Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Gebruikershandleiding
MACH-6

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor quadient MACH-6

  • Pagina 1 Gebruikershandleiding MACH-6...
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Veiligheidsmaatregelen Veiligheidsmaatregelen ....................3 Kennismaking Vooraanzicht ........................7 Weergave invoereinde en verbindingen ..............9 Aanzicht van afdrukengine (onder de printkopklep) ..........11 Inkttankaanzicht (achter inkttankklep) ..............13 Aanzicht van afdrukgebied (onder openslaande klep) ........14 De printer installeren Voordat u de printer gebruikt ..................19 Transportinspectie ......................20 Vereist gereedschap ......................21 Kies een locatie ........................22 Gebruiksomstandigheden ....................23...
  • Pagina 3 Onderhoud De printer en onderdelen hiervan reinigen ............187 De printer voorbereiden voor transport ..............208 Problemen oplossen Memjet®-printkop .......................221 Printer ..........................223 Fouten en waarschuwingen ..................228 Bijlage Bijlage A – Printerspecificaties ................243 Bijlage B – Toebehoren en optionele hardware ..........245 Bijlage C – Back-up-/overdrachtspoort ..............246 Bijlage D –...
  • Pagina 4: Veiligheidsmaatregelen

    Veiligheidsmaatregelen Veiligheidsmaatregelen ..............3...
  • Pagina 6: Veiligheidsmaatregelen

    Veiligheidsmaatregelen DEZE APPARATUUR LEVERT GEEN PROBLEMEN OP BIJ CORRECT GEBRUIK. NEEM DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN IN ACHT BIJ DE BEDIENING VAN DE MACH 6-PRINTER. VOORDAT U DE PRINTER IN GEBRUIK NEEMT, DIENT U DEZE HANDLEIDING AANDACHTIG DOOR TE NEMEN EN DE AANBEVOLEN PROCEDURES, WAARSCHUWINGEN EN INSTRUCTIES TE VOLGEN.
  • Pagina 7 medewerkers is echter verantwoordelijk voor eventuele onnauwkeurigheden in de informatie. MemjetTM is een gedeponeerd handelsmerk. Alle andere handelsmerken zijn het eigendom van hun respectievelijke eigenaren. Alle rechten voorbehouden. Zonder schriftelijke toestemming van de uitgever mag dit boek of een deel van dit boek niet op elektronische of mechanische wijze worden gekopieerd of verspreid, daarbij inbegrepen het maken van fotokopieën en het gebruik van opname- of gegevensopslag- en opzoeksystemen.
  • Pagina 8: Kennismaking

    Kennismaking Vooraanzicht .................7 Weergave invoereinde en verbindingen ........9 Aanzicht van afdrukengine (onder de printkopklep) ................11 Inkttankaanzicht (achter inkttankklep) .......13 Aanzicht van afdrukgebied (onder openslaande klep) ....................14...
  • Pagina 10: Vooraanzicht

    Vooraanzicht Aanraakscherm (bedieningspaneel) – Hierop worden het menu en informatie over de printerstatus weergegeven. Vanuit dit scherm kunt u printerfuncties instellen en uitvoeren. Printkopklep – Biedt toegang tot afdrukengine, printkop en servicestation. OPMERKING: Alle kleppen moeten gesloten blijven wanneer de printer bezet is (bezig met afdrukken, onderhoud verrichten).
  • Pagina 11 Openslaande klep – Bovenste gedeelte van de afdrukengine dat de printkop en het servicestation bevat. Gaat omhoog/omlaag naargelang de instelling voor de dikte van het printmateriaal. U opent de openslaande klep (aan achterzijde scharnierend) als volgt om toegang te krijgen tot het printmateriaalpad/afdrukgebied; open de inkttankklep [5] en ontgrendel de vergrendeling van de openslaande klep (door deze naar buiten te trekken) [A].
  • Pagina 12: Weergave Invoereinde En Verbindingen

    Weergave invoereinde en verbindingen Zijgeleider voor printmateriaal - Binnen – Wordt gebruikt om de binnenrand van printmateriaal te geleiden. Zijgeleider voor printmateriaal - Buiten – Wordt gebruikt om de buitenrand van printmateriaal te geleiden. Feeder-/invoersensoreenheid (verstelbaar) – Bevat twee sensoren. De feedersensor meet/bewaakt de lengte van het printmateriaal en regelt wanneer het volgende stuk wordt ingevoerd.
  • Pagina 13 Verlengingen voor printmateriaalsteunwiggen – Smalle en brede verlengingen voor printmateriaalsteunwiggen zijn meegeleverd om een grotere verscheidenheid aan verschillende breedten en lengten van printmateriaal te kunnen gebruiken. Ze worden bevestigd aan de achterste geleider voor printmateriaalondersteuning [7]. Invoerrollen (twaalf) – Leveren het printmateriaal van het feedergedeelte naar het gebied van de afdrukengine.
  • Pagina 14: Aanzicht Van Afdrukengine (Onder De Printkopklep)

    Aanzicht van afdrukengine (onder de printkopklep) Motor servicestationslee – Verplaatst het servicestation onder en weg van de printkopeenheid voor inspectie, schoonmaken of service. Inktrevolverkoppelingen – Verbinden inktleidingen met de printkopcartridge. De printkopvergrendeling schuift koppelingen van de printkop uit en trekt deze in.
  • Pagina 15 Printkopcartridge – De Memjet® printkop produceert een afdrukgebied in kleur met een breedte van 222,8 mm. Servicestation – Onderhoudt de printkop. De printkop schuift omhoog en het servicestation schuift onder de printkop om onderhoud aan de printkop te verrichten en/of de printkop af te dichten. Het servicestation schuift van onder de printkop vandaan en de printkop schuift omlaag voor het afdrukken en/of 'slee-inspectie'.
  • Pagina 16: Inkttankaanzicht (Achter Inkttankklep)

    Inkttankaanzicht (achter inkttankklep) Vergrendeling van openslaande klep – Hiermee wordt de openslaande klep ontgrendeld en geopend om vastzittend printmateriaal te verwijderen, de afdrukwals en afvoerbak te installeren/vervangen en het systeem te reinigen. Trek de vergrendeling naar buiten om de klep te ontgrendelen. Inkttankvergrendelingen –...
  • Pagina 17: Aanzicht Van Afdrukgebied (Onder Openslaande Klep)

    Aanzicht van afdrukgebied (onder openslaande klep) Reflector van invoersensor – Weerkaatst de sensorstraal naar de invoersensor voor het printmateriaal. De voorrand van het printmateriaal wordt gedetecteerd terwijl het printmateriaal tussen de invoersensor en de reflector wordt geleid. Oppervlak van papierpad – Het vlakke metalen oppervlak ondersteunt het printmateriaal, zodat het probleemloos door het afdrukgebied wordt getransporteerd.
  • Pagina 18 Printkopopening – De printkop wordt in deze opening geplaatst tijdens het afdrukken en de gebeurtenis 'Inspect Sled' (Slee inspecteren). Uitvoersterwieleenheid – De sterwielen zorgen ervoor dat het printmateriaal met het afgedrukte beeld probleemloos uit het afdrukgebied kan worden getransporteerd met een minimale beeldoverdracht. Transportrollen voor printmateriaal –...
  • Pagina 20: De Printer Installeren

    De printer installeren Voordat u de printer gebruikt ..........19 Transportinspectie ..............20 Vereist gereedschap ..............21 Kies een locatie ................22 Gebruiksomstandigheden ............23 Uitpakken ..................24 Uitpakken ........................24 Verzendmateriaal verwijderen ..........30 Afdrukwals- en afvoerbakeenheid installeren ....32 De afdrukwals- en afvoerbakeenheid installeren ..........33 Zijgeleiders voor printmateriaal en achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning bevestigen ..................36 Printmateriaalzijgeleiders bevestigen (binnen en buiten) ......36...
  • Pagina 22: Voordat U De Printer Gebruikt

    Voordat u de printer gebruikt • Voer een transportinspectie uit. Inspecteer bij de aflevering van de printer de verpakking en meld eventuele problemen bij de vervoerder. • Verzamel de benodigde gereedschappen. • Kies een locatie voor de printer. • Pak de accessoires uit en controleer de inhoud van de doos met accessoires. •...
  • Pagina 23: Transportinspectie

    Transportinspectie De printer wordt in een deugdelijke verpakking geleverd en bereikt onder normale verzendingsomstandigheden de bestemming onbeschadigd. Meld eventuele schade bij de vervoerder. De vervoerder is aansprakelijk voor schade tijdens transport. Transport en opslag dienen onder de volgende omstandigheden plaats te vinden: •...
  • Pagina 24: Vereist Gereedschap

    Vereist gereedschap • Hobbymes en schaar om de verpakking te openen. • Kniptang om de gele kabelbinders door te knippen waarmee de wissermotor is bevestigd aan de slee van het servicestation. • Kleine verstelbare moersleutel om de moer vast te houden bij het verwijderen van schroeven waarmee de achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning is bevestigd.
  • Pagina 25: Kies Een Locatie

    Kies een locatie Plaats de printer op een stevige, vlakke werktafel of kast op een afstand van ten minste 23 cm van enige muur. Gebruik de volgende methoden om te controleren of de tafel en printer waterpas zijn: • Met een waterpas moet worden gecontroleerd of de tafel waterpas is (van voor naar achter en links naar rechts).
  • Pagina 26: Gebruiksomstandigheden

    Gebruiksomstandigheden De bediening moet onder de volgende omstandigheden plaatsvinden: • Bij een temperatuur tussen +15 °C en +35 °C. • Bij een relatieve luchtvochtigheid tussen 20% en 80%, zonder condensatie. • Bij een atmosferische druk tussen 70 kPa en 105 kPa. •...
  • Pagina 27: Uitpakken

    Uitpakken Raadpleeg de hieronder weergegeven stappen voor het uitpakken in de vermelde volgorde. De verpakkingsmaterialen kunnen enigszins afwijken van de hieronder geïllustreerde verpakkingsmaterialen. Bewaar de verpakking op een veilige plaats voor mogelijk toekomstig gebruik. Er zijn twee mensen nodig om de printer veilig op te tillen en op een stevige, vlakke werktafel te zetten.
  • Pagina 28 Til de buitendoos op. Verwijder de binnenverpakking. Verwijder de doos met inkttanks en accessoires.
  • Pagina 29 Verwijder het schuiminzetstuk. Til de printer voorzichtig op.
  • Pagina 30 Plaats de printer op een stevige, vlakke ondergrond. Inhoud van de verpakking Bij de MACH 6-printer meegeleverde items.
  • Pagina 31 Achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning (duimschroef en montageschroeven aan de printer bevestigd) Inkttanks (vijf, verpakt in vormschuim) – cyaan, magenta, geel, zwart, zwart Printkopcartridge (in illustratie verwijderd uit verpakking) Verlengingen voor printmateriaalsteunwiggen: smal en breed (bevestig aan sleuven in achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning) Netsnoer Afdrukwals- en afvoerbakeenheid...
  • Pagina 32 USB-flashstation – Bevat printerstuurprogramma, Gebruikershandleiding, Snelstartgids en installatievideo. (Wordt bevestigd aan de zijkant van de printer geleverd, zoals geïllustreerd.)
  • Pagina 33: Verzendmateriaal Verwijderen

    Verzendmateriaal verwijderen OM MOGELIJKE SCHADE AAN DE PRINTER TE VERMIJDEN, MAG U DE PRINTER NIET VAN STROOM VOORZIEN OF INSCHAKELEN TOT ALLE VERZENDMATERIALEN ZIJN VERWIJDERD. Open de printkopklep. Zoek en verwijder het verzendingsschuimblok, dat hieronder wordt geïllustreerd. De kleur van het schuimblok kan verschillen. De servicestationslee wordt tijdens het transport op zijn plaats gehouden met een verzendingsschuimblok.
  • Pagina 34 Zoek de twee GELE kabelbinders, knip deze door en verwijder ze. De wissermotor is tijdens het transport met kabelbinders bevestigd aan de servicestationslee. Knip de witte of zwarte kabelbinders waarmee de positie van de inktleidingen wordt bepaald NIET door. Zorg dat u alle stukjes van de doorgeknipte kabelbinders uit de printer verwijdert. Sluit de printkopklep voorzichtig.
  • Pagina 35: Afdrukwals- En Afvoerbakeenheid Installeren

    Afdrukwals- en afvoerbakeenheid installeren Het absorberende materiaal in de nieuwe afdrukwals- en afvoerbakeenheid kan enkele inktafzettingen vertonen. Dit is normaal. De eenheden worden geïnstalleerd en getest tijdens het kwaliteitsbewakingsproces en worden vervolgens verwijderd en verpakt in de doos met accessoires. Selecteer de juiste afdrukwals en installeer deze in de afvoerbak: •...
  • Pagina 36: De Afdrukwals- En Afvoerbakeenheid Installeren

    De afdrukwals- en afvoerbakeenheid installeren Open de inkttankklep [A]. Ontgrendel de vergrendeling van de openslaande klep [B] door deze naar buiten te trekken om de openslaande klep te ontgrendelen en omhoog te brengen.
  • Pagina 37 Duw de lipjes, aan beide uiteinden van de afvoerbak, in de framesleuven [C] zoals hieronder geïllustreerd. Het is van het grootste belang dat u de lipjes van de afvoerbak in de framesleuven [C] plaatst en dat de afdrukwals waterpas is. Als deze niet juist wordt geïnstalleerd, kunnen er problemen optreden met het transport van het afdrukmateriaal (scheve invoer, vastlopend papier) en/of kan het systeem beschadigd worden.
  • Pagina 38 Controleer of de afdrukwals- en afvoerbakeenheid horizontaal is geplaatst in de printer, zoals hieronder geïllustreerd. Als de voorzijde of achterzijde van de afvoerbak niet waterpas is, moet u controleren of beide lipjes in de sleuven [C] zijn geplaatst, zoals hierboven geïllustreerd. Als de voorzijde van de afvoerbak niet in de voorste sleuf [C] valt, is de afvoerbak mogelijk achterstevoren geplaatst.
  • Pagina 39: Zijgeleiders Voor Printmateriaal En Achterste Geleider/Slee Voor Printmateriaalondersteuning Bevestigen

    Zijgeleiders voor printmateriaal en achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning bevestigen Printmateriaalzijgeleiders bevestigen (binnen en buiten) Verwijder de schroeven uit de montageblokken, zoals geïllustreerd. Elk blok bevat een bolkopschroef en een platte schroef. Let op de locaties hiervan. Plaats NOTCH (uitsnijding), aan de onderzijde van de geleider, over BAR (balk), zoals geïllustreerd.
  • Pagina 40 Lijn de openingen in de geleider uit met openingen in het montageblok en breng de schroeven aan om de geleider vast te zetten. De schroeven verschillen. Zorg dat de platte schroef [1] wordt bevestigd in de binnenste, verzonken opening en de bolkopschroef [2] in de buitenste opening in de geleider;...
  • Pagina 41: Achterste Geleider/Slee Voor Printmateriaalondersteuning Bevestigen

    Achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning bevestigen Verwijder knop [3] (duimschroef en sluitring) en twee platte schroeven [4] van de montageblokken, zoals hieronder geïllustreerd. Een verstelbare moersleutel kan van pas komen om de moer vast te houden, zodat deze niet gaat ronddraaien wanneer u deze twee schroeven verwijdert.
  • Pagina 42 Lijn de moeren op het montageblok uit alvorens door te gaan. De onderzijde van de achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning heeft uitsparingen die moeten aansluiten op moeren op het montageblok. Illustratie met geleider omgedraaid zodat de uitsparingen voor de moeren zichtbaar zijn. Lijn de moeren uit zodat de platte zijde naar de invoerrollen is gericht, zoals geïllustreerd.
  • Pagina 43 Lijn de gaten aan de bovenzijde van de geleider uit met de openingen in de moeren op het montageblok, zoals hieronder geïllustreerd. Gebruik de twee platte schroeven om de geleider vast te zetten op de moeren op het montageblok. Als de geleider moeilijk te verplaatsen (verschuiven) is nadat de twee platte schroeven zijn aangedraaid, is dit een teken dat de moeren niet in de uitsparingen aan de onderzijde van de geleider zitten.
  • Pagina 44: Printer Aansluiten

    3.10 Printer aansluiten De printer aansluiten • Steek de stekker van het netsnoer in een wandcontactdoos die 100-240 VAC, 50/60 Hz biedt met aarde. • Het gebruik van een stroombeveiligingsapparaat wordt sterk aanbevolen om schade als gevolg van spanningsdalingen, spanningspieken en spanningsonderbrekingen te verminderen.
  • Pagina 45: Aansluiten Op Computer

    Aansluiten op computer De printer kan via de volgende poorten op de computer worden aangesloten: • USB-poort [2] om de printer aan te sluiten op een lokale pc. Als u de printer via USB wilt verbinden, moet u de USB-kabel nu nog niet aansluiten.
  • Pagina 46: De Stroom Aan Of Uit Zetten

    3.11 De stroom AAN of UIT zetten De printer aanzetten: Zet de hoofdschakelaar [1] op ON (AAN). Druk op de knop Soft aan/uit. De knop licht blauw op. Nadat op de knop Soft aan/uit is gedrukt, duurt het ongeveer 30 seconden voordat informatie wordt weergegeven op het aanraakscherm.
  • Pagina 47: Inkttanks Installeren

    3.12 Inkttanks installeren De MACH 6 gebruikt vijf inkttanks (twee zwarte, een cyaan, een magenta en een gele). De inkttank is een kwetsbaar precisie-instrument. Wees bij het hanteren zeer voorzichtig om schade te voorkomen. Anatomie van inkttanks De inkt in de inkttanks kan schadelijk zijn als deze wordt doorgeslikt.
  • Pagina 48: Procedure (Inkttanks Installeren)

    Procedure (Inkttanks installeren) Gebruik poedervrije nitrilhandschoenen bij het werken met inkttanks. In deze procedure wordt verondersteld dat u inkttanks installeert in een printer waarin geen enkele inkttank is geïnstalleerd. Raadpleeg het gedeelte 'Inkttanks vervangen pagina 193' als u een lege inkttank vervangt. Installeer de inkttanks als volgt: Zet de printer AAN en start deze op.
  • Pagina 49 Open de inkttankklep (onderaan scharnierend). Wanneer u de inkttankklep opent, wordt de communicatie van de printer met de inkttanks verbroken, zodat de inkttanks veilig kunnen worden geïnstalleerd en vervangen. Open de vergrendelingen [A] van de inkttanks. Trek de vergrendeling (bovenaan scharnierend) aan de onderkant omhoog om deze los te maken en open te laten zwaaien.
  • Pagina 50 Controleer of de inktafvoerbak [C] goed is vastgezet. Deze moet aan beide zijden in het frame zijn bevestigd. Haal de nieuwe inkttank(s) uit de verpakking. Plaats de inkttanks (met het label naar boven) in de sleuven voor de desbetreffende kleuren [B]. Zorg dat de inkttanks correct zijn geplaatst.
  • Pagina 51: De Printkopcartridge Installeren

    3.13 De printkopcartridge installeren Gebruik deze procedure om de printkop te installeren in een printer waarin momenteel geen printkop is geïnstalleerd. Als u een printkopcartridge verwijdert en/of vervangt, raadpleegt u het gedeelte 'De printkopcartridge verwijderen/vervangen op pagina 198' Als u bij de vorige printkop vage afdrukken of een plotselinge storing bij een bepaald gebied van de spuitopeningen hebt ondervonden, raden we u aan het servicestation te laten inspecteren/reinigen en de veegroller te laten vervangen voordat...
  • Pagina 52: Beschermende Verpakking

    Beschermende verpakking 1 en 10 Handgrepen Vacuüm folieverpakking Beschermingsstroken Kartonnen voor spuitopeningen verpakkingsdoos 3 en 8 Beschermende Bevestigingsklem voor afdekkingskleppen afdekking...
  • Pagina 53 Beschermende afdekking Beschermende strip voor elektrische contacten Gooi de beschermingstape na verwijdering weg. Gebruik beschermingstape NIET opnieuw. Bewaar alle overige verpakking om de oude printkopcartridge in te bewaren of weg te gooien. De inkt in de printkopcartridge kan schadelijk zijn als deze wordt doorgeslikt.
  • Pagina 54 Voordat u begint met deze procedure moet u zorgen dat u wat gedistilleerd water en enkele pluisvrije doeken bij de hand hebt. U hebt deze items nodig om de spuitopeningen van de printkop te bevochtigen. Gebruik GEEN kraanwater of keukenpapier om de spuitopeningen van de printkop te bevochtigen of reinigen.
  • Pagina 55: De Printkopcartridge Installeren

