Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Inlaatleiding Aansluiten, Multilift M, Md, Mog, Mdg - Grundfos MULTILIFT M Series Installatie- En Bedieningsinstructies

Verberg thumbnails Zie ook voor MULTILIFT M Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

4.3 De inlaatleiding aansluiten, MULTILIFT
M, MD, MOG, MDG
1. Bereid de instelbare instroomopening aan de
achterzijde van de verzameltank voor.
De draaibare schijfvormige instroomopening heeft
een DN 100 aansluiting waarbij de hoogte van
deze opening kan worden ingesteld op elke
waarde tussen 180 en 315 mm boven
vloerniveau. De meest gebruikelijke hoogtes, 180,
250 en 315 mm, staan aangegeven naast de
instroomopening. Zie de onderstaande
afbeelding. Voordat u de MULTILIFT
opvoerinstallatie aansluit, dient u er rekening mee
te houden dat bij het draaien van de
instroomschijf DN 100 aan de hoogte van de
instroomleiding, de opvoerinstallatie en daardoor
de afvoer overeenkomstig zijwaarts zullen
bewegen (max. 72,5 mm).
DN 100 schijfvormige instroomopening
Een inlaatschijf met een DN 150 inlaat is
verkrijgbaar als accessoire en kan worden
ingesteld op elke hoogte tussen 207 en 279 mm
boven de vloer tot aan het midden van de
inlaatleiding. Zie de onderstaande afbeelding.
Houd er rekening mee dat bij het draaien van de
DN 150 inlaatschijf, ter aanpassing aan de hoogte
van de inlaatleiding, de opvoerinstallatie en
daardoor de uitlaat overeenkomstig zijwaarts
zullen bewegen (max. 36 mm).
Optionele DN 150 inlaatschijf
De schroeven rondom de buitenste ring van de
schijfvormige instroomopening zijn niet volledig
vastgedraaid waardoor de schijfvormige
instroomopening kan worden gedraaid. Hierdoor
kan de instroomopening worden aangepast aan
de gewenste instroomhoogte. Draai alle
schroeven vast wanneer de gewenste
instroomhoogte is ingesteld. Alle schroeven
moeten worden vastgedraaid tot max. 9 Nm. Als
de belangrijkste instroomopening niet wordt
gebruikt, dan kan deze eenvoudig worden
afgedicht met een standaard DN 100 leidingstop,
vastgedraaid met drie schroeven en sluitringen.
Zie de onderstaande afbeelding.
Afdichten van de belangrijkste instroomopening
2. Bereid de optionele instroomopeningen voor door
de gewenste opening uit te zagen.
Gebruik gatenzagen ∅150 voor DN 150, ∅100
voor DN 100 en ∅43 voor DN 50
instroomopeningen. De snijlijn moet verzonken
zijn. De openingen moeten ontbraamd worden om
scherpe zaagranden te vermijden. De
verbindingen zijn voorzien van moffen.
DN 50 - Ø43
DN 100 - Ø100
DN 150 - Ø150
Zagen of boren van optionele aansluitopeningen
563

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave