9.7
Instellen van de werkdiepte
Afb. 23
•
Zet de hark met het stuurventiel langzaam omhoog.
•
De motor van de tractor uitzetten, de contactsleutel uit het contact trekken en de tractor
tegen wegrollen beveiligen.
•
Breng de aanslag (2) in de gewenste stand.
•
Zet de hark met het stuurventiel langzaam omlaag.
•
Steunwileen voor en achter eventueel afstellen (zie hoofdstuk Eerste inbedrijstelling
"Basisinstelling").
SW46T015
Bediening
59