    De printkopcartridge is een kwetsbaar precisie-instrument. Wees bij het hanteren zeer voorzichtig om schade en problemen te voorkomen die de afdrukkwaliteit kunnen verminderen. Lees deze volledige procedure voordat u het installatieproces probeert uit te voeren. Bij deze procedure wordt ervan uitgegaan dat alle inkttanks zijn geïnstalleerd en worden herkend als 30% of meer inkt bevattend.
  • Pagina 56 Controleer of de printkopvergrendeling [1] is ontgrendeld. Als de printkop niet wordt gedetecteerd (momenteel geen printkop geïnstalleerd), zou de printkopvergrendeling tijdens het opstartproces automatisch moeten worden ontgrendeld. Forceer de printkopvergrendeling [1] NIET open. Dit leidt tot ernstige schade! Als de printkopvergrendeling per ongeluk is gesloten nadat de printer is opgestart, gebruikt u de volgende procedure om de printkopvergrendeling veilig te ontgrendelen.
  • Pagina 57 Als 'Release Printhead' (Printkop ontgrendelen) grijs wordt weergegeven en 'System Deprime' (Gebruiksklaar maken systeem opheffen) beschikbaar is, betekent dit dat de printer een geïnstalleerde en gebruiksklaar gemaakte printkop detecteert. Gebruik in dit geval 'System Deprime' (Gebruiksklaar maken systeem opheffen) om het gebruiksklaar maken op te heffen en de printkopvergrendeling te ontgrendelen.
  • Pagina 58 Open de ontgrendelde printkopvergrendeling [1] volledig. Hierdoor worden de inktrevolverkoppelingen volledig ingetrokken. In de onderstaande afbeeldingen zijn de intkrevolverkoppelingen geïllustreerd met geïnstalleerde vloeistofdopbeschermers [2]. Als de printkopvergrendeling niet is vrijgegeven, mag u de vergrendeling niet open forceren. Dit leidt tot ernstige schade. Ontgrendel de vergrendeling met de knop 'Release Printhead' (Printkop ontgrendelen) of 'System Deprime' (Gebruiksklaar maken systeem opheffen) in het aanraakscherm of de toolbox.
  • Pagina 59 Verwijder de vloeistofdopbeschermers [2], indien geïnstalleerd, op de inktrevolverkoppelingen. Bewaar deze items. Ze moeten worden gebruikt om het open inktsysteem te verzegelen en beschermen wanneer er geen printkopcartridge is geïnstalleerd.
  • Pagina 60 Haal de printkop uit de verpakking. [A] Haal de printkopcartridge voorzichtig uit de folieverpakking. Maak bij de inkeping een scheurtje in de verpakking of knip deze met een schaar open. [B] Verwijder de plastic bescherming. Houd de printkop vast bij de handgreep en maak de klem van de bescherming los om deze van de printkop te halen.
  • Pagina 61 Maak het printkopoppervlak vochtig. (Hierdoor wordt een tijdelijke waterafdichting tot stand gebracht op de spuitopeningen van de inktjet om ervoor te zorgen dat de printkop op de juiste wijze gebruiksklaar wordt gemaakt.) Bevochtig met een pluisvrije doek, die met gedistilleerd water is bevochtigd maar niet druipnat is, het gedeelte met de spuitopeningen van de printkop (hieronder aangeduid).
  • Pagina 62 Plaats de printkopcartridge voorzichtig onder een hoek [4] in het hiervoor bestemde compartiment, met het printkopoppervlak naar beneden en de inktkoppelingen in de richting van de inktrevolverkoppelingen (inktlijnen) gericht. Zodra de cartridge op zijn plaats zit, kantelt u deze voorzichtig naar voren totdat de cartridge rechtop op zijn plek klikt [5].
  • Pagina 63 10. Sluit de printkopvergrendeling voorzichtig [6]. Bij een nieuw systeem zult u enige weerstand ondervinden bij het sluiten van de printkopvergrendeling, aangezien de koppelingsvlakken niet gesmeerd zijn (er is geen inkt aanwezig). Sluit de vergrendeling langzaam om beschadiging van de rubberen O-ringen in de inktrevolverkoppelingen te voorkomen.
  • Pagina 64 11. Sluit de printkopklep! De printer voert een procedure voor het gebruiksklaar maken uit, waarbij het inktsysteem en de printkop met inkt worden gevuld. Ondertussen wordt bovenaan in het aanraakscherm 'System Status: Maintenance Busy' (Systeemstatus: Onderhoud in uitvoering) weergegeven en verschijnen de volgende berichten in een voortgangsbalk: Printhead Prime (Printkop gebruiksklaar maken), Ink Circulate (Inkt circuleren), Transfer Wiper (Wisser afvegen).
  • Pagina 65 12. Op het aanraakscherm kunt u zien wanneer het gebruiksklaar maken van de printkop is voltooid. Het printkoppictogram [7] verandert van een omtrek (printkop niet gebruiksklaar gemaakt) in een oranje vulling (printkop gebruiksklaar gemaakt) en in de linkerbovenhoek van het aanraakscherm wordt ONLINE [8] weergegeven.
  • Pagina 66 13. Open de printkopklep en controleer of ALLE inktleidingen zijn gevuld met inkt. Zorg dat u de inktleidingen aan beide zijden (invoer- en uitvoerzijde) van de printkopcartridge controleert. Proberen af te drukken met een printer met lege inktleidingen of veel lucht in de inktleidingen kan permanente schade aanbrengen aan de printkopcartridge (spuitopeningen van de printkop).
  • Pagina 67: Printersoftware Installeren (Stuurprogramma En Toolbox)

    3.14 Printersoftware installeren (stuurprogramma en toolbox)
  • Pagina 68: Minimale Systeemvereisten

    Minimale systeemvereisten Voor het correct functioneren van de printersoftware moet u controleren of het computersysteem aan deze minimumvereisten voldoet: • Besturingssysteem: Windows 8/8.1, Windows 10 (alleen desktopmodus). Windows XP, Windows Vista, Windows 7. Ondersteunt 32- en 64-bits systemen. (U moet beschikken over beheerdersrechten op het systeem.) Windows 8, 8.1 en Windows 10 worden alleen in desktopmodus ondersteund.
  • Pagina 69: De Printer Aansluiten Via Usb

    De printer aansluiten via USB Gebruik deze procedure voor de installatie van het printerstuurprogramma voor een USB-verbinding. Als u van plan bent de printer via een netwerkverbinding aan te sluiten, raadpleegt u het gedeelte 'De printer aansluiten via het netwerk (Ethernet-verbinding) op pagina 70'.
  • Pagina 70 Installeer de printersoftware. Zorg dat het computersysteem voldoet aan de minimumvereisten en dat u de andere instructies op het scherm hebt opgevolgd. Klik op "Install Printer Software""Printersoftware installeren". Licentieovereenkomst. Schakel het selectievakje 'I accept…' ('Ik accepteer…') in en klik vervolgens op "Next"('Volgende>').
  • Pagina 71 Printeraansluitingen. Klik op 'Configure to print using USB' (Configureren voor afdrukken met behulp van USB). Klik vervolgens op 'Volgende>'. Printersoftware installeren. Het downloaden van de software begint. Wilt u deze apparaatsoftware installeren? Klik op "Install" ('Installeren').
  • Pagina 72 10. Het venster Connect your Device Now (Sluit nu uw apparaat aan) wordt weergegeven. Sluit een USB-kabel aan tussen de printer en de computer. Klik op geen enkele knop. Na enige tijd herkent het systeem de apparaatverbinding automatisch en wordt de installatie van het stuurprogramma voortgezet.
  • Pagina 73: De Printer Aansluiten Via Het Netwerk (Ethernet-Verbinding)

    12. Installeer de printersoftware. Klik op "Exit" 'Afsluiten' om het installatieprogramma af te sluiten. 13. Start de computer opnieuw op om de installatie te voltooien. Als uw systeem meerdere stuurprogramma's voor de S Series bevat en u deze gemakkelijker wilt kunnen onderscheiden, opent u de map 'Printers en faxen' (Apparaten en printers, Printers en scanners) en wijzigt u de namen van de printers.
  • Pagina 74 Zet de printer AAN en start deze op. Steek de stekker van de printer in het stopcontact. Zet de hoofdschakelaar op ON (AAN). Druk op de knop Soft aan/uit om de afdrukengine op te starten. Tik in het aanraakscherm van de printer op 'Menu' en vervolgens op 'Setup' (Instellen) in de vervolgkeuzelijst.
  • Pagina 75 Het scherm 'Network Configuration' (Netwerkconfiguratie) wordt geopend. Standaard wordt de printer geleverd met DHCP en Auto-IP ingeschakeld. Als uw netwerk deze functies gebruikt, wijst het automatisch een IP-adres toe aan de printer tijdens het opstarten van de printer. Het wordt echter ten zeerste aanbevolen DHCP en Auto-IP uit te schakelen en een 'statisch' IP-adres te gebruiken.
  • Pagina 76 Blader naar het USB-flashstation. Ga naar de map met de naam 'Driver' (Stuurprogramma). Open de map 'Driver', zoek WinSetup.exe en voer dit bestand uit. Voor de beste resultaten klikt u op de rechtermuisknop en selecteert u 'Als administrator uitvoeren'. 10. Installeer de printersoftware. Zorg dat het computersysteem voldoet aan de minimumvereisten en dat u de andere instructies op het scherm hebt opgevolgd.
  • Pagina 77 11. Licentieovereenkomst. Schakel het selectievakje 'I accept…' (Ik accepteer…) in en klik vervolgens op "Next>" (Volgende>). 12. Printeraansluitingen. Klik op 'Configure to print using over the Network' (Configureren voor afdrukken via het netwerk). Klik vervolgens op 'Volgende>'. Printersoftware installeren. Searching for printers… (Zoeken naar printers…) wordt kort weergegeven.
  • Pagina 78 13. Het venster Printers Discovered (Gevonden printers) wordt weergegeven als een of meer S-Series-printers worden aangetroffen in het netwerk. Als meer dan een printer wordt weergegeven, kunt u de printer identificeren aan de hand van de 'hardware-ID' of het IP-adres die/dat in een eerdere stap is gebruikt/ingevoerd. Selecteer de gewenste printer en klik op 'Volgende>'.
  • Pagina 79 15. Printersoftware installeren. Het downloaden van de software begint. 16. Wilt u deze apparaatsoftware installeren? Klik op 'Install' (Installeren).
  • Pagina 80 17. Software-installatie voltooid. Schakel het selectievakje Print Test Page (Testpagina afdrukken) niet in aangezien de printer nog niet is geïnstalleerd. U kunt nu desgewenst het selectievakje 'Set this printer as the default printer' (Deze printer als standaardprinter instellen) inschakelen. Klik op 'Voltooien'. 18.
  • Pagina 82: De Printer Bedienen

    De printer bedienen Voordat u de printer gaat gebruiken, moet u controleren of u de afdrukwals- en afvoerbakeenheid juist hebt geïnstalleerd. Instellen van invoer van printmateriaal .......81 Zijgeleiders voor printmateriaal (binnen en buiten) in de juiste positie plaatsen ..........................83 Papierscheidingen afstellen ..................84 Achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning afstellen ............................87 De feeder-/invoersensoreenheid positioneren ............91...
  • Pagina 84: Instellen Van Invoer Van Printmateriaal

    Instellen van invoer van printmateriaal De printer is uitgerust met vier papierscheidingen, twee zijgeleiders en een achterste geleider voor printmateriaalondersteuning met twee wigverlengingen met verschillende grootte. Bij een juiste afstelling scheiden en geleiden deze items het printmateriaal, zodat slechts één stuk printmateriaal tegelijk wordt ingevoerd in de afdrukengine. Referentiehulpmiddel voor de afdrukzone Een referentiehulpmiddel voor de afdrukzone is bevestigd aan de vulplaat op de printer, in de buurt van het papierscheidingsgebied.
  • Pagina 85 Afdrukzone: geeft de positie bij benadering aan van het afdrukgebied (222,75 mm, 8,77 inch) binnen de afdrukengine. Positie van uitvoersensor: geeft de positie bij benadering aan van de uitvoersensor. Als uw printmateriaal het symbool van de uitvoersensor niet volledig bedekt, moet u 'Ignore Exit Sensor' (Uitgangssensor negeren) selecteren in het aanraakscherm (menu Job, Media Thickness [Printmateriaaldikte]).
  • Pagina 86: Zijgeleiders Voor Printmateriaal (Binnen En Buiten) In De Juiste Positie Plaatsen

    Zijgeleiders voor printmateriaal (binnen en buiten) in de juiste positie plaatsen Plaats de binnenste zijgeleider voor printmateriaal [B] op de gewenste positie en zet deze vast met de vergrendelknop. Plaats vervolgens een enkel stuk printmateriaal onder de hopper, zodat het tegen de binnenste zijgeleider voor printmateriaal [B] ligt.
  • Pagina 87: Papierscheidingen Afstellen

    Plaats de buitenste zijgeleider voor printmateriaal [C] op een afstand van ongeveer 1/32 inch van de andere kant van het printmateriaal. Draai de vergrendelknop [D] vast om de zijgeleider vast te zetten. Papierscheidingen afstellen Draai de vergrendelingsschroeven achter de papierscheidingen [A] los en til de papierscheidingen omhoog.
  • Pagina 88: Verlenging Voor De Printmateriaalsteunwig Bevestigen

    Plaats één enkel stuk printmateriaal (dikste gedeelte van printmateriaal) onder de papierscheidingen. Draai de vergrendelingsschroef van de papierscheiding los en laat de papierscheiding op het printmateriaal rusten. Draai vervolgens de vergrendelingsschroef vast. Herhaal dit voor elke papierscheiding waaronder printmateriaal is geplaatst. Zorg dat ongebruikte papierscheidingen omhoog staan en vergrendeld zijn in de omhoogstand om schade aan de invoerrollen en papierscheidingen te voorkomen.
  • Pagina 89 Brede verlenging voor de printmateriaalsteunwig [A] • Voor printmateriaal met een breedte van 15,2 cm (6") tot 26,7 cm (10,5") en een lengte van 10,2 cm (4") tot 33 cm (13"). • Voor het invoeren van enveloppen nr. 9, nr. 10 met de lange zijde eerst (LZE) Smalle verlenging voor de printmateriaalsteunwig [B] •...
  • Pagina 90: Achterste Geleider/Slee Voor Printmateriaalondersteuning Afstellen

    Achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning afstellen Achterste geleider voor printmateriaalondersteuning [F] afstellen. Draai de vergrendelknop los en schuif de geleider naar recht of links om deze te centreren over de breedte van uw printmateriaal. Zet vervolgens de vergrendelknop vast.
  • Pagina 91 Achterste slee voor printmateriaalondersteuning [G] afstellen. Draai de vergrendelknop los en verplaats de slee naar de gewenste positie om de achterrand van het printmateriaal te verhogen/ondersteunen. Zet vervolgens de vergrendelknop vast. Voorbeelden: Papiervellen - Printmateriaal omhoog brengen ~ 3,18 cm (1,25") boven vulplaat Enveloppen nr.
  • Pagina 92: Positioneringsschalen Voor Geleider/Slee En Veiligheidsstop Voor Slee

    Positioneringsschalen voor geleider/slee en veiligheidsstop voor slee Voor uw gemak is voorzien in positioneringschalen. Zodra de juiste posities voor de geleider/slee zijn bepaald voor een bepaald(e) printmateriaal/job, moet u deze posities noteren. Zo kunt u de positionering van de geleider/slee gemakkelijker dupliceren wanneer u later hetzelfde printmateriaal gebruikt of dezelfde job uitvoert.
  • Pagina 93: Printmateriaal In Feedergedeelte (Hopper) Laden

    Printmateriaal in feedergedeelte (hopper) laden Een stapel printmateriaal in de hopper plaatsen Zorg dat de stapel waaiervormig is geplaatst, zodat het onderste stuk dichter bij de scheidingen ligt dan de bovenste stukken. Wanneer u een lege hopper laadt, moet u één stuk printmateriaal direct tegen de uiteinden van de scheidingen plaatsen.
  • Pagina 94: De Feeder-/Invoersensoreenheid Positioneren

    De feeder-/invoersensoreenheid positioneren De printer is uitgerust met een herpositioneerbare eenheid die de feedersensor en de invoersensor bevat. De feedersensor dient om de lengte van het printmateriaal te meten/controleren en te regelen wanneer het volgende stuk printmateriaal wordt ingevoerd. De invoersensor detecteert de voorrand van het printmateriaal wanneer het het gebied van de afdrukengine binnenkomt.
  • Pagina 95 De feeder-/invoersensor herpositioneren. Draai de vergrendelknop los en verschuif de sensoreenheid, zodat deze op lijn komt te liggen met de locatie waar het printmateriaal wordt ingevoerd in de afdrukengine. De aanwijzer [E] op de sensoreenheid geeft de locatie van de sensorstraal aan. Positioneer de sensoreenheid juist om te voorkomen dat gaten/onderbrekingen in printmateriaal en/of oppervlaktegebieden detectieproblemen veroorzaken.
  • Pagina 96: De Printmateriaaldikte Afstellen

    De printmateriaaldikte afstellen Voordat u probleemloos printmateriaal door de printer kunt voeren, moet u de hoogte van de openslaande klep afstellen op de dikte van uw printmateriaal. Op het frame van de openslaande klep vindt u een referentielijn, zoals hier geïllustreerd, als hulpmiddel voor het afstellen van de dikte van het printmateriaal.
  • Pagina 97 Pas de waarde van het bedieningselement Media Thickness (Printmateriaaldikte) op het aanraakscherm van de printer aan tot een waarde waarbij de onderzijde van de witte referentielijn op lijn ligt met de bovenzijde van uw samengedrukte printmateriaal, zoals geïllustreerd in de bovenstaande afbeelding. Zie 'De dikte van het printmateriaal aanpassen en instellen op pagina 114' in het gedeelte...
  • Pagina 98: Selectie Van 'Ignore Exit Sensor' (Uitvoersensor Negeren) VerifiĆ«ren

    Selectie van 'Ignore Exit Sensor' (Uitvoersensor negeren) verifiëren...
  • Pagina 99 De printer is voorzien van een uitvoersensor waarmee problemen met de invoer van printmateriaal kunnen worden gedetecteerd. De uitvoersensor is een reflecterende sensor die omhoog is gericht naar de onderzijde van het printmateriaal. De sensor bevindt zich onder de uitvoertransportklep, op het tafelblad, tussen de transportbanden voor printmateriaal.
  • Pagina 100 In de volgende gevallen moet 'Ignore Exit Sensor' (Uitvoersensor negeren) worden geselecteerd. • Het printmateriaal is zodanig gepositioneerd dat het niet over de uitvoersensor wordt gevoerd. • Het printmateriaal wordt niet over de volledige lengte over de uitvoersensor gevoerd. • Het invoerprintmateriaal heeft geen vierkante of rechthoekige vorm. •...
  • Pagina 101: Onjuiste Invoer En Vastgelopen Papier In Printer Corrigeren

    Onjuiste invoer en vastgelopen papier in printer corrigeren Onjuiste invoer (haperingen in invoer van printmateriaal, dubbele invoer en overlappend printmateriaal) kan in de meeste gevallen worden gecorrigeerd door de papierscheidingen opnieuw af te stellen, de instelling voor de dikte van het printmateriaal te controleren/af te stellen en te verifiëren dat de afdrukwals- en afvoerbakeenheid juist is geïnstalleerd.
  • Pagina 102 Maak de papierscheidingen los en verwijder het printmateriaal. Als er printmateriaal onder de eerste combinatie van drukrollen is terechtgekomen, is dit moeilijk te verwijderen. Gebruik in dit geval de hierna beschreven procedure 'Geen fysiek vastlopen'. Afdruk- of uitvoergebied: Geen fysiek vastlopen. Gebruik deze procedure als u er zeker van bent dat er niets is dat het papierpad fysiek belemmert.
  • Pagina 103 Tik op 'Menu', 'Job' en vervolgens op 'Clear Error' (Fout wissen). Tik op 'Resume' (Hervatten) om door te gaan met afdrukken. Fysiek vastlopen. Gebruik deze procedure in geval van fysiek vastlopen of als u niet zeker weet of het papierpad is belemmerd of niet. Open de inkttankklep.
  • Pagina 104: Het Aanraakscherm Van De Printer Gebruiken

    Het aanraakscherm van de printer gebruiken Het aanraakscherm van de printer kan worden gebruikt om de status van de printer en het inktgebruik te controleren, testafdrukken af te drukken, opgeslagen jobs opnieuw af te drukken, de dikte van het printmateriaal in te stellen en onderhoudstaken uit te voeren.
  • Pagina 105 Systeemstatusindicator In de linkerbovenhoek van het aanraakscherm [A] worden de systeemstatus en statusberichten weergegeven. Aan de kleur van het vak kan de gebruiker snel zien of de printer gebruikersactie vereist of niet. Onderstaand ziet u enkele systeemstatusindicatoren en berichten die vaak worden aangetroffen: ONLINE Het groene vak geeft een goede staat aan.
  • Pagina 106: Maintenance (Onderhoud)

    Wanneer een job is gepauzeerd, wordt in het gebied direct onder het groene vak de naam van de huidige job weergegeven. Tik op de knop 'Resume' (Hervatten) om de job te hervatten. MAINTENANCE (ONDERHOUD) Een blauw vak geeft aan dat de printer bezig is met het verrichten van onderhouds- of afstellingstaken.
  • Pagina 107: Job- En Onderhoudsstatus

    Job- en onderhoudsstatus In dit middelste gedeelte links van het aanraakscherm [C] worden de job- en onderhoudsstatus weergegeven. Page (Pagina) - Hier wordt het aantal pagina's voor de huidige of meest recente job weergegeven. Maintenance (Onderhoud) - Hier wordt het aantal pagina's afgeteld tot het volgende automatische onderhoud van de printkop (Mid Job Service, service halverwege job) wordt uitgevoerd door het servicestation.
  • Pagina 108 job - Hier wordt het aantal afgedrukte jobs weergegeven. U kunt de jobteller vanuit de Toolbox (View, System Status) [Weergave, Systeemstatus] resetten, zoals hieronder weergegeven. Klik op 'X' om de teller te resetten. Klik op 'Yes' (Ja) wanneer een bevestiging wordt gevraagd. Session (Sessie) - Hier wordt het totale aantal pagina's weergegeven dat is afgedrukt voor alle jobs.
  • Pagina 109: Firmware, Datum, Tijd, Informatie Over Relatieve Luchtvochtigheid

    Firmware, datum, tijd, informatie over relatieve luchtvochtigheid Klein gedrukte tekst in de linkerbenedenhoek van het aanraakscherm [F]. • Firmware geeft de huidige firmwareversie aan die in de printer is geïnstalleerd. Voorbeeld: S1_Mk2_R1.3.1: 0.0.47 = Firmwareversie R1.3.1 en RPI (UI)-bestandsversie 0.0.47 •...
  • Pagina 110 Printerstatuspictogram In dit middelste gedeelte van het aanraakscherm [D] wordt een printerpictogram weergegeven. Binnen dit printerpictogram treft u extra pictogrammen en symbolen aan die de huidige status vertegenwoordigen voor de volgende componenten: Inktklep, mediasensoren, klepschakelaars, servicestation, instellingen voor hoogte van printkop en printmateriaaldikte. Aan de hand van deze pictogrammen en symbolen kunt u tevens de locatie van problemen vaststellen, bijvoorbeeld wanneer een sensor wordt geblokkeerd door papier of een klep open is.
  • Pagina 111 • Inktklep: Hier wordt de huidige status van de inktklep (open inkt, gesloten, open lucht, onbekend) weergegeven. • Sensoren en klepschakelaars: Toont de statussensoren (feedersensor, invoersensor, uitvoersensor) en de status van klepschakelaars (printkopklep, inkttankklep) rood = geblokkeerd/gesloten groen = niet geblokkeerd/open •...
  • Pagina 112: Inkttankstatus

    Inkttankstatus Op deze rechterzijde van het aanraakscherm [E] wordt de status van de inkttanks weergegeven.
  • Pagina 113 Inktniveaus: het systeem geeft de berekende waarde (percentage) van de beschikbare inkt voor elke tank weer. Wanneer de waarde van enige inkttank 10% bereikt, wordt het percentage ROOD. Wanneer de berekende waarde nul (leeg) bereikt, stopt de printer met invoeren/afdrukken tot de inkttank is vervangen.
  • Pagina 114 Overige weergavecondities voor de inktstatus: • '?' geeft aan dat de inkttank ontbreekt of niet wordt herkend (slechte/vuile verbinding). Installeer de tank en verzeker u ervan dat de inkttankvergrendeling goed vast zit. Probeer de tank te verwijderen en de contacten van de QA-chip op de tank schoon te maken.
  • Pagina 115: Menuopties En Functies In Het Aanraakscherm

    Menuopties en functies in het aanraakscherm Wanneer u tikt op de 'knop Menu' [B], wordt een vervolgkeuzelijst met menuopties met de volgende selecties weergegeven: Job, Setup (Instellen), Test Print (Afdrukken testen), Maintenance (Onderhoud), Wiper (Wisser) en System Test (Systeemtest). Raak een van deze menuopties aan om de bijbehorende knoppen voor menufuncties [G] weer te geven.
  • Pagina 116 Nadat u op de knop 'Test Path' (Pad testen) hebt gedrukt, begint het printertransport en wordt het printmateriaal, indien aanwezig, ingevoerd vanuit het feedergedeelte in het afdrukgedeelte en door het systeem. Op dit moment wordt de knop 'Stop Path' (Pad stoppen) weergegeven. Tik op 'Stop Path' (Pad stoppen) om het invoer- en transportproces te stoppen.
  • Pagina 117: De Printmateriaaldikte Aanpassen En Instellen

