplegen voor nadere informatie.    Dit symbool, naast een aansluiting, geeft aan dat er, bij normaal gebruik,  gevaarlijk spanningen aanwezig kunnen zijn.    Dubbele isolatie.    UL Listing (USA compliance‐Listing) is geen indicatie of verificatie van de nauwkeurigheid  van de meter    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 7: Fcc-Naleving

    2.1 FCC‐naleving  Dit apparaat voldoet aan paragraaf 15 van de FCC‐regelgeving. Voor de bediening ervan gelden de  volgende twee voorwaarden:  1. Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken.  2. Dit apparaat moet alle ontvangen interferentie accepteren, ook interferentie die ongewenst  functioneren kan veroorzaken.    Deze apparatuur is getest en valt binnen de grenzen voor digitale apparaten van klasse B conform  paragraaf 15 van de FCC‐regelgeving. Deze grenzen zijn opgesteld om een redelijke bescherming te  bieden tegen schadelijke interferentie bij installatie in een woonomgeving. Deze apparatuur  genereert en gebruikt radiofrequentie‐ energie en kan deze uitstralen. Als deze apparatuur niet  wordt geïnstalleerd en gebruikt conform de instructies kan er schadelijke interferentie van  radiocommunicatie optreden. Er wordt echter niet gegarandeerd dat er bij bepaalde installaties  geen interferentie optreedt. Als deze apparatuur schadelijke interferentie veroorzaakt in de  ontvangst van radio of tv (dit kan worden bepaald door de apparatuur in en uit te schakelen),  raden wij gebruikers aan om te proberen de interferentie te corrigeren met een of meerdere van  de volgende maatregelen:  • Verander de richting of de plaats van de ontvangstantenne  • Vergroot de afstand tussen de apparatuur en de ontvanger  • Sluit de apparatuur aan op een uitgang in een andere kring dan die waarop de ontvanger is  aangesloten  • Vraag de dealer of een ervaren radio‐/tv‐monteur om hulp    VOORZICHTIG  Blootstelling aan radiostraling    Om aan de FCC/IC‐normen voor blootstelling aan radiostraling te voldoen, dient een  scheidingsafstand van ten minste 20 cm te worden gehandhaafd tussen de antenne van dit  apparaat en alle personen. Dit apparaat mag niet worden verplaatst of in werking gesteld in  combinatie met een andere antenne of zender.    WAARSCHUWING  Bij wijzigingen of aanpassingen zonder uitdrukkelijke toestemming van de instanties die  verantwoordelijk zijn voor de naleving vervalt de bevoegdheid van de gebruiker om met de  apparatuur te werken.    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 8: Industry Canada-Naleving

    2.2 Industry Canada‐naleving  Dit apparaat voldoet aan de licence‐exempt RSS‐norm(en) van Industry Canada. Voor de bediening  ervan gelden de volgende twee voorwaarden: (1) dit apparaat mag geen schadelijke interferentie  veroorzaken, en (2) dit apparaat moet eventuele interferentie van andere bronnen accepteren,  ook interferentie die ongewenst functioneren van het apparaat kan veroorzaken.    VOORZICHTIG  Blootstelling aan radiostraling    Om aan de RSS 102‐normen voor blootstelling aan radiostraling voor mobiele configuraties te  voldoen, dient een scheidingsafstand van ten minste 20 cm te worden gehandhaafd tussen de  antenne van dit apparaat en alle personen. Dit apparaat mag niet worden verplaatst of in  werking gesteld in combinatie met een andere antenne of zender.    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 9: Inleiding

    3 Inleiding  Hartelijk dank dat u voor een FLIR CM85 stroomtang hebt gekozen.    Dit apparaat wordt volledig getest en gekalibreerd geleverd en zal, bij juist gebruik, jarenlang  betrouwbaar werken.  3.1 Belangrijkste kenmerken en functies  • 10.000–counts digitaal display.  • Groot display.  • Analoog staafdiagram.  • True RMS‐aflezing in AC‐ en AC+DC‐modus.  • Bluetooth® datastreaming  • Werklampje.  • Functie en selectie Auto AC/DC 1000 A.  • Functie en selectie Auto AC/DC 1000 V.  • Selectie Auto weerstand/doorgang/diode.  • Vermogens‐ en arbeidsfactormeting.  • Totale harmonische vervorming en harmonischen 1 t/m 25.  • Faserotatie‐indicatie.  • Functie voor weerstand van 100 kΩ.  • Contactloze spanningzoeker.  • Frequentiemeting.  • Functie voor capaciteit.  • Smart Data Hold.  • Peak Hold‐functie.  • Inschakelstroom.  • DCA geen functie.  • Modi Minimum/maximum en Average Hold (gemiddelde vasthouden).  • VFD‐modus – laagdoorlatfilter.  • Automatisch uitschakelen.  • Bek‐opening 37 mm voor geleiders tot 1500 MCM.  • Valbestendig tot 1,2 m.  • Handig klepje van het batterijvak.  • Classificatie veiligheidscategorie: CAT IV‐600V, CAT III‐1000V.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 10: Beschrijving

    4 Beschrijving  4.1Onderdelen van de meter   1. Stroomtangbek.  2. Knop voor openen van de bek.  3. Functietoetsen, zie paragraaf 4.3 Functietoetsen.  4. Navigatietoetsen.  CAT IV 600V 1000A CAT III 1000V 5. Lampje voor contactloze spanningsdetectie  CM85 6. Functieschakelaar, zie paragraaf 4.2 Functieschakelaar.  7. LCD‐display.  8. Sonde‐aansluitingen.  Figuur 4.1 Vooraanzicht                  1. Werklampje.  2. Batterijvak.    Figuur 4.2 Achteraanzicht                ...
  • Pagina 11: Functieschakelaar

      toets MODE.  De meter kan via de sonde‐ingangen en de bek het vermogen meten.    De meter kan via de bek de stroom meten.    De meter kan via de sonde‐ingangen de spanning meten.    De meter staat in de spaarstand.    4.3 Functietoetsen  • Gebruik de toets om de modus Auto select (automatische selectie) of Manual    select (handmatige selectie) te selecteren, zie paragraaf 5.2 Modus  Auto/Manual select (automatische/handmatige selectie).  • Druk in de modus voor handmatige selectie op de toets om de bedrijfsmodus  te selecteren.  • Gebruik de toets om de modus Auto range (automatische bereikinstelling) of    Manual range (handmatige bereikinstelling) te selecteren, zie paragraaf 5.3  Modus Auto/Manual range(automatische/handmatige bereikinstelling).  • Druk in de modus voor handmatige bereikinstelling op de toets om het  bereik (de schaal) te veranderen.  Druk op de toets om om te schakelen tussen de normale en de    vasthoudmodus, zie paragraaf 5.4 Modus Hold (vasthouden).    Door de toets 2 seconden ingedrukt te houden, wordt de  toetsvergrendelingsmodus in‐ of uitgeschakeld.    In de vasthoudmodus (Hold) piept de meter continu en knippert het display als  het gemeten signaal groter is dan de aflezing op het display (voor de V.A.W.‐ functie).  • Druk op de toets om de achtergrondverlichting van het display in of uit te  schakelen.    • Houd de toets 2 seconden ingedrukt om het werklampje in of uit te  schakelen.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 12: Pictogrammen En Indicatoren Op Het Display

    Druk op de toets om de METERLiNK® (Bluetooth®)‐communicatie in of uit te  schakelen, zie paragraaf 5.13 Streamen van meetgegevensmet Bluetooth.    4.4 Pictogrammen en indicatoren op het display    Geeft aan dat de METERLiNK® (Bluetooth)‐communicatie actief is.    Geeft aan dat de meter in de modus Auto select (automatische selectie) staat,    zie paragraaf 5.2 Modus Auto/Manual select (automatische/handmatige  selectie).  Geeft aan dat de meter maximale afleeswaarden weergeeft.    Geeft aan dat de meter minimale afleeswaarden weergeeft.    Geeft aan dat de meter de gemiddelde aflezing weergeeft.    Geeft aan dat de meter maximale piekwaarden weergeeft.    Geeft aan dat de meter minimale piekwaarden weergeeft.    Geeft aan dat de meter in de modus Auto range (automatische    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 13   Geeft aan dat de meter in de modus Phase rotation (faserotatie) staat.    Geeft aan dat de meter in de vasthoudmodus staat.    Geeft de spanning van de batterijen aan.    Geeft aan dat de automatische uitschakelfunctie is ingeschakeld.    Geeft aan dat de gemeten spanning hoger is dan 30 V DC of AC RMS.    Geeft aan dat de meter wisselstroom of ‐spanning meet.    Geeft aan dat de meter gelijkstroom of ‐spanning meet.    Geeft aan dat de meter wissel‐ plus gelijkstroom of –spanning meet.    Geeft aan dat de doorgangsfunctie actief is.    Geeft aan dat de diodetestfunctie actief is.    Pictogram van modus VFD (variable‐frequency drive, frequentiegeregelde    aandrijving).  Pictogram van de modus Peak (piekwaarden).    Pictogram van de modus Min/Max/Avg (minimum‐, maximum‐ en gemiddelde    waarden).  Pictogram van de modus DC Zero (op nul stellen).    Pictogram van de modus Harmonic Distortion (harmonische vervorming).    Pictogram van de modus In‐rush current (inschakelstroom).    Pictogram van de modus Frequency (frequentie).    Pictogram van de modus Silent (stil).    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 14: Waarschuwing Buiten Bereik

    Pictogram van modus Lock (vergrendelingsmodus).    4.4.1 Waarschuwing Buiten bereik  Als het ingangssignaal buiten het meetbereik ligt, wordt OL weergegeven. FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 15: Bediening

    Wanneer de meter niet wordt gebruikt, dient de functieschakelaar in de stand te staan.    OPM.  Bij het aansluiten van de meetsnoeren op het te testen apparaat, dient het min‐snoer eerder te  worden aangesloten dan het plus‐snoer. Bij het verwijderen van de meetsnoeren dient het plus‐ snoer eerder te worden verwijderd dan het min‐snoer.    5.1 Meter inschakelen   1. Zet de functieschakelaar in een willekeurige stand om de meter in te schakelen.  2. Als de batterij‐indicator   aangeeft dat de batterijspanning laag is of als de meter niet wordt  ingeschakeld, vervang dan de batterij. Zie paragraaf 6.2 Batterijen vervangen.    5.1.1 Automatische uitschakeling  Nadat de meter 30 minuten niet is gebruikt, schakelt hij over naar de sluimermodus. De meter  piept driemaal 9 seconden voordat hij wordt uitgeschakeld. Druk op een willekeurige toets of  draai aan de functieschakelaar om te voorkomen dat de meter wordt uitgeschakeld. De time‐ out voor automatische uitschakeling wordt dan gereset.    Om de automatische uitschakelfunctie (APO) te deactiveren, drukt u op de toets MODE terwijl  u de meter inschakelt.    5.2 Modus Auto/Manual select (automatische/handmatige selectie)  In de modus voor automatische selectie probeert de meter automatisch op basis van het  ingangssignaal de juiste bedrijfsmodus te selecteren (bijv. wisselspannings‐ of  gelijkspanningsmeting). In de modus voor handmatige selectie wordt de gewenste bedrijfsmodus  handmatig geselecteerd.    De modus voor automatische selectie is de standaard bedrijfsmodus. Als er met de  functieschakelaar een nieuwe functie wordt geselecteerd, is de beginmodus Auto select en wordt  de indicator   weergegeven.    Om de modus voor handmatige selectie te activeren, drukt u op de toets MODE. Om handmatig de  bedrijfsmodus te selecteren, drukt u herhaaldelijk op de toets MODE.  Om de modus voor automatische selectie te selecteren, houdt u de toets MODE ingedrukt totdat  de indicator   wordt weergegeven.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 16: Modus Auto/Manual Range (Automatische/Handmatige Bereikinstelling)

      De modus voor automatische bereikinstelling is de standaard bedrijfsmodus. Als er met de  functieschakelaar een nieuwe functie wordt geselecteerd, is de beginmodus Auto range en wordt  de indicator   weergegeven.    Om over te schakelen naar de handmatige bereikinstelling, drukt u op de toets RANGE. Om het  bereik te veranderen, drukt u herhaaldelijk op de toets RANGE totdat het gewenste bereik wordt  weergegeven.  Om de automatische bereikinstelling te selecteren, houdt u de toets RANGE ingedrukt totdat de  indicator   wordt weergegeven.    5.4 Modus Hold (vasthouden)  In de vasthoudmodus bevriest het display de laatste aflezing, waarna deze waarde  continu wordt weergegeven.     Druk op de toets HOLD om om te schakelen tussen de normale en de vasthoudmodus. In  de Hold‐modus wordt de indicator   weergegeven.    5.4.1 Smart Hold  De meter piept continu en het display knippert als het gemeten signaal groter is dan de aflezing  op het display (voor de V.A.W.‐functie).    5.5 Modus Silent (stil)  In de stille modus is de waarschuwingspieper uitgeschakeld. De stille modus is niet van  invloed op de pieper voor de doorgangstest.  Gebruik de navigatietoetsen om het pictogram van de stille modus   te selecteren, zie  paragraaf 5.6.3.1 Modus selecteren.    5.6 Spannings‐ en stroommetingen  OPMERKING: Als de gemeten spanning hoger is dan 30 V DC of AC RMS, wordt de indicator   weergegeven.    5.6.1 Basis‐spanningsmetingen    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 17: Basis-Stroommetingen

    1. Zet de functieschakelaar in de stand V.  2. Om de AC‐, DC‐ of AC+DC‐meting handmatig te selecteren, drukt u herhaaldelijk op de toets  MODE. Zie paragraaf 5.2 Modus Auto/Manual select (automatische/handmatige selectie).  3. Om het meetbereik (de schaal) handmatig te selecteren, drukt u herhaaldelijk op de toets  RANGE. Zie paragraaf 5.3 Modus Auto/Manual range (automatische/handmatige  bereikinstelling).  4. Steek het zwarte meetsnoer in de negatieve COM‐aansluiting en het rode meetsnoer in de  positieve V‐aansluiting.  5. Sluit de meetsnoeren parallel aan op het te testen onderdeel.  6. Lees de spanningswaarde af van het display.    5.6.2 Basis‐stroommetingen  WAARSCHUWING  Meet de stroom niet in een stroomkring wanneer de spanning hoger wordt dan 1000 V. Anders  kan het instrument beschadigd raken en kan letsel het gevolg zijn.    Bij het meten van stroom met behulp van de bek, mag er slechts één geleider door de bek  worden omsloten – zie afbeelding 5.1.    Figuur 5.1 Juiste en verkeerde meetopstelling    1. Zorg dat de meetsnoeren zijn losgekoppeld van de meter.  2. Zet de functieschakelaar in de stand A.  3. Om de AC‐, DC‐ of AC+DC‐meting handmatig te selecteren, drukt u herhaaldelijk op de toets  MODE. Zie paragraaf 5.2 Modus Auto/Manual select (automatische/handmatige selectie).  4. Om het meetbereik (de schaal) handmatig te selecteren, drukt u herhaaldelijk op de toets  RANGE. Zie paragraaf 5.3 Modus Auto/Manual range (automatische/handmatige  bereikinstelling).  5. Druk op de knop aan de zijkant van het instrument om de bek te openen. Omsluit één  geleider volledig met de bek – zie afbeelding 5.1. Voor optimale resultaten zorgt u dat de  geleider zich in het midden van de bek bevindt.  6. Lees de stroomwaarde af van het display.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 18: Uitgebreide Functionaliteit

    Figuur 5.2 Moduspictogrammen (wisselspanningsmetingen): de modus Peak  (piek) en de modus Silent (stil) zijn ingeschakeld  De navigatietoetsen worden gebruikt om een moduspictogram te selecteren en om een  modus in of uit te schakelen:  • Gebruik de navigatietoetsen LINKS en RECHTS en om naar een moduspictogram te  navigeren. Het huidige geselecteerde pictogram knippert.  • Druk op de toets OK om de geselecteerde (knipperende) modus in of uit te schakelen.    5.6.3.2 Piekmodus  In de piekmodus (Peak) worden door de meter de positieve en negatieve piekwaarden  geregistreerd en weergegeven, en de weergave wordt alleen bijgewerkt als er een  hogere/lagere waarde wordt geregistreerd. De Peak‐modus is beschikbaar bij het meten  van wisselstroom of ‐spanning in de modus voor handmatige selectie.  Gebruik de navigatietoetsen om   te selecteren en de modus Peak in te  schakelen.  Druk op de toets OK om te schakelen tussen de weergave van Peak Max en Peak Min.  1. In de modus Peak Max wordt de indicator   weergegeven.  In de modus Peak Min wordt de indicator   weergegeven.  Houd de toets OK 2 seconden ingedrukt om de modus Peak uit te schakelen.    5.6.3.3 Modus In‐rush current (inschakelstroom)  In de modus voor inschakelstroom geeft de meter de hoogste stroomaflezing tijdens de  eerste 100 ms na het triggerpunt weer (stroomdetectiedrempel, zie onderstaande Fig. 5.3).  De stroomdetectiedrempel is 1,00 A voor het 100,00 A bereik en 10,0 A voor het 1000,0 A  bereik. De modus voor inschakelstroom is beschikbaar tijdens het meten van AC‐stroom in    de modus Handmatig selecteren. Sluit de meter aan op het ontkoppelde te testen circuit.  Stel de meter in op A  Gebruik de navigatietoetsen om    te selecteren en de modus voor  inschakelstroom in te schakelen.  Zet het te testen circuit onder stroom.  Opmerking: Als de inschakelstroom tijdens het meten hoger zou kunnen zijn dan 100 A AC,  stel dan handmatig het bereik in op 600 A voordat u de inschakelstroom activeert, zie  paragraaf 5.3 Modus Auto/Manual range (automatische/handmatigebereikinstelling).  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 19: Modus Dc Zero

