Inhoudsopgave
Advertenties
Storingen - oorzaken en oplossingen
Storing
Hark werkt niet nauwkeurig
Hoge gewasvervuiling
Zwadbreedte te groot
In de wendakkerstand beweegt
de hark omlaag, de andere
omhoog.
Hark beweegt niet parallel naar
buiten
De achterste hark kantelt tijdens
de wendakkerstand in het voorste
bereik omlaag.
94
Mogelijke oorzaak
Werkdiepte te hoog ingesteld
Werksnelheid te hoog
Toerental te laag
Zijdelingse harkhelling verkeerd
ingesteld.
Tandarm(en) krom
Werkdiepte te diep ingesteld
Tandarm(en) gebogen
Zwadvormer te ver naar buiten
gezet.
Toerental te laag
Harken zijn niet tot in de
wendakkerstand omhoog
bewogen.
Reductieklep verkeerd ingesteld.
Besturingsapparaat op tractor
staat niet in de stand "Heffen"
Reductieklep verkeerd ingesteld.
Oplossing
Werkdiepte dieper instellen
De rijsnelheid reduceren.
Aanbevolen snelheid 8-10 km/u.
Bij oneffen terreinen, hogere
voerhoeveelheid eventueel
langzamer rijden.
Het toerental verhogen.
Richtwaarde 450 rpm.
Zijwaartse neiginginstelling
veranderen (zie hoofdstuk
Bediening "Zijwaartse
neiginginstelling van het
harkonderstel).
Tandarmen vervangen
Werkdiepte hoger instellen
Tandarmen vervangen
Zwadvormer er verder inschuiven.
Toerental verhogen
Hydraulisch systeem bedienen tot
de harken geheel omhoog
bewogen zijn
Reductieklep instlelen (zie
hoofdstuk "Instelbare
reductiekleppen").
Hark helemaal uitzetten en het
enkelwerkende
besturingsapparaat voor de tijd
waarin de machine in de
wendakkerstand wordt toegepast
in de positie "Heffen" laten.
Reductieklep instlelen (zie
hoofdstuk "Instelbare
reductiekleppen").
Advertenties
Inhoudsopgave