    Media Setup (Printmateriaal instellen) Tik op deze knop om het menu 'Media Setup' (Printmateriaal instellen) te openen. In dit menu kunt u 'Media Thickness' (Printmateriaaldikte) en 'Print Height' (Afdrukhoogte) instellen. U kunt hierbij opties selecteren voor 'Ignore Exit Sensor' (Uitvoersensor negeren), 'Fast Feeding' (Snelle invoer) en 'Feed Gap' (Tussenruimte invoer).
  • Pagina 118 Om de draaiknop te draaien, drukt u op de selectiestip (kleine witte cirkel) en sleept u deze langs de cirkelvormige schaal tot u de gewenste (nieuwe) dikte van het printmateriaal hebt bereikt. De geselecteerde waarde wordt weergegeven naast New (Nieuw). Nadat u een of meer items op dit scherm hebt gewijzigd, wordt de knop Apply (Toepassen) ROOD en verandert de knop Exit (Afsluiten) in de knop Cancel (Annuleren), zodat u de kans krijgt...
  • Pagina 119 Afdrukhoogte Print Height (Afdrukhoogte) - Gebruik dit bedieningselement om de printkop onafhankelijk van de huidige instelling voor de printmateriaaldikte omhoog/omlaag te brengen (in kleine stappen). Deze functie kan van pas komen bij het voorkomen van contact tussen het printmateriaal en het oppervlak van de printkop, waardoor streepvorming op het printmateriaal kan optreden.
  • Pagina 120: De Afdrukhoogte Aanpassen En Instellen

    De afdrukhoogte aanpassen en instellen De afdrukhoogte aanpassen en instellen: Druk op de selectieknop (kleine groene vak) en sleep deze omhoog of omlaag op de schaal naar de gewenste waarde. - Stel de afdrukhoogte in op een hogere waarde om contact tussen het printmateriaal en de printkop (streepvorming) te verminderen.
  • Pagina 121: Fast Feeding (Snelle Invoer) En Feed Gap (Tussenruimte Invoer)

    Fast Feeding (Snelle invoer) en Feed Gap (Tussenruimte invoer) Fast Feeding & Feed Gap (Snelle invoer en Tussenruimte invoer) - Deze functies bieden extra controle over het feedergedeelte van de printer. Door te regelen wanneer de feeder begint/stopt kunt u de afstand (tussenruimte) tussen stukken verminderen, en zodoende de doorvoer van printmateriaal (stukken per uur) vergroten.
  • Pagina 122 • Met een grotere waarde voor Feed Gap (Tussenruimte invoer [ in mm]) wordt de tussenruimte tussen stukken vergroot. Dit kan vereist zijn om problemen met het invoeren/afdrukken van printmateriaal te verminderen. Telkens wanneer u een afdrukjob start of hervat, moet de printer de lengte van het printmateriaal meten om te bepalen wanneer de feeder moet worden uit-/ingeschakeld en de geselecteerde waarde voor 'Feed Gap' (Tussenruimte invoer) te verkrijgen.
  • Pagina 123: Ignore Exit Sensor (Uitvoersensor Negeren)

    Ignore Exit Sensor (Uitvoersensor negeren) De printer is voorzien van een uitvoersensor waarmee problemen met de invoer van printmateriaal kunnen worden gedetecteerd. In bepaalde omstandigheden moet de functie 'Ignore Exit Sensor' (Uitvoersensor negeren) worden ingeschakeld (geselecteerd) of uitgeschakeld (selectie ongedaan gemaakt). Schakel de optie Ignore Exit Sensor (Uitvoersensor negeren) uit (de cirkel wordt zwart) als het printmateriaal en de invoerpositie voor het printmateriaal voldoen aan alle van de volgende punten:...
  • Pagina 124 Schakel in de volgende gevallen de optie Ignore Exit Sensor (Uitvoersensor negeren) in (de cirkel wordt groen): • Het printmateriaal is zodanig gepositioneerd dat het niet over de uitvoersensor wordt gevoerd. • Het printmateriaal wordt niet over de volledige lengte over de uitvoersensor gevoerd.
  • Pagina 125 Gebruik het symbool Positie van uitvoersensor op het 'referentiehulpmiddel voor de afdrukzone' om de positie van de uitvoersensor ten opzichte van de positionering van het printmateriaal (printmateriaalzijgeleiders) te identificeren. Het referentiehulpmiddel voor de afdrukzone is bevestigd aan de vulplaat op de printer, in de buurt van het papierscheidingsgebied.
  • Pagina 126: Cancel Job (Job Annuleren)

    Pause/Resume (Pauze/Hervatten) Tik op 'Pause' (Pauze) om het afdrukken te pauzeren. Het knoplabel verandert van 'Pause' (Pauze) in 'Resume' (Hervatten). Tik op 'Resume' (Hervatten) om door te gaan met afdrukken. Het knoplabel verandert van 'Resume' (Hervatten) in 'Pause' (Pauze). Nadat u een fout hebt gewist tijdens het afdrukken, moet u op 'Resume' (Hervatten) tikken om door te gaan met het afdrukken van de job.
  • Pagina 127: Stored Jobs (Opgeslagen Jobs)

    Stored Jobs (Opgeslagen jobs) Hiermee opent u de Job Library (Jobbibliotheek) om afdrukjobs in het geheugen van de printer te openen. U kunt tevens wijzigingen aanbrengen in de specificaties van jobs en jobs indien nodig verwijderen. Zie 'Opgeslagen jobs gebruiken' hierna. Als er geen jobs opgeslagen zijn op de printer, is deze knop inactief.
  • Pagina 128 U kunt jobs die zijn opgeslagen in de Job Library (Jobbibliotheek) openen met gebruikmaking van de knop Stored Jobs (Opgeslagen jobs) in het Jobmenu. Als er geen jobs opgeslagen zijn op de printer, is deze knop inactief.
  • Pagina 129 Stored Jobs (Opgeslagen jobs) (bibliotheek met afdrukjobs) Tik op Stored Jobs (Opgeslagen jobs) in het aanraakscherm van Jobs om de Job Library (Jobbibliotheek) van de printer weer te geven. De Job Library (Jobbibliotheek) wordt geopend. • Gebruik de knop View (Weergave) [A] om de bibliotheekweergave te wijzigen van Icon (Pictogram) in List (Lijst).
  • Pagina 130 Zoeken Tik in het zoekvak om het toetsenbord weer te geven. Geen een zoekwaarde op en tik vervolgens op de knop 'Filter' (Filteren) om items weer te geven die voldoen aan uw zoekcriterium. Selecteer een job door te tikken op het pictogram van de job of de naam in de lijst. Het scherm Job Print Options (Afdrukopties voor job) wordt geopend.
  • Pagina 131 • Quality (Kwaliteit) – Tik op de knop om te wisselen tussen de afdrukkwaliteit Normal (Normaal, 1600 x 800 dpi) of Best (1600 x 1600 dpi). • mm of inches – Tik op de knop om te wisselen tussen de meetwaarden millimeter (mm) of inch.
  • Pagina 132: Menu Setup

    • Top Adjustment (Aanpassing boven) verplaats de afbeelding omhoog of omlaag (-5 mm omhoog tot +200 mm omlaag) ten opzichte van de linkerbovenhoek van het gebruikte printmateriaal (stappen van 0,1 mm) • Bottom Adjustment (Aanpassing onder) – Tijdens de werking spuit de printkop een kleine hoeveelheid inkt in de opening tussen stukken om de spuitopeningen vochtig te houden.
  • Pagina 133 • System Deprime (Gebruiksklaar maken systeem opheffen) – Hiermee wordt de inkt teruggepompt in de inkttanks voordat de printkopcartridge wordt vervangen of de printer wordt getransporteerd. • Run Path (Pad starten) – Hiermee test u het printmateriaalpad op obstructies. Tik op deze knop om het printmateriaalpad te testen. •...
  • Pagina 134: Menu Test Print (Afdrukken Testen)

    Menu Test Print (Afdrukken testen) Tik op het menu en vervolgens op Test Print (Afdrukken testen) om de opties voor Test Print (Afdrukken testen) te openen voor het afdrukken van verschillende rapporten. • Print Color Bars (Kleurenbalken afdrukken) – Hiermee wordt een serie van 7 kleurenbalken (per printkop) afgedrukt om te controleren hoe goed de printkop kleuren mengt en afdrukt.
  • Pagina 135: Scherm Maintenance (Onderhoud)

    Scherm Maintenance (Onderhoud) Door op Menu en vervolgens op Maintenance (Onderhoud) te tikken, opent u het scherm Maintenance (Onderhoud). Met deze knoppen bedient u functies voor het onderhoud van de printer en de printkop. • Inspect Sled (Slee inspecteren) – Schuift het servicestation naar buiten voor inspectie, reinigen of service.
  • Pagina 136 Scherm Wiper (Wisser) Door op het menu te tikken en vervolgens op Wiper (Wisser), opent u het scherm met opties voor Wiper (Wisser). De beschikbare opties zijn Wiper Transfer (Wisser afvegen), Condition Wiper (Wisser conditioneren) en New Wiper (Nieuwe wisser). •...
  • Pagina 137: Proces Van Het Gebruiksklaar Maken Van De Printkop

    Proces van het gebruiksklaar maken van de printkop Gebruik poedervrije nitrilhandschoenen voor deze procedure. Raak de knop New Wiper (Nieuwe wisser) aan. De printer schuift het servicestation naar de positie voor 'Inspect Sled' (Slee inspecteren), om toegang te bieden tot de componenten van het servicestation.
  • Pagina 138: Systeemtest

    Systeemtest Deze tests dienen uitsluitend te worden verricht door bevoegd servicepersoneel. Met System Test (Systeemtest) kunnen afzonderlijke of alle vermelde printersystemen worden getest om te controleren of ze binnen de specificaties werken. Met deze test kunnen servicemedewerkers ook de printer controleren nadat onderdelen zijn vervangen of onderhoud is verricht aan onderdelen, met name bij banden.
  • Pagina 139 Het scherm 'System Test' (Systeemtest) wordt weergegeven. Voordat u de Systeemtest uitvoert, moet u zich ervan verzekeren dat er geen printmateriaal in de printer is geladen en dat er geen obstructies zijn in het printmateriaalpad.
  • Pagina 140: De Printertoolbox Gebruiken

    De printertoolbox gebruiken Nadat het printerstuurprogramma is geïnstalleerd, kunt u de printertoolbox op afstand openen vanaf een computer. U kunt de printerstatus controleren, het inktverbruik bewaken, diagnostische controles uitvoeren, rapporten afdrukken en onderhoudstaken voor de printer uitvoeren vanaf uw computer. De toolbox heeft tevens een uitgebreidere lijst met functies die niet beschikbaar zijn op het aanraakscherm en met een wachtwoord beveiligde toegang tot een reeks opties voor gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
  • Pagina 141: Opties Van Vervolgkeuzemenu's

    Opties van vervolgkeuzemenu's Er zijn vier vervolgkeuzemenu's: View (Weergave), Maintenance (Onderhoud), Service en Test Print (Afdrukken testen). De vervolgkeuzemenu's zijn beschikbaar op elk toolbox-scherm, zodat u naar andere menu's kunt gaan en andere printerfuncties kunt selecteren. Vervolgmenu View (Weergave) Het vervolgmenu View (Weergave) biedt vier opties: System Status (Systeemstatus), User Interface (Gebruikersinterface), Inktgebruik) en Service Menus (Servicemenu's).
  • Pagina 142: System Status (Systeemstatus)