          100ms Sample Window (60Hz)   Start Stop       Figuur 5.3 Inschakelstroom    5.6.3.4 Modus DC Zero  De functie DC Zero verwijdert offset‐waarden en vergroot de nauwkeurigheid voor  gelijkstroommetingen. De modus DC Zero is beschikbaar bij het meten van gelijkstroom of  wissel‐ + gelijkstroom in de handmatige selectiemodus.    1. Zorg dat er zich geen geleider in de bek bevindt.  2. Gebruik de navigatietoetsen om   te selecteren en de modus DC Zero in te schakelen.    5.6.3.5 Modus Frequency (frequentie)  In de frequentiemodus wordt door de meter de frequentie geregistreerd en weergegeven.  De frequentiemodus is beschikbaar bij het meten van wisselstroom ofspanning in de modus  voor handmatige selectie.  Belangrijke mededeling: Schakel pas naar de Frequentiemodus eenmaal de meter is  ingesteld en het spannings‐ of stroomsignaal actief meet.   Gebruik de navigatietoetsen om   te selecteren en de frequentiemodus in  te schakelen.    5.6.3.6 Modus Min/Max/Avg (minimum/maximum/gemiddeld)  In de modus Min/Max/Avg worden door de meter de minimum‐ of maximumwaarden  geregistreerd en weergegeven, en de weergave wordt alleen bijgewerkt als er een  hogere/lagere waarde wordt geregistreerd. De meter kan ook de gemiddelde waarde van  alle waarden sinds het inschakelen van de Min/Max/Avg‐modus weergeven.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 20: Modus Harmonic Distortion (Harmonische Vervorming)

    5.6.3.7 Modus Harmonic Distortion (harmonische vervorming)  In de modus voor harmonische vervorming geeft de meter het vervormingspercentage voor  de eerste 25 harmonischen alsmede de totale harmonische vervorming weer. De modus  voor harmonische vervorming is beschikbaar bij het meten van wisselstroom of ‐spanning  in de modus voor handmatige selectie.    De harmonische vervorming wordt uitgedrukt als Hn = (RMS van een afzonderlijke  harmonische n)/(RMS van de grondgolven) × 100%.    1. Gebruik de navigatietoetsen om   te selecteren en de modus voor harmonische  vervorming in te schakelen.  2. Gebruik de navigatietoetsen LINKS en RECHTS en in de modus voor harmonische  vervorming om te navigeren door de gegevens over de afzonderlijke en de totale  harmonische vervorming. H01, H02, …, Hn wordt weergegeven.  3. Als de totale harmonische vervorming wordt weergegeven, verschijnt de indicator    in het bovenste gedeelte van het display en wordt op het hoofddisplay 'thd' weergegeven.  4. Druk op de toets OK om om te schakelen tussen weergave van de orde van  harmonischen en weergave van het percentage  5. Houd de toets OK 2 seconden ingedrukt om de modus voor harmonische vervorming uit  te schakelen.    5.6.3.8 VFD‐modus – laagdoorlaatfilter  In de modus VFD wordt hoogfrequente ruis door een laagdoorlaatfilter uit de  spanningsmeting verwijderd. De modus VFD is bedoeld voor metingen aan  frequentiegeregelde aandrijvingen (VFD's, variable‐frequency drives). De modus VFD is  beschikbaar bij het meten van wisselstroom of ‐spanning in de modus voor handmatige  selectie.    1. Gebruik de navigatietoetsen om te selecteren en de modus VFD in te schakelen .    5.7 Contactloze spanningzoeker    OPM.  Probeer het instrument uit op een stroomkring waarvan u weet dat er spanning op staat, voordat u  het instrument gebruikt op een onbekende stroomkring.  1. Houd de punten van de stroomtangbek van de meter vlak bij de spanningsbron.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 21: Vermogensmetingen

      5.8.1 Enkelfasige vermogensmetingen  1. Zet de functieschakelaar in de stand W.  2. Steek het zwarte meetsnoer in de negatieve COM‐aansluiting en het rode meetsnoer in de  positieve W‐aansluiting.  3. Druk op de knop aan de zijkant van het instrument om de bek te openen. Omsluit één  geleider volledig met de bek – zie afbeelding 5.1. Voor optimale resultaten zorgt u dat de  geleider zich in het midden van de bek bevindt.  OPM.  Het + symbool op de bek dient in de richting van de stroombron te wijzen.    4. Sluit de meetsnoeren parallel aan op het te testen onderdeel.  5. Lees de waarde van het actieve vermogen af van het display.  • Als de waarde zonder een teken wordt weergegeven, stroomt het vermogen van de  stroombron naar de belasting.  • Als de waarde wordt weergegeven met een minteken (–), stroomt het vermogen van  de stroombelasting naar de bron.    6. Om de arbeidsfactor te meten en weer te geven, drukt u herhaaldelijk MODE op de toets  totdat de indicator  wordt weergegeven.    7. Lees de arbeidsfactorwaarde af van het display.  • Als de waarde zonder een teken wordt weergegeven, blijft de fase van het  stroomsignaal achter bij het spanningssignaal (inductieve belasting).  • Als de waarde wordt weergegeven met een minteken (–), loopt de fase van het  stroomsignaal voor op het spanningssignaal (capacitieve belasting).    8. Om terug te keren naar metingen van het actieve vermogen, drukt u herhaaldelijk MODE op  de toets totdat noch de indicator  noch de indicator  wordt weergegeven.    In geval van een overbelasting wordt het volgende weergegeven:  • OL. V: spanningsoverbelasting of zowel spannings‐ als stroomoverbelasting.  • OL. A: stroomoverbelasting.  • OL. kW: overbelasting van het actieve vermogen.    5.8.2 Driefasige vermogensmetingen  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 22: Driefasige Driedraadse Symmetrische/Asymmetrische Belastingen

