Basisfuncties
U kunt deze camera op drie manieren bedienen.
Het gebruik van de directe knoppen bij
het bedienen van de camera gblz. 20
U kunt functies instellen terwijl de subregelaar en
de directe knoppen aan een functie zijn toegewezen.
Terwijl u een functie instelt, wordt de instelinformatie
weergegeven in de zoeker en op het superbedienings-
paneel. Dit is handig als u de camera gebruikt terwijl
u het onderwerp in de zoeker kadreert.
Instellen in het menu gblz. 22
In het menu kunt u de fotografeer- en weergave-
instellingen kiezen en de camerafuncties naar
wens aanpassen.
Instellen terwijl u op het superbedieningspaneel
kijkt gblz. 21
U kunt de functies instellen terwijl de LCD-monitor
het superbedieningspaneel weergeeft. Op het
superbedieningspaneel kunt u de huidige instellingen
bekijken en onmiddellijk aanpassen.
Beschrijvingen in deze handleiding
De gebruiksaanwijzingen van de directe knoppen, het superbedieningspaneel en het menu worden
in deze handleiding als volgt beschreven.
• " + " geeft handelingen aan die tegelijkertijd worden uitgevoerd.
• " " geeft aan dat u moet doorgaan met de volgende stap.
bijv.: Bij het instellen van de flitssterkte-regeling
Directe knop
Superbedieningspaneel
Menu
Camera-instellingen resetten
# + F j
i p: [w]
MENU [X] [w]
In de stand P, A, S en M blijven uw camera-
instellingen (inclusief uw wijzigingen) bewaard
als u de camera uitschakelt. Om uw camera terug
te zetten op de standaardinstellingen af fabriek,
selecteert u [RESET] (resetten).
g"Camera-instellingen resetten" (blz. 92)
Subregelaar
j
19
NL