Uitleg bandenspanningswaarschuwingssysteem (TPMS)
Uitleg bandenspannings-
waarschuwingssysteem
(TPMS)
Beide banden moet elke maand worden
gecontroleerd wanneer deze koud zijn en
worden opgepompt tot de bandenspanning die
wordt aanbevolen door de fabrikant van het
voertuig op de bandeninformatiesticker.
(Als uw voertuig is voorzien van andere banden
dan die worden aangegeven op de bandeninfor-
matiesticker van het voertuig, moet u de juiste
bandenspanning voor die banden vaststellen.)
Als extra veiligheidsvoorziening is uw voertuig
uitgerust met een bandenspanningswaarschu-
wingssysteem (TPMS). Er gaat een indicator lage
bandenspanning branden wanneer één of meer
banden onvoldoende zijn opgepompt.
Als de indicator lage bandenspanning gaat
branden, dient u te stoppen, de banden zo snel
mogelijk te controleren en deze op te pompen
tot de juiste bandenspanning.
Rijden op een te zachte band kan leiden tot
oververhitting van de band en tot een lekke
band. Een zachte band verhoogt ook het
brandstofverbruik, vermindert de levensduur van
het loopvlak en kan van invloed zijn op het
weggedrag van het voertuig en de mogelijkheid
om te stoppen.
246
Houd er rekening mee dat het TPMS geen
vervanging is voor correct bandenonderhoud en
dat de bestuurder verantwoordelijk is voor het
behoud van de juiste bandenspanning, zelfs als
de band nog niet zacht genoeg is voor het
inschakelen van de indicator lage
bandenspanning.
Indicator lage bandenspanning
Uw voertuig is ook uitgerust met een TPMS-
indicator om aan te geven wanneer het systeem
niet naar behoren werkt. De TPMS-indicator
geeft het symbool "TPMS" weer wanneer
deze brandt.
Als de TPMS-indicator gaat branden, kan het
systeem een te lage bandenspanning mogelijk
niet zoals bedoeld detecteren of aangeven.
TPMS-storingen kunnen optreden om
verschillende redenen, waaronder de installatie
van vervangende of alternatieve banden of
wielen op het voertuig, waardoor correcte
werking van het TPMS wordt voorkomen.
Controleer altijd de TPMS-indicator na het
vervangen van één of meer banden of wielen
van het voertuig om te waarborgen dat het
TPMS naar behoren werkt met de vervangende
of alternatieve banden en wielen.
TPMS-indicator