    5.8.2.1 Driefasige driedraadse symmetrische/asymmetrische belastingen  Het vermogen van een driefasige driedraadse deltaschakeling wordt gemeten in twee  stappen, zoals weergegeven in figuur 5.4. Het totale vermogen is de som van de twee  metingen: W = W1 + W2.      Figuur 5.4 Meting aan driefasige driedraadse schakelingen    Zet de functieschakelaar in de stand W.  Zorg dat de meter is ingesteld op het meten van actief vermogen. Als de indicator  of de  indicator  wordt weergegeven, druk dan herhaaldelijk MODE op de toets totdat geen van  deze indicatoren wordt weergegeven.  Voer twee metingen van het actieve vermogen uit, overeenkomstig figuur 5.4.  Om de vermogensfactor te meten en weer te geven, druk herhaaldelijk op de MODE knop  totdat de   indicator wordt weergegeven.  Lees de waarde van de vermogensfactor af op het display.   Als de waarde zonder een teken wordt weergegeven, komt de fase van het stroomsignaal  achter deze van het spanningssignaal (inductieve belasting).   Als de waarde met een minteken (‐) wordt weergegeven, komt de fase van het  stroomsignaal voor deze van het spanningssignaal (capacitieve belasting).  Om naar de actieve vermogensmetingen terug te keren, druk herhaaldelijk op de MODE knop  totdat zowel de    als de   indicator niet langer worden weergegeven    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 23: Driefasige Vierdraadse Symmetrische/Asymmetrische Belastingen

    5.8.2.2 Driefasige vierdraadse symmetrische/asymmetrische belastingen  Het vermogen van een driefasige vierdraadse schakeling wordt gemeten in drie stappen,  zoals weer‐ gegeven in figuur 5.5. Het totale vermogen is de som van de drie metingen: W =  W1 + W2 + W3.    Figuur 5.5 Meting aan driefasige vierdraadse schakelingen    1. Zet de functieschakelaar in de stand W.  2. Zorg dat de meter is ingesteld op het meten van actief vermogen. Als de indicator    of de indicator   wordt weergegeven, druk dan herhaaldelijk op de toets MODE  totdat geen van deze indicatoren wordt weergegeven.  3. Voer drie metingen van het actieve vermogen uit, overeenkomstig figuur 5.5.  4. Om de vermogensfactor te meten en weer te geven, druk herhaaldelijk op de MODE  knop totdat de   indicator wordt weergegeven.  5. Lees de waarde van de vermogensfactor af op het display.   Als de waarde zonder een teken wordt weergegeven, komt de fase van het  stroomsignaal achter deze van het spanningssignaal (inductieve belasting).  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 24: Faserotatie

      OPMERKING: De frequentie van het systeem moet stabiel zijn.                                                              Figuur 5.6 Faserotatie    1. Zet de functieschakelaar in de stand W.  2. Activeer de modus voor faserotatie door herhaaldelijk op de toets MODE te drukken totdat  de indicator   wordt weergegeven.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 25: Weerstandsmetingen

    9. Verplaats het rode meetsnoer onmiddellijk naar de veronderstelde faseleiding 2, voordat  "L2" van het display verdwijnt.  10. Een van de volgende resultaten wordt weergegeven:  11. 123 geeft de rotatierichting rechtsom of vooruit aan, wat betekent dat de veronderstelde  faseleiding 1 zich vóór de veronderstelde faseleiding 2 bevindt.  12. 321 geeft de rotatierichting linksom of achteruit aan, wat betekent dat de veronderstelde  faseleiding 2 zich vóór de veronderstelde faseleiding 1 bevindt.  13. ‐ ‐ betekent dat de meter de resultaten niet kan vaststellen.  14. Lo V betekent dat gebruikers mogelijk de meetsnoeren hebben verwijderd voordat de  testprocedure was afgerond. Om de test te herhalen, drukt u nogmaals op de toets OK.    5.9 Weerstandsmetingen    WAARSCHUWING  Voer geen diode‐, weerstands‐ of doorgangstests uit voordat u de condensatoren en het te testen  apparaat spanningsloos hebt gemaakt. Anders bestaat er letselgevaar.    1. Zet de functieschakelaar in de stand  .  2. Zorg dat de meter is ingesteld op de weerstandsmeting. Als de indicator   of de indicator  wordt weergegeven, druk dan herhaaldelijk op de toets MODE totdat geen van deze  indicatoren wordt weergegeven.  3. Steek het zwarte meetsnoer in de negatieve COM‐aansluiting en het rode meetsnoer in de  positieve Ω‐aansluiting.  4. Houd de pennen van de sondes tegen de te testen stroomkring of component.  5. Lees de weerstandswaarde af van het display.    5.10 Capaciteitsmetingen    WAARSCHUWING  Voer geen capaciteitsmetingen uit voordat u de condensator of andere apparaten of circuits voor  de test spanningsloos hebt gemaakt. Anders bestaat er letselgevaar.    OPM.  Om de inwendige componenten te beschermen wanneer een te testen condensator geladen is, zal  de meter eerst de condensator ontladen en wordt de melding diSC (ontladen) op het display  weergeven. Nadat de condensator volledig ontladen is, voert de meter een normale test uit. diSC  kan ook worden  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 26: Doorgangstest

    Voer geen diode‐, weerstands‐ of doorgangstests uit voordat u de condensatoren en het te testen  apparaat spanningsloos hebt gemaakt. Anders bestaat er letselgevaar.    1. Zet de functieschakelaar in de stand   .  2. Steek het zwarte meetsnoer in de negatieve COM‐aansluiting en het rode meetsnoer in de  positieve Ω‐aansluiting.  3. Gebruik de toets MODE om de doorgangsmeting te selecteren. De indicator   wordt  weergegeven.  4. Houd de pennen van de sondes tegen de te testen stroomkring of component.  5. Als de weerstand minder is dan 30 Ω, piept de meter.    5.12 Diodetest  Waarschuwing: Voer geen diode‐, weerstands‐ of doorgangstests uit voordat u de  condensatoren en het te testen apparaat spanningsloos hebt gemaakt. Anders bestaat er  letselgevaar.   Zet de functieschakelaar in de stand   .    Steek het zwarte meetsnoer in de negatieve COM‐aansluiting en het rode meetsnoer in de  positieve Ω‐aansluiting.  Gebruik de toets MODE om de diodetestfunctie te selecteren.  De indicator    wordt  weergegeven.   Houd de pennen van de sonde tegen de te testen diode of halfgeleiderlaag.  ± Als de aflezing tussen  0,40 en +0,80 V ligt, is de component in orde; Als bAD of O.L wordt  weergegeven, geeft dit een defecte component aan.    Deze FLIR meter controleert diodes met behulp van een wisselend testsignaal dat door de diode  in beide richtingen wordt gestuurd. Dit stelt de gebruiker in staat om de diode te controleren  zonder de polariteit handmatig te moeten omkeren. Het display van de meter geeft ± 0,4 ~ 0,7  V voor een goede diode, bAd voor een kortgesloten diode en O.L voor een open diode weer. Zie  onderstaande Fig. 5.7:   FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 27   Figuur 5.7 Diodetests     + 0.4V   - 0.4V   FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 28: Streamen Van Meetgegevens Met Bluetooth

      ®   5.13.1 Algemeen  Bepaalde infraroodcamera's van FLIR Systems ondersteunen Bluetooth‐communicatie, en naar  die camera's kunt u meetgegevens van de meter streamen. De gegevens worden vervolgens  ingevoegd in de resultatentabel in het infraroodbeeld.    Neem contact op met FLIR voor FLIR TOOLS mobiele software voor Android™, iOS® en  Windows®/Mac®‐gebaseerde computers.    Het streamen van meetgegevens is een handige manier om belangrijke informatie toe te  voegen aan een infraroodbeeld. Als u bijvoorbeeld een oververhitte kabelaansluiting vaststelt,  wilt u waarschijnlijk weten wat de stroom in die kabel is.    Het Bluetooth‐bereik is maximaal 10 m.    5.13.2 Procedure  1. Koppel de infraroodcamera aan het instrument. Zie de handleiding van de camera voor  informatie over het koppelen van Bluetooth‐apparatuur.  2. Schakel de camera in.  3. Schakel de meter in.  4. Druk op de toets  op de meter om Bluetooth in te schakelen.  5. Kies de gewenste variabele (spanning, stroom, weerstand etc.). Resultaten afkomstig van de  meter worden nu automatisch weergegeven in de resultatentabel linksboven in het display van  de infraroodcamera.  5.13.3 Procedure voor FLIR TOOLS app  Schakel uw tablet, smartphone of computer in en start de FLIR TOOLS app.  Schakel de stroomtang in en stel de draaischakelaar op de gewenste stand in.  Druk op de Bluetooth knop op de stroomtang.  Koppel de stroomtang met uw FLIR TOOLS app onder ‘Instruments’.  Open de FLIR TOOLS app om uw metingen te bekijken.  Sluit de meter aan op het te testen circuit.  De metingen verschijnen op de FLIR TOOLS app. *     * Raadpleeg de FLIR TOOLS app help voor meer informatie    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 29: Onderhoud

    6 Onderhoud  6.1 Reiniging en opslag   Reinig de meter met een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel; gebruik geen  schuurmiddelen of oplosmiddelen. Als de meter gedurende een langere tijd niet wordt gebruikt,  dienen de batterijen te worden verwijderd en apart te worden bewaard.    6.2 Batterijen vervangen  1. Om een elektrische schok te voorkomen, moet de meter als deze op een stroomkring is  aangesloten eerst worden losgekoppeld, de sonde‐/thermokoppelsnoeren moeten van de  aansluitingen worden losgekoppeld en de functieschakelaar moet in de stand worden gezet,  alvorens de batterijen te vervangen.  2. Schroef het klepje van het batterijvak los en verwijder het.  3. Vervang de zes standaard AAA‐batterijen; let erop dat de batterijpolen in de juiste richting  wijzen.  4. Bevestig het klepje van het batterijvak.    6.2.1 Afdanken van elektronisch afval  Net als de meeste andere elektronische producten moet deze apparatuur worden afgedankt op  een milieuvriendelijke wijze en conform de geldende regelgeving voor elektronisch afval.     Neem voor nadere informatie contact op met uw FLIR Systemsvertegenwoordiger.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 30: Technische Specificaties

     o • 10 tot 30 C (≤80% RV)   o • 30 tot 40 C (≤75% RV)   o • 40 tot 50 C (≤45%RV)    Opslagtemperatuur:  • –10 tot 50 C  • 0–80% RV (batterijen niet geplaatst).  Afmetingen (H × B × L): 49 mm × 100 mm × 262 mm.  Gewicht: 0,59 kg, inclusief batterijen.  Bluetooth‐bereik: maximaal 10 m.   o Temperatuurcoëfficiënt: 0,2 × (gespecificeerde nauwkeurigheid)/ C, <18  C, >28  C.  Overspanningscategorie: IEC 61010‐1 CAT IV‐600 V, CAT III‐1000 V, IEC 61010‐ 2‐033.  CAT  Toepassingsveld  Ⅰ  Niet op het lichtnet aangesloten circuits  Ⅱ  Direct op een laagspanningsinstallatie  aangesloten circuits  Ⅲ  Gebouwinstallatie  Ⅳ  Bron van de laagspanningsinstallatie  Gebruikshoogte: 2000 m.  Bek‐opening: 45 mm  Grootte geleider: 42 mm.  Vervuilingsgraad: 2.  EMC: EN 61326‐1.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 31: Elektrische Specificaties

