Hoofdstuk 7
Dwangcodes
Gebruik deze wanneer u onder bedreiging wordt gedwongen om het toetsenbord te gebruiken. Dwangcodes
functioneren hetzelfde als toegangscodes voor gebruikers, behalve dat zij een dwangrapport sturen naar uw
bewakingsstation wanneer ze worden gebruikt om enige functie op het systeem uit te voeren.
Dwangcodes kunnen niet worden gebruikt om toegang te krijgen tot menu's voor toegangscodes [*5], gebrui-
kersfuncties [*6] of installatie [*8]. Voor meer informatie over het programmeren van een dwangcode zie
"Configureren aanvullende gebruikersopties".
Eenmalige
Gebruik deze wanneer het noodzakelijk is om iemand eenmaal per dag eenmalige toegang tot uw huis te
gebruikerscode
verlenen, bijv. een schoonmaker of aannemer. De mogelijkheid om het systeem uit te schakelen vervalt om
middernacht of wanneer de eenmalige gebruikerscode door de gebruiker van de hoofdcode wordt inge-
voerd. Voor informatie over hoe u een eemalige gebruikerscode kunt programmeren zie "Configureren aan-
vullende gebruikersopties".
Het openen van het menu Toegangscodes
1.
Druk op [*][5]
OF
druk [*] en gebruik de roltoetsen om naar Toegangscodes te navigeren en druk [*].
2.
Voer de [hoofd- of toezichtcode] in.
3.
Voer [Gebruiker #] in
OF
rol door de lijst met gebruikers en druk [*]. Op een LED-toetsenbord begint het
gebruikersnummer te knipperen.
4.
Druk om terug te keren naar de stand Gereed [#].
7.1.1 Het toevoegen, wijzigen en verwijderen van
toegangscodes
Aan iedere geconfigureerde gebruiker wordt als volgt een nummer toegekend:
01-48 voor HS2016/HS2016-4
l
01-72 voor HS2032
l
01-95 voor HS2064/HS2128
l
001-500 voor HS2064 E
l
0001-1000 voor HS2128 E
l
Er kunnen geen dubbele toegangscodes worden gebruikt.
Het toevoegen of wijzigen van toegangscodes voor gebruikers
1.
Druk van de gewenste gebruiker [*] of [1].
2.
Voer een nieuwe 4, 6 of 8-cijferige toegangscode in. Na het invoeren van een
nieuwe code keert u automatisch terug naar het vorige menu en op een LCD-scherm
wijzigt de markering van - naar P. Op een ICN of LED-toetsenbord worden voor de
geprogrammeerde gebruiker de cijfers weergegeven. Als er een code dubbel wordt
ingevoerd klinkt er een fouttoon. Het toetsenpaneel keert na het programmeren van
de code terug naar het vorige LCD-scherm.
Het verwijderen van een toegangscode voor een gebruiker
1.
Druk van de gewenste gebruiker [*] of [1].
2.
Druk op [*]. De code wordt verwijderd, waarna u terugkeert naar het vorige
scherm. De markering wordt gewijzigd in - van P. Op een ICN- of LED-bedien-
paneel worden de cijfers van de geprogrammeerde gebruiker niet meer weer-
gegeven. Het toetsenpaneel keert na het programmeren van de code terug naar het
vorige LCD-scherm.
Opmerking: Elke proximitytags die is gekoppeld aan verwijderde gebruikerscodes moet opnieuw worden aangemeld.
7.1.2 Aanmelden en verwijderen van nabijheidslabels
Als er nabijheidslabels voor een gebruiker worden aangemeld of verwijderd, biedt het systeem verschillende opties, afhankelijk
van het feit of een label al is aangemeld of niet. Voor meer informatie hierover zie: "Gebruik van nabijheidslabels".
- 24 -
LCD-scherm
Toets (*) voor<>
Gebruikerscodes
Toon uw tag of
voer code in
Toets (*) voor<>
{Gebruikerlabel}
LCD-scherm
Toets (*) voor<>
Gebruikerscode
Nieuwe Code
AAAA
LCD-scherm
Toets (*) voor<>
Gebruikerscode
Nieuwe Code
030516