    System Status (Systeemstatus) Dit scherm wordt geopend wanneer u de toolbox opent. Het biedt informatie over de printer. De statusindicator (linkerbovenhoek) geeft de activiteit van de printer aan met de mogelijkheden ONLINE, ERROR (FOUT), MAINT (ONDERHOUD), PRINTING (BEZIG MET AFDRUKKEN) of PAUSED (GEPAUZEERD). Bij de status 'PRINTING' (BEZIG MET AFDRUKKEN) wordt in het grijze vak (onder de statusindicator) de naam weergegeven van de job die wordt verwerkt/afgedrukt.
  • Pagina 143 • Page (Pagina) - Hier wordt het aantal pagina's voor de huidige of meest recente job weergegeven. • job - Hier wordt het aantal afgedrukte jobs weergegeven. Klik op 'X' om de teller te resetten. • Session (Sessie) - Hier wordt het totale aantal pagina's weergegeven dat is afgedrukt voor alle jobs.
  • Pagina 144 Onder het gebied 'RH' kunnen aanvullende printerberichten worden weergegeven.
  • Pagina 145 • Het printerpictogram toont de status van printmateriaalsensoren, die zijn aangebracht in het invoerpad van printmateriaal van de printer, evenals de status van de inktklep, het servicestation, de printkop, de afdrukhoogte, de printkopklep, de inkttankklep en de dikte van het printmateriaal. Statuspictogrammen (zie de pictogramlegenda hierna) worden gebruikt om de gebruik attent te maken op het type en de locatie van een probleem.
  • Pagina 146 BEDIENINGSKNOPPEN (aan de onderzijde van het scherm): Bieden snelle toegang tot vaak gebruikte functies. Pause/Resume (Pauze/Hervatten): Tik op deze knop om het afdrukken tijdelijk te pauzeren. Tik nogmaals op de knop om door te gaan met afdrukken. Cancel Job (Job annuleren): Annuleert (verwijdert) een gepauzeerde job uit de afdrukwachtrij.
  • Pagina 147: Gebruikersinterface

    Gebruikersinterface Met de opdrachten in dit menu kunt u de volgende functies aanpassen. • Mid-Job Servicing (Service halverwege jobs) – Hiermee wordt de frequentie (aantal afgedrukte pagina's) ingesteld waarmee automatisch onderhoud van de printkop plaatsvindt. In dit voorbeeld wordt elke 50 afgedrukte pagina's onderhoud uitgevoerd.
  • Pagina 148 • Interpage Frequency (Frequentie tussen pagina's) – Hiermee stelt u in hoe vaak, tussen pagina's, de printkop wordt schoongespoeld om de spuitopeningen vochtig te houden. Voor langer printmateriaal is de instelling 1 normaal (om de pagina); voor kort printmateriaal kan de instelling 3 wenselijk zijn (schoonspoelen om de drie pagina's).
  • Pagina 149 • Purge Bar Position (BoF) (Positie spoelbalk (OF) – Gebruik deze functie om de Bottom of Form (BoF) [Onderzijde formulier (OF)] aan te passen in stappen van microns (1000 =1 mm). BoF (OF) is het punt waar de printer de achterrand van printmateriaal vaststelt.
  • Pagina 150 FIRMWARE DOWNLOAD (FIRMWARE DOWNLOADEN) Met deze functie wordt de firmware in de printer bijgewerkt. Updates van firmware en van de gebruikersinterface worden normaal gesproken in een set geleverd. Om compatibiliteit te verzekeren, moet u ervoor zorgen dat u beide items in de set bijwerkt.
  • Pagina 151: Update User Interface (Gebruikersinterface Bijwerken)

    UPDATE USER INTERFACE (GEBRUIKERSINTERFACE BIJWERKEN) Met deze functie werkt u de software van de gebruikersinterface (UI) voor het aanraakscherm van de printer bij. Updates van firmware en van de gebruikersinterface worden normaal gesproken in een set geleverd. Om compatibiliteit te verzekeren, moet u ervoor zorgen dat u beide items in de set bijwerkt.
  • Pagina 152 Ink Usage (Inktverbruik) Toont de geschatte hoeveelheid gebruikte inkt naast andere informatie voor elke job die naar de printer is verzonden. Ook pagina- en jobkosten worden bijgehouden als informatie is ingevoerd bij Job Cost Settings (Instellingen voor jobkosten). Deze functies worden enkel ter schatting aangeboden. Er wordt geen garantie van nauwkeurigheid gegeven of geïmpliceerd.
  • Pagina 153 Off (Uit) – De Ink Estimation Mode (Inktschattingsmodus) is uitgeschakeld. De printer drukt jobs af. De printer houdt nog steeds de geschatte kosten per pagina en de geschatte jobkosten bij terwijl de job wordt afgedrukt. Continuous (Ononderbroken) – Gebruik deze instelling voor het schatten van meerdere opeenvolgende jobs.
  • Pagina 154 Knop Refresh (Vernieuwen) - Klik, nadat een job is verwerkt, op de knop 'Refresh' (Vernieuwen) om de resultaten weer te geven. Knop Upload Table (Tabel uploaden) - Slaat de waarden voor het inktverbruik op naar een CSV-bestand. Het bestand kan worden geopend in Microsoft Excel. Knop Reset Page Counter (Paginateller resetten) - Klik op deze knop om de paginateller voor het inktverbruik op nul te zetten.
  • Pagina 155: Service Menus (Servicemenu's)

    Service Menus (Servicemenu's) Wanneer u op Service Menus (Servicemenu's) klikt, wordt het scherm Service Menus (Diagnostics) (Servicemenu's > Diagnose) met de bijbehorende knoppen van het servicemenu geopend.
  • Pagina 156 • Knop Diagnostics (Diagnose): klik hierop om de status van de printer te controleren. (Zie het gedeelte 'Diagnose op pagina 154' voor meer informatie.) • Knop System Settings (Systeeminstellingen): klik hierop om instellingen te bekijken, in te voeren of te wijzigen om de printer met uw netwerk te verbinden. In dit gedeelte kunt u ook de datum en tijd van de printer configureren en instellen.
  • Pagina 157 Diagnose Dit is het scherm dat wordt geopend wanneer u 'Service Menus' (Servicemenu's) selecteert. Vanuit dit scherm kunt u de huidige status van de printer en de interne componenten bekijken, met inbegrip van paginatelling, inkttankstatus, printkopstatus, netwerkstatus en gebeurtenislogboekgeschiedenis.
  • Pagina 158 Event Log History (Gebeurtenislogboekgeschiedenis) – Geeft belangrijke gebeurtenissen weer die hebben plaatsgevonden op de printer (zoals het plaatsen van een printkop of inkttanks en firmware-upgrades.) Upload Debug Log (Foutopsporingslogboek uploaden) – Wanneer op deze knop wordt geklikt, wordt een tekstbestand gemaakt met een momentopname van recente printergebeurtenissen, evenals de huidige printerconfiguratie en instellingen.
  • Pagina 159 Als een blijvend probleem optreedt waarvan u de oorzaak niet kunt vaststellen, klikt u op de knop (Foutopsporingslogboek uploaden) nadat u het probleem opnieuw hebt laten optreden maar voordat u de printer uitschakelt. Deze informatie gaat verloren zodra de printer wordt uitgeschakeld. Verstrek dit logboekbestand aan de technicus om deze te helpen het probleem te identificeren.
  • Pagina 160: System Settings (Systeeminstellingen)

    System Settings (Systeeminstellingen) In dit scherm kunt u de netwerkinstellingen van de printer wijzigen en de datum en tijd, het detailniveau voor de foutopsporingslogboeken en de time-outwaarde voor de schermbeveiliging instellen. Network Settings (Netwerkinstellingen) – In dit gedeelte kunt u de interne en externe netwerkinstellingen van de printer bekijken, invoeren en wijzigen.
  • Pagina 161: Netwerkinstellingen Van De Printer Bekijken Of Wijzigen

    Netwerkinstellingen van de printer bekijken of wijzigen Bij deze procedure wordt ervan uitgegaan dat u het printerstuurprogramma al hebt geladen en al een werkende toolbox-verbinding met de printer tot stand hebt gebracht. Netwerkinstellingen van de printer bekijken of wijzigen: Selecteer vanuit de Toolbox het vervolgkeuzemenu 'View' (Weergave), klik op 'Service Menus' (Servicemenu's) en klik ten slotte op 'System Settings' (Systeeminstellingen).
  • Pagina 162: Datum En Tijd Instellen Of Indelen

    Voer wijzigingen in in de gewenste vakken. Klik op 'Submit' (Indienen). private_ip en ui_ip – Deze IP-adressen dienen voor de interne communicatie van de printer tussen de MPCA (hoofdkaart) en het aanraakscherm (gebruikersinterface) van de printer. Normaal gesproken hoeven deze niet te worden gewijzigd, maar ze kunnen wel automatisch worden gewijzigd.
  • Pagina 163 De pagina 'System Settings' (Systeeminstellingen) wordt geopend. Gebruik de volgende opties voor Date and Time (Datum en tijd) om de datum en tijd voor de printer in te voeren, te bewerken en in te delen. Date and Time (Datum en tijd) – in dit gedeelte kun u de datum en tijd instellen/aanpassen.
  • Pagina 164: Het Foutopsporingsniveau Wijzigen

    Het foutopsporingsniveau wijzigen Debug Level (Foutopsporingsniveau) – Stel het detailniveau van de foutopsporingslogboeken in. Als u een blijvend probleem ervaart, kunt u worden gevraag een foutopsporingslogboek van uw printer te verstrekken. Een technicus kan u vragen het foutopsporingsniveau in te stellen op 1 of 2, en het probleem opnieuw op te laten treden, voordat u de technicus het foutopsporingslogboekbestand verstrekt.
  • Pagina 165: Schermbeveiliging Instellen

    Klik op 'Submit' (Indienen). Schermbeveiliging instellen Screensaver (Schermbeveiliging) – Stel de tijdsduur (in seconden) in dat het aanraakscherm ingeschakeld blijft wanneer er geen gebruikersinvoer is, voordat het in de 'slaapstand' gaat.
  • Pagina 166 Het aanraakscherm schakelt over naar de 'slaapstand' (zwart) wanneer het gedurende een bepaalde tijdsduur (seconden), zoals bepaald door de waarde voor 'ui_timeout_seconds' niet is aangeraakt. De standaardwaarde = 600 seconden (10 minuten). Wanneer het aanraakscherm eenmaal in de 'slaapstand' staat, wordt het automatisch geactiveerd als het wordt aangeraakt.
  • Pagina 167 Klik op 'Submit' (Indienen).
  • Pagina 168: History Logs (Geschiedenislogboeken) [Eerder Debug Logs (Foutopsporingslogboeken) Genoemd]

    History Logs (Geschiedenislogboeken) [eerder Debug Logs (Foutopsporingslogboeken) genoemd] Hiermee opent u de foutopsporings- en joblogboeken van de printer. Deze bestanden zijn nuttig voor het diagnosticeren en oplossen van problemen. Als u een blijvend probleem ervaart, kunt u worden gevraag een foutopsporingslogboek van uw printer te verstrekken.
  • Pagina 169 Debug (Foutopsporing) – Alleen foutopsporingslogboekbestanden worden weergegeven.
  • Pagina 170 Jobs – Alleen logboekbestanden voor afgedrukte jobs worden weergegeven. Over het algemeen wordt dagelijks een afzonderlijk foutopsporings- en joblogboek opgeslagen in het geheugen van de gebruikersinterface voor toekomstige referentiedoeleinden. De logboekbestanden worden opgeslagen met de volgende indelingen. 'debug_jjjj-mm-dd.log' 'job_jjjj-mm-dd.log'...
  • Pagina 171: Scan Sensors (Sensoren Scannen)