    Nauwkeurigheid(van  de aflezing)1  99,99 V  DCV  ±(0,7% + 2 Digits)    999,9 V  0,05–99,99 V  ±(1,0% + 5 Digits)  ACV     999,9 V  50–500 Hz  VFD   0,05–99,99 V  ACV   50–60 Hz ± (1% + 5 Digits)   999,9 V    1. DCV <1000 digits, 6 digits bij de nauwkeurigheid optellen. ACV <1000 digits, 3 digits bij de  nauwkeurigheid optellen.    Overbelastingsbeveiliging: 1000 Vrms.  Ingangsimpedantie: 3,5 MΩ //, <100 pF.    AC‐conversietype: AC‐gekoppeld, True RMS, gekalibreerd op de RMS‐waarde van een  sinusgolfingang. Nauwkeurigheden gelden voor sinusgolven bij volle schaal en niet‐sinusvormige  golven onder de halve schaal. Voor niet‐sinusvormige golven (50/60 Hz) moeten de volgende  piekfactorcorrecties worden doorgevoerd:  • Voor een piekfactor van 1,4–2,0 moet er 1,0% bij de nauwkeurigheid worden opgeteld.  • Voor een piekfactor van 2,0‐2,5 moet er 2,5% bij de nauwkeurigheid worden opgeteld.  • Voor een piekfactor van 2,5‐3,0 moet er 4,0% bij de nauwkeurigheid worden opgeteld.    Piekfactor (CF):  • 3 bij 460 V, 460 A.  • 2 bij 690 V, 690 A.    AC+DC Vrms nauwkeurigheid: zelfde als ACV‐specificatie + DCV‐specificatie.    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 32 >60–400 Hz ± (2,5% + 5    999,9 A  Digits)*  VFD  0,10–99,99 A  50–60 Hz ± (2% + 5  ACA   Digits)*  999,9 A      * Bij gemeten waarden <1000 digits moeten er 5 digits bij de nauwkeurigheid worden opgeteld.    Overbelastingsbeveiliging: 1000 Arms.  Positiefout: ±1% van aflezing.  AC‐conversietype en extra nauwkeurigheid is hetzelfde als voor de AC‐spanning.  AC+DC Arms nauwkeurigheid: zelfde als ACA‐specificatie + DCA‐specificatie. De  DCA wordt beïnvloed door de temperatuur en het restmagnetisme. Gebruik de nulstelfunctie DCA  Zero om te compenseren.    Tabel 7.3 Peak hold: maximale/minimale piekwaarde (alleen AC, niet‐TRMS)  Functie  Bereik  Nauwkeurigheid  140,0 V  ACV   ±(3,0% + 15 Digits)     1400 V  140,0 A   ACA   ±(3,5% + 15 Digits)     850 A  Overbelastingsbeveiliging: 1000 Vrms, 1000 Arms  Nauwkeurigheid gedefinieerd voor sinusgolven, ACV > 5 Vrms/ACA ≥5 Arms, frequentie  50–400 Hz. Allen geschikt voor repeterende gebeurtenissen.    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 33 De aflezing is 0,0 voor signalen onder 10,0 Hz.    Tabel 7.5 Totale harmonische vervorming  Functie  Bereik  Nauwkeurigheid  ACA/ACV  99,9%  ±(3,0% + 10 Digits)       Tabel 7.6 Meting van de harmonische vervorming  Harmonische vervorming  Bereik  Nauwkeurigheid  H01–H12  ±(5% + 10 Digits)   99,9%  H13–H25  ±(10% + 10 Digits)     Overbelastingsbeveiliging: 1000 Vrms, 1000 Arms  • Als ACV < 10 Vrms of ACA < 10 Arms, wordt rdy weergegeven.  • Als de grondfrequentie buiten het bereik 45–65 Hz ligt, wordt out.F weergegeven.    Tabel 7.7 Inschakelstroom  Functie  Bereik  Nauwkeurigheid  99,99 A  ±(3% + 0,3 A)   ACA     999,9 A  ±(3% + 5 Digits)*   * Bij gemeten waarden <1000 digits moeten er 5 digits bij de nauwkeurigheid worden opgeteld.  Overbelastingsbeveiliging: 1000 Vrms, 1000 Arms.   Nauwkeurigheid gedefinieerd voor sinusgolven, ACA ≥10 Arms, rreq. 50/60 Hz.  Integratietijd ca. 100 ms.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 34 Bereik   Nauwkeurigheid  9,999 kW (10 V, 5 A min)  ±(3% + 0.05 kW)  DCW  99,99 kW (10 V, 5 A min)  ±(3% + 0.5 kW)  999,9 kW (10 V, 5 A min)  ±(3% + 10 Digits)  9,999 kW (10 V, 5 A min)  ACW  99,99 kW (10 V, 5 A min)  ±(3% + 10 Digits)  999.9 kW (10 V, 5 A min)    1. Het bereik wordt bepaald door het V/A‐bereik (9,999 kW: 100 V, 100 A; 99,99 kW: 1000 V,100 A,  of 100 V, 1000 A; 999,9 kW: 1000 V, 1000 A).    Overbelastingsbeveiliging: 1000 Vrms, 1000 Arms.  Nauwkeurigheid gedefinieerd voor:  • ACW:  • Sinusgolven, ACV≥10 Vrms, ACA ≥5 Arms.  • Frequentie 50–60 Hz, PF = 1,00  • DCW: DCV ≥10 V, DCA ≥5 A    Tabel 7.9 Arbeidsfactor  Functie  Bereik  Nauwkeurigheid  PF   –1,00 a 0,00 a +1,00   ±3° ± 1 digits  Overbelastingsbeveiliging: 1000 Vrms, 1000 Arms.            FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 35 Tabel 7.10 Weerstand en doorgang en diode  Functie  Bereik  Nauwkeurigheid  999,9 Ω  ±(1,0% + 5 Digits)   Weerstand  9,999 kΩ  ±(1,0% + 3 Digits)   99,99 kΩ  Doorgang  999,9 Ω  ±(1,0% + 5 Digits)   Diode  0,40–0,80 V   ±0,1V   Overbelastingsbeveiliging: 1000 Vrms.  Maximale teststroom: ca. 0,5 mA.  Maximale nullastspanning voor Ω: ca. 2,4 V.  Maximale nullastspanning voor diode: ca. ±1,6 V.  Drempelwaarde voor doorbeltest:  • <30 Ω pieper aan.  • >100 Ω pieper uit.  Doorgangsindicator: zoemer 2 kHz.  Reactietijd bij doorgangstests: <100 ms.    Tabel 7.11 Capaciteit  Functie  Bereik  Nauwkeurigheid  3,999 μF   39,99 μF  Capaciteit  ±(1.9% + 8 Digits)   399,9 μF  3,999 mF  Overbelastingsbeveiliging: 1000 Vrms.  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 36: Technische Ondersteuning

