BEDIENING
STUUR
Met het stuur bepaalt u de rijrichting van de
machine. De machine reageert direct op iedere
beweging van het stuur.
Naar links: Draai het stuur naar links.
Naar rechts: Draai het stuur naar rechts.
KANTELHENDEL STUURKOLOM
Met deze hendel stelt u de hoek van de
stuurkolom in. Om de stuurkolom te kantelen,
trekt u de handel recht naar u toe. Zet het stuur in
de gewenste stand en laat de hendel weer los.
CONTACTSLOT
U start en stopt de motor door de sleutel in het
contactslot om te draaien.
LET OP: Als u de machine aan zet, moet
u uw voet op de rem houden en moet
het rijpedaal in de vrijstand staan.
Voorverwarmen: Draai de sleutel linksom. Het
gloeipatroonlampje gaat branden. Het lampje gaat
uit zodra de motor startklaar is. Dit duurt
gewoonlijk 5 tot 30 seconden, afhankelijk van de
weersomstandigheden.
Starten: Draai de sleutel helemaal naar rechts.
Laat de sleutel los zodra de motor aanslaat.
Stoppen: Draai de sleutel linksom.
ATLVt 4300 330525 (9−99)
BEDIENING
11