    Scan Sensors (Sensoren scannen) Geeft de status weer voor sensoren en encoders op uiteenlopende locaties in de printer. (Zie onderstaand diagram) De sensoren worden om de paar seconden geraadpleegd en een nieuwe statusregel verschijnt. De informatie in het scherm 'Scan Sensors' (Sensoren scannen) is bedoeld voor gebruik door een technicus.
  • Pagina 172 • Circulate Ink (Inkt circuleren) – Pompt inkt door het inktsysteem en de printkop. Gebruik deze functie om de inktleidingen te vullen en luchtbellen uit het systeem te verwijderen. • Normal Clean Printhead (Normale reiniging printkop) – Circuleert inkt, spoelt de spuitopeningen en reinigt het oppervlak van de printkop.
  • Pagina 173 Vervolgkeuzemenu Service In het vervolgkeuzemenu Service vindt u de volgende opdrachten. • System Deprime (Gebruiksklaar maken systeem opheffen) – Pompt inkt uit het printkop- en inktsysteem terug in de inkttanks. Gebruik deze functie voordat u de printkopcartridge gaat vervangen of de printer gaat vervoeren. •...
  • Pagina 174: Vervolgkeuzemenu Test (Afdrukken Testen)

    Vervolgkeuzemenu Test (Afdrukken testen) Vanuit dit menu kunt u configuratiewaarden en testpatronen voor de printer afdrukken. Testpatronen komen van pas bij het oplossen van problemen met de printkop en de afdrukkwaliteit. Op elke afdruk wordt informatie over de printer weergegeven. •...
  • Pagina 175: Eigenschappen Voor Printerstuurprogramma

    Eigenschappen voor printerstuurprogramma Het printerstuurprogramma werkt hetzelfde als elk ander printerstuurprogramma voor Windows. Er zijn een aantal uitbreidingen beschikbaar waarmee u het vermogen van de printer om variabel geadresseerde stukken snel en efficiënt af te drukken, kunt maximaliseren. Windows 8, 8.1 en 10: Zodra de job is ingesteld, klikt u op Bestand en vervolgens op Afdrukken.
  • Pagina 176 Tabblad General (Algemeen) Op het tabblad Algemeen kunt u het volgende selecteren: • Orientation (Stand): Portrait (Staand, standaardwaarde), Landscape (Liggend), Rotate 180° (180° draaien) en Mirrored (Gespiegeld). In plaats van deze instelling te wijzigen van 'Portrait' (Staand) in 'Landscape' (Liggen), kunt u experimenteren met de vervolgkeuzelijst met de selecties voor 'Size' (Formaat) van printmateriaal (dat wil zeggen.
  • Pagina 177 • Job Management (Jobbeheer): Printer Capture (Vastleggen door printer) – Wanneer dit selectievakje is ingeschakeld, wordt de momenteel afgedrukte job vastgelegd en opgeslagen door de printer. Zodra de job is voltooid, is deze beschikbaar in het menu van het aanraakscherm onder Job, Stored Jobs (Opgeslagen jobs).
  • Pagina 178 Reverse Order (Omgekeerde volgorde) - Met deze instelling worden jobs afgedrukt beginnend bij de laatste pagina. Aangezien de volledige job in de printer moet worden geladen voordat het afdrukken begint, kan het langer duren om grote jobs te laden. Collate (Verzamelen) - Wanneer u meerdere exemplaren van documenten met meer pagina's afdrukt, kunt u door het selectievakje in te schakelen ervoor zorgen dat alle pagina's van het document in de juiste volgorde worden afgedrukt voordat het volgende exemplaar wordt afgedrukt.
  • Pagina 179 • Custom Sizes (Aangepaste formaten) - Klik op de knop 'Custom Sizes' (Aangepaste formaten) om aanvullende printmateriaalformaten te maken en op te slaan die aan uw behoeften voldoen. Max breedte = 8,77 inch Max. hoogte = 40 inch De weergegeven waarde kan worden ingesteld op 'inches' of 'millimeters'. U moet het maximale papierformaat voor de printer niet overschrijden.
  • Pagina 180 • Print Quality (Afdrukkwaliteit): Normal (Normaal, standaardwaarde) - 1600 x 800 dpi. Optimaal - 1600 x 1600 dpi. Voor toepassingen waarbij afbeeldingen van hoge kwaliteit vereist zijn. Half Speed (Halve snelheid) - Het inschakelen van het selectievakje 'Half Speed' (Halve snelheid) vertraagt de transportsnelheid van het printmateriaal om een hogere puntnauwkeurigheid te bereiken en meer droogtijd te bieden voordat het printmateriaal de printer verlaat.
  • Pagina 181: Tabblad Layout (Indeling)

    Tabblad Layout (Indeling) Met Layout (Indeling) kunt u wijzigen hoe het document wordt afgedrukt, zonder het oorspronkelijke formaat te wijzigen.
  • Pagina 182 • Resizing (Formaat wijzigen): Original Size (Oorspronkelijk formaat) - Geen wijziging in formaat. Custom Resize (Aangepast formaat wijzigen) - Met deze optie past u het formaat van het origineel aan als een % van de normale grootte. De printer drukt het document af in het door u gekozen formaat, ongeacht het geselecteerde papierformaat.
  • Pagina 183 Top Adjustment (Aanpassing boven) verplaatst de afbeelding verticaal (4,98 mm tot +200,02 mm omlaag) ten opzichte van de bovenzijde (voorrand) van het printmateriaal. (stappen van 0,1 mm) Left Adjustment (Aanpassing links) verplaatst de afbeelding horizontaal (+200,02 mm rechts). Purge Bar Position* (Positie spoelbalk) – Tijdens de werking spuit de printkop een kleine hoeveelheid inkt in de opening tussen stukken om de spuitopeningen vochtig te houden.
  • Pagina 184 Max Page Width (Max. paginabreedte) – Hier stelt u de breedte van het werkelijke afdrukgebied in. (+0,50 mm tot 222,75 mm in stappen van 0,1 mm). Kan worden gebruikt voor het afkappen van ongewenste gegevens of gegevens die buiten de rechterzijde van printmateriaal kunnen worden afgedrukt.
  • Pagina 185 Tabblad Color (Kleur) Met Color (Kleur) past u de kleuruitvoer van de printer aan. Gebruik de schuifregelaars om de Color Tone (Kleurtint), Brightness (Helderheid) en Saturation (Verzadiging) aan te passen. Met de schuifregelaars C, M, Y, K past u afzonderlijke kleuren aan. Met Defaults (Standaardwaarden) zet u de waarden in dit tabblad terug op 0.
  • Pagina 186: Tabblad Import/Export (Importeren/Exporteren)

    Tabblad Import/Export (Importeren/exporteren) U kunt het tabblad Import/Export (Importeren/Exporteren) gebruiken om eventuele printmateriaalformaten, watermerken en/of afdrukinstellingen te behouden die u mogelijk hebt ontwikkeld en opgeslagen voor verschillende jobs. Dit is handig als u het printerstuurprogramma op de huidige computer moet verwijderen en opnieuw moet installeren of als u het printerstuurprogramma op een nieuwe computer moet installeren.
  • Pagina 188: Onderhoud

    Onderhoud In het algemeen is er periodiek onderhoud nodig om de printer in goede conditie te houden. In dit gedeelte wordt behandeld hoe u moet omgaan met de printer en de componenten hiervan (inkttanks, printkopcartridge, servicestation, enz.). In dit gedeelte komt tevens de vervanging van inkttanks, printkop en papierscheidingen aan de orde.
  • Pagina 190: De Printer En Onderdelen Hiervan Reinigen

    De printer en onderdelen hiervan reinigen DE PRINTER IS EEN PRECISIE-INSTRUMENT. REINIG DEZE REGELMATIG OM VELE DIENSTJAREN TE KUNNEN WAARBORGEN. VOORDAT U ONDERHOUD GAAT UITVOEREN, MOET U DE MACHINE EERST LOSKOPPELEN VAN DE VOEDING! U MOET DE ZIJKLEPPEN NIET VERWIJDEREN. ER ZIJN HOGE SPANNINGEN AANWEZIG.
  • Pagina 191: Invoer- En Doorvoerrollen Reinigen

    Invoer- en doorvoerrollen reinigen De invoer-, doorvoer- en transportrollen kunnen vies worden door papierstof en inkt van het printmateriaal. Reinig deze regelmatig met een licht schurend schoonmaakmiddel op een vochtige, pluisvrije doek. Gebruik geen oplosmiddelen op de rubberen rollen.
  • Pagina 192: De Afdrukengine Reinigen

    De afdrukengine reinigen Gebieden in de afdrukengine kunnen vies worden door opgehoopt stof, papierstof en opgehoopte inkt en moeten regelmatig worden gereinigd. Open de printkopklep. Open de inkttankklep. Ontgrendel de vergrendeling van de openslaande klep om deze te openen. Gebruik een stofzuiger om losse deeltjes te verwijderen. Wees voorzichtig rond de afvoerbak en het afdichtingsstation in het afdrukenginegebied omdat opgehoopte inkt op andere delen van de printer kan spetteren.
  • Pagina 193: De Inktrevolverkoppelingen Reinigen

    [D] Reflector: Papierstof en ander stof kan zich ophopen op de reflector. Gebruik een vochtige (geen natte) doek om het reflectoroppervlak voorzichtig te reinigen. De inktrevolverkoppelingen reinigen Hef eerst het gebruiksklaar maken van het systeem op en verwijder de printkopcartridge. Maak een wattenstaafje vochtig met gedistilleerd water.
  • Pagina 194: De Contacten Van De Inkttank Reinigen

    De contacten van de inkttank reinigen Na het opnieuw installeren of vervangen van inkttanks, is het mogelijk dat de inktniveau-indicatoren op het aanraakscherm niet worden vernieuwd. Dit kan worden veroorzaakt door een vuil inktniveauprisma en/of vuile contacten van de QA-chip op de desbetreffende tank(s).
  • Pagina 195 Reinig het inktniveauprisma [D] en de contacten van de QA-chip [E] met een schone, pluisvrije doek. OPMERKING: bevochtig de doek met gedistilleerd water om het prisma af te vegen, maar zorg dat de contacten van de QA-chip NIET nat worden. Plaats de inkttank(s) terug (met de etiketten omhoog), en sluit en vergrendel de inkttankvergrendeling(en) [A].
  • Pagina 196: Inkttanks Vervangen

    Inkttanks vervangen Vervang de inkttanks wanneer de inkt op is. Kijk naar het aanraakscherm. De statusinformatie voor de inkttanks wordt aan de linkerzijde van het aanraakscherm weergegeven. Sommige of alle inktvakken kunnen een lege of bijna lege inkttank aangeven. Open de inkttankklep (onderaan scharnierend). (Hierdoor wordt de communicatie van de printer met de inkttanks verbroken, zodat de inkttanks veilig kunnen worden geïnstalleerd en vervangen.) Open de inkttankvergrendelingen [A] Trek de vergrendeling (bovenaan...
  • Pagina 197 Verwijder de lege inkttank(s) [B] uit de printer. Dit is een goed moment om de inktafvoerbak [C] te inspecteren. Controleer of deze niet vol is en juist is geïnstalleerd. Deze moet aan beide zijden in het frame zijn bevestigd. Haal de nieuwe inkttank(s) uit de verpakking. Plaats de inkttanks (met het label naar boven) in de sleuven voor de desbetreffende kleuren [B].
  • Pagina 198: De Printkop Reinigen

    Sluit de inkttankklep. De inkttankkleuren zouden moeten worden weergegeven, zoals hier geïllustreerd. Als de inktkleuren na enkele seconden nog niet verschijnen, opent u de inkttankklep, verwijdert u de inkttank(s) en plaatst u deze terug. Als de inkttank is geïnstalleerd, maar de inkttankindicator nog steeds niet wordt vernieuwd, raadpleegt u 'De contacten van de inkttank reinigen...
  • Pagina 199 Voordat u met deze procedure begint, verdient het aanbeveling de printmateriaaldikte in te stellen op 10 mm. Zo hebt u meer ruimte om uw hand onder de printkop te plaatsen. Vergeet niet de huidige instelling te noteren, zodat u de instelling kunt terugzetten naar deze waarde nadat u de reinigingsprocedure hebt voltooid.
  • Pagina 200 Plaats uw hand, met hierin een pluisvrije doek die is bevochtigd met gedistilleerd water, voorzichtig onder de achterzijde van het printkopoppervlak en veeg het printkopoppervlak schoon in de geïllustreerde richting (rode pijl). Herhaal indien nodig om inkt/vuil te verwijderen. Vermijd contact met de sterwielen, die in de illustratie rood zijn omcirkeld.
  • Pagina 201: De Printkopcartridge Verwijderen/Vervangen