    8 Technische ondersteuning  Website  http://www.flir.com/test  Technische ondersteuning web  http://support.flir.com  Technische ondersteuning  TMSupport@flir.com Reparaties  Repair@flir.com  Telefoonnummer  +1 855‐499‐3662 optie 3 (gratis)  FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 37: Takuut

    9 Garantie  9.1 FLIR Wereldwijde beperkte levenslange garantie VERGOEDT FLIR DE DOOR DE KOPER  BETAALDE AANKOOPPRIJS EN BESTAAT ER GEEN  Een gekwalificeerd test‐ en meetinstrument van FLIR (het  ENKELE ANDERE VERPLICHTING OF AANSPRAKELIJKHEID  “Product”), hetzij rechtstreeks gekocht van FLIR Commercial  JEGENS DE KOPER.  Systems Inc en gelieerde ondernemingen (FLIR) of bij    een erkende FLIR distributeur of wederverkoper, dat de  5. UITSLUITINGEN EN VRIJWARINGEN VAN GARANTIE.  koper online bij FLIR registreert, komt in aanmerking voor  FLIR GEEFT GEEN ANDERE GARANTIES VAN  dekking onder de beperkte levenslange garantie van  WELKE AARD DAN OOK MET BETREKKING TOT DE  FLIR, onder de voorwaarden en bepalingen in dit document.  PRODUCTEN. ALLE ANDERE GARANTIES, EXPLICIET  Deze garantie geldt alleen voor aankopen van in  OF IMPLICIET, INCLUSIEF, MAAR NIET BEPERKT TOT,  aanmerking komende producten (zie hieronder) die zijn  IMPLICIETE GARANTIES VAN VERHANDELBAARHEID,  aangeschaft en gefabriceerd na 1 april 2013.  GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL (OOK ALS  LEES DIT DOCUMENT ZORGVULDIG DOOR; HIERIN  DE KOPER FLIR VAN HET BEOOGDE GEBRUIK VAN  VINDT U BELANGRIJKE INFORMATIE OVER DE PRODUCTEN  DE PRODUCTEN OP DE HOOGTE HEEFT GESTELD),  DIE IN AANMERKING KOMEN VOOR DEKKING  EN NIET‐INBREUK ZIJN UITDRUKKELIJK UITGESLOTEN  IN HET KADER VAN DE BEPERKTE  VAN DEZE OVEREENKOMST.  LEVENSLANGE GARANTIE, VERPLICHTINGEN VAN  DEZE GARANTIE GELDT UITDRUKKELIJK NIET VOOR  DE KOPER, HET ACTIVEREN VAN DE GARANTIE, GARANTIEDEKKING ...
  • Pagina 38: Flir Beperkte Garantie Van 2 Jaar Op Test- En Meetinstrumenten

    Voor elke reparatie van een product buiten de garantie,  aan de door FLIR gepubliceerde productspecificaties  geldt uitsluitend gedurende honderdtachtig (180) dagen  en vrij zijn van materiaal‐ en fabricagefouten. DE  vanaf de datum van retourzending door FLIR een garantie  ENIGE EN EXCLUSIEVE VERHAALMOGELIJKHEID  voor materiaal‐ en fabricagefouten, met inachtneming van  VAN DE KOPER ONDER DEZE GARANTIE IS, NAAR EIGEN  alle beperkingen, uitsluitingen en vrijwaringen in dit  GOEDDUNKEN VAN FLIR, REPARATIE OF VERVANGING  document.  VAN DEFECTE PRODUCTEN OP EEN    MANIER, EN DOOR EEN SERVICECENTRUM, ZOALS  9.2 FLIR Beperkte garantie van 2 jaar op GEAUTORISEERD DOOR FLIR. ALS DEZE OPLOSSING  BIJ ARBITRAGE ALS ONVOLDOENDE WORDT BEOORDEELD,  test- en meetinstrumenten VERGOEDT FLIR DE DOOR DE KOPER  Een gekwalificeerd test‐ en meetinstrument van FLIR (het  BETAALDE AANKOOPPRIJS EN BESTAAT ER GEEN  “Product”), hetzij rechtstreeks gekocht van FLIR Commercial  ENKELE ANDERE VERPLICHTING OF AANSPRAKELIJKHEID  Systems Inc en gelieerde ondernemingen (FLIR) of bij  JEGENS DE KOPER.  een erkende FLIR distributeur of wederverkoper, dat de    koper online bij FLIR registreert, komt in aanmerking voor  5. UITSLUITINGEN EN VRIJWARINGEN VAN GARANTIE.  dekking onder de beperkte levenslange garantie van ...
  • Pagina 39                                                               FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...
  • Pagina 40: Corporate Headquarters

    Customer Support  Technical Support Website   http://support.flir.com  Technical Support Email   TMSupport@flir.com  Service and Repair Email  Repair@flir.com  Customer Support Telephone  +1 855‐499‐3662 optie 3 (gratis)                                  Publication Identification No.:  CM85‐nl‐NL  Release version:    AB  Release Date:      Februari 2016  Language:      nl‐NL    FLIR CM85 GEBRUIKSAANWIJZING                                                                       Document Identifier: CM85‐nl‐NL_AB ...

Inhoudsopgave