nl
2.1
Aanduiding van veiligheidsvoor-
schriften
6
Veiligheid
In deze inbouw- en bedieningsvoorschriften worden veiligheidsvoorschriften ter voor-
koming van materiële schade en letsel gebruikt. Deze veiligheidsvoorschriften worden
op verschillende manieren weergegeven:
ƒ
Veiligheidsvoorschriften ter voorkoming van letsel beginnen met een signaalwoord,
worden voorafgegaan door een overeenkomstig symbool en zijn voorzien van een
grijze achtergrond.
GEVAAR
Soort en bron van het gevaar!
Effecten van het gevaar en instructies ter voorkoming.
ƒ
Veiligheidsvoorschriften ter voorkoming van materiële schade beginnen met een
signaalwoord en worden zonder symbool weergegeven.
VOORZICHTIG
Soort en bron van het gevaar!
Effecten of informatie.
Signaalwoorden
ƒ
GEVAAR!
Negeren leidt tot overlijden of tot zeer ernstig letsel!
ƒ
WAARSCHUWING!
Negeren kan leiden tot (ernstig) letsel!
ƒ
VOORZICHTIG!
Negeren kan leiden tot materiële schade, mogelijk met onherstelbare schade als ge-
volg.
ƒ
LET OP!
Een nuttige aanwijzing voor het in goede toestand houden van het product
Tekstmarkeringen
‡
Voorwaarde
1. Werkstap/opsomming
⇒ Aanwijzing/instructie
▶ Resultaat
Symbolen
In deze inbouw- en bedieningsvoorschriften worden de volgende symbolen gebruikt:
Gevaar voor elektrische spanning
Gevaar door bacteriële infectie
Gevaar voor explosies
Gevaar door explosieve atmosfeer
Algemeen waarschuwingssymbool
Waarschuwing voor snijwonden
Waarschuwing voor hete oppervlakken
WILO SE 2019-01