Installatie
Elektrische verbindingen
Stroomtoevoer naar het
bedieningspaneel
De stroomtoevoer moet zijn
voorzien van een mechanisme
dat in het geval van categorie
III overspanning alles volledig
uitschakelt.
De waarde van de openingsstroom
staat vermeld in de technische
gegevens en op het typeplaatje aan
de achterkant van de warmtepomp.
De stroomkabels (400 V) moeten
voldoende capaciteit hebben voor het
vermogen van het apparaat in
overeenstemming met de geldende
regelgevingen. Zorg voor een aparte
aansluiting van de elektrische
weerstand. Ook deze moet worden
uitgerust met een mechanisme dat
alles volledig uitschakelt in het geval
van categorie III overspanning.
•
De laagspanningskabels en
sensorkabels (24 V) mogen
niet in dezelfde kanalen of
goten worden geplaatst als de
stroomkabels (400 V).
•
De externe sensor van de
regelaar moet worden
gemonteerd op een
buitenmuur van het gebouw,
op een plaats die niet is
blootgesteld aan de
middagzon of andere
warmtebronnen (open
ramen,schoorstenen, en
dergelijke). Kies indien
mogelijk een plaats aan de
noordelijke of noordoostelijke
kant.
•
Bij de activering van de
omgevingsinvloeden door
middel van een
afstandsbediening, moet de
afstandbediening worden
geplaatst in een geschikte
Modellen
AEROTOP S05M-IR
AEROTOP S07M-IR
AEROTOP S09M-IR
AEROTOP S12M-IH
AEROTOP S15M-IH
Elektrische weerstand 6 kW
(alle modellen )
referentieruimte (bijvoorbeeld
de woonkamer), waar geen
externe warmtebronnen
aanwezig zijn (bijvoorbeeld
open haarden, zon,
verwarmingselementen,
luchtstromen).
Elektrische aansluitingen
1 Voeding 400 V naar de warmte-
pomp (sectie 2,5 mm
modellen)
2 Voeding 230 V voor bedienings-
elementen (sectie 1,5 mm
alle modellen).
3 Voeding 400 V voor elektrische
weerstand (sectie 1,5 mm
alle modellen)
4 Aansluitbord 230 V voor gebruik.
De kabels voor de elektrische
aansluitingen moeten van het
type H05VV-F zijn.
Om ervoor te zorgen dat de
aansluiting van de
aardingskabel heel blijft in het
geval van een kabelbreuk, moet
u de aardingskabel langer laten
dan de actieve kabels.
De aansluitkabels moeten van
het type Y zijn, en kunnen
daarom alleen vervangen
worden door de fabrikant,
technische dienst of een
soortgelijke persoon.
Externe zekering [A]
13
16
16
16
20
10
2
voor alle
2
voor
2
voor
2
Sectie [mm
]
1.5
1.5
1.5
1.5
2.5
1.5
4
3
2
1
37