    De printkopcartridge verwijderen/vervangen Gebruik deze procedure om een printkop die momenteel is geïnstalleerd in de printer, te verwijderen en/of vervangen. Als in de printer op dit moment geen printkop is geïnstalleerd, raadpleegt u het gedeelte 'De printkopcartridge installeren op pagina 48'.
  • Pagina 202 Open de vrijgegeven printkopvergrendeling volledig. Hierdoor worden de inktrevolverkoppelingen volledig ingetrokken. ALS DE PRINTKOPVERGRENDELING NIET WORDT ONTGRENDELD, MAG U NIET HANDMATIG WRIKKEN OF DE VERGRENDELING OMHOOG FORCEREN OMDAT DEZE DAN ZAL BREKEN. GEBRUIK DE KNOP 'SYSTEM DEPRIME' (GEBRUIKSKLAAR MAKEN SYSTEEM OPHEFFEN) OF 'RELEASE PRINTHEAD' (PRINTKOP ONTGRENDELEN) VANUIT HET AANRAAKSCHERM OF DE TOOLBOX OM DE VERGRENDELING VAN DE PRINTKOP VRIJ TE GEVEN.
  • Pagina 203 Raadpleeg, nadat de oude printkopcartridge is verwijderd, het gedeelte 'De printkopcartridge installeren' voor informatie over het opnieuw installeren van een printkop of het installeren van een nieuwe printkopcartridge. Als u de huidige printkop wilt weggooien, plaatst u de printkop in de oude beschermende verpakking en voert u deze af conform de plaatselijke regelgeving.
  • Pagina 204: Opslag En Houdbaarheid Van Printkop

    Opslag en houdbaarheid van printkop Juist opgeslagen, ongeopende, printkopcartridges zijn maximaal 1 jaar houdbaar. Bereik Lange termijn: -10 °C tot 30 °C (14 °F tot 86 °F) opslagtemperatuur: Korte termijn: -25 °C tot 60 °C (-11 °F tot 140 °F) OPMERKING: De cumulatieve opslagduur boven 30 °C (86 °F) mag niet langer zijn dan 72 uur.
  • Pagina 205 Servicelevensduur van printkop Geschatte levensduur door fabrikant: ~125.000 lineaire inches continu afdrukken. Bijvoorbeeld: als een envelop nr. 10 (9,5 inch breedte x 4,13 inch hoogte) wordt afgedrukt, met de lange zijde eerst ingevoerd, deponeert de printer bij de beste afdrukkwaliteit, met een inktdekking van 100% (elke spuitopening spuit met 1600 dpi langs de lengte van het printmateriaal) 4,13 lineaire afdrukinches per stuk.
  • Pagina 206: Afvoeren Van Printkop

    Afvoeren van printkop De printkopcartridge moet op een veilige manier worden afgevoerd conform lokale/nationale regelgeving. Plaats, om morsen van inkt te voorkomen, de printkopcartridge terug in de oorspronkelijke verpakking, voordat u deze afvoert. Als u inkt morst, moet u dit met water en zeep reinigen. Met een schurende zeep kunt u de inkt wel van uw handen krijgen.
  • Pagina 207 Inspecteer het servicestation visueel met het oog op reiniging of service. Gebruik een droge, pluisvrije doek om overtollige inkt van de wissermotor [A] en het afdichtingsstation [B] te absorberen. Veeg of wrijf de veegroller niet af. Hierdoor kan het oppervlak van de veegroller worden beschadigd.
  • Pagina 208 Sluit de printkopklep. Als u problemen bemerkt bij een van de componenten van het servicestation (veegroller, wissermotor of afdichtingsstation) of als u problemen met de kwaliteit van de afgedrukte afbeelding (overgeslagen spuitmonden, kleuren mengen, enz.) blijft ondervinden, verzoeken wij u contact op te nemen met uw servicevertegenwoordiger.
  • Pagina 209: De Inktafvoerbak Inspecteren/Vervangen

    De inktafvoerbak inspecteren/vervangen De inktafvoerbak vangt de overtollige door het systeem geproduceerde inkt op en absorbeert deze. Deze bak is gevuld met absorberend materiaal. Deze bak, of het absorberende materiaal in de bak, moet worden vervangen wanneer het verzadigd raakt. Inspecteer de bak regelmatig. Met de lipjes [A], aan de linker- en rechterzijde van de inktafvoerbak, is de bak bevestigd aan het frame.
  • Pagina 210: De Papierscheidingen Vervangen

    De papierscheidingen vervangen De papierscheidingen zorgen dat de stukken worden gescheiden wanneer deze worden ingevoerd. Als er dubbel papier wordt ingevoerd en u de papierscheidingen niet zo kunt instellen dat dit wordt voorkomen, moet u de papierscheidingen vervangen. Procedure: Schakel de printer UIT en koppel deze los van de voeding. Schuif de printmateriaalzijgeleider naar de maximale geopende stand.
  • Pagina 211: De Printer Voorbereiden Voor Transport

    De printer voorbereiden voor transport Gebruik deze procedure als u de printer ooit moet transporteren naar een nieuwe locatie of de printer moet verzenden. Raadpleeg de desbetreffende gedeelten in het handboek voor informatie over het installeren/verwijderen van items in/uit de printer. Locale verplaatsing Het transporteren van de printer van één ruimte naar een andere in hetzelfde gebouw wordt beschouwd als een lokale verplaatsing.
  • Pagina 212: Verplaatsing Of Verzending Naar Verafgelegen Locatie

    Verplaatsing of verzending naar verafgelegen locatie Als u de printer naar een ander gebouw moet verzenden of transporteren, moet u de printer voorbereiden zoals hierna beschreven. Nadat de printer is voorbereid, verpakt u de printer, de printkopcartridge, het servicestation en de inkttanks zorgvuldig in de originele verpakking. Wanneer u de printer transporteert naar een verafgelegen locatie, moet deze worden gedemonteerd en opnieuw worden verpakt, zoals hierna beschreven: Deze procedure dient te worden uitgevoerd door een...
  • Pagina 213 Open de vrijgegeven printkopvergrendeling volledig. Hierdoor worden de inktrevolverkoppelingen volledig ingetrokken. ALS DE PRINTKOPVERGRENDELING NIET WORDT ONTGRENDELD, MAG U NIET HANDMATIG WRIKKEN OF DE VERGRENDELING OMHOOG FORCEREN OMDAT DEZE DAN ZAL BREKEN. GEBRUIK DE KNOP 'SYSTEM DEPRIME' (GEBRUIKSKLAAR MAKEN SYSTEEM OPHEFFEN) OF 'RELEASE PRINTHEAD' (PRINTKOP ONTGRENDELEN) VANUIT HET AANRAAKSCHERM OF DE TOOLBOX OM DE VERGRENDELING VAN DE PRINTKOP VRIJ TE GEVEN.
  • Pagina 214: Lege En Schone Afdrukwals En Afvoerbak

    Installeer de inktrevolverdoppen [2] om het inktsysteem te beschermen. Lege en schone afdrukwals en afvoerbak Open de inkttankklep en ontgrendel (open) de openslaande klep.
  • Pagina 215 Til voorzichtig de twee lipjes uit de sleuven in het frame van de afdrukengine en verwijder de afdrukwals- en afvoerbakeenheid [A] uit de printer. ZORG DAT U BIJ HET VERWIJDEREN VAN DE AFDRUKWALS- EN AFVOERBAKEENHEID UIT DE PRINTER DE AFVOERBAK NIET KANTELT! ALS DEZE WORDT GEKANTELD, KAN ER INKT WORDEN GEMORST OP DE PRINTER OF OP ANDERE OPPERVLAKKEN, WAARDOOR DEZE WORDEN BESCHADIGD.
  • Pagina 216: Inkttanks Verwijderen En Inktafvoerbak Controleren/Vervangen

    Wikkel de afdrukwals- en afvoerbakeenheid in keukenpapier en berg deze op in een hersluitbare plastic zak. Plaats deze vervolgens in de accessoiredoos voor transport. Als de printer slechts over een korte afstand wordt verplaatst, kan de afdrukwals- en afvoerbakeenheid terug in de printer worden geplaatst. Zie afdrukwals- en afvoerbakeenheid installeren op pagina 33' voor meer informatie.
  • Pagina 217 Verwijder en inspecteer de inktafvoerbak [C] en breng deze weer aan. Vervang de inktafvoerbak als deze vol inkt zit. Schakel de printer uit en koppel de kabels (netsnoer, USB, netwerk) los. ZORG DAT U BIJ HET UITSCHAKELEN VAN DE PRINTER ALTIJD: OP DE KNOP SOFT AAN/UIT DRUKT.
  • Pagina 218: Schema Voor Printeronderhoud

    SCHEMA VOOR PRINTERONDERHOUD In het algemeen is er periodiek onderhoud nodig om de printer in goede conditie te houden. Veel taken kunnen door gebruikers worden uitgevoerd met basisartikelen waarvoor geen speciaal gereedschap nodig is. Andere taken moeten alleen worden uitgevoerd door opgeleid servicepersoneel. Bij veelvuldig gebruik is waarschijnlijk vaker onderhoud nodig.
  • Pagina 219 Afdichtingsstation INSPECTEREN INSPECTEREN INSPECTEREN REINIGEN Wissermotormodule INSPECTEREN INSPECTEREN REINIGEN Inktafvoerbak INSPECTEREN INSPECTEREN VERVANGEN UITGEVOERD DOOR SERVICETECHNICUS Smering: slee-, hef- INSPECTEREN AANBRENGEN opensl a ande-kl e peenheden PCA-contacten INSPECTEREN REINIGEN penstuurprogramma: Reinigen Bewegende TESTEN VERVANGEN onderdelen/motoren Servicestationslee REINIGEN VERVANGEN en componenten Afdichtingsstation, wissermotormodule, bak, zijsteunen en...
  • Pagina 220 Het onderhoudsschema kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd ZET DE PRINTER ALTIJD UIT VOORDAT U KABELBOMEN OF KABELVERBINDINGEN AANSLUIT OF LOSKOPPELT OM ERNSTIGE SCHOKKEN OF LETSEL TE VOORKOMEN. • GEBRUIK ALTIJD DE JUISTE APPARATUUR VOOR PERSOONLIJKE BESCHERMING. • GEBRUIK BESCHERMING TEGEN ELEKTROSTATISCHE ONTLADING BIJ HET ONDERHOUDEN VAN DE APPARATUUR.
  • Pagina 222: Problemen Oplossen

    Problemen oplossen Richtlijnen voor het oplossen van problemen zijn bedoeld om u te helpen om eventuele problemen op te lossen die zich met de printer kunnen voordoen. We hebben geprobeerd om deze richtlijnen zo volledig mogelijk te maken. Het beste advies dat we kunnen geven, is dat u eerst moet controleren of het systeem op de juiste manier is ingesteld en aangesloten en dat het systeem over voldoende inkt beschikt voordat u naar oplossingen voor problemen gaat zoeken.
  • Pagina 224: MemjetĀ®-Printkop

    Memjet®-printkop SITUATIE PROBLEEM OPLOSSING Ontbrekende gedeelten van Lucht en bellen blokkeren Reinig de printkop met letters of tekst. de spuitopeningen. behulp van hercirculatie, gebruiksklaar maken of cycli van gebruiksklaar maken en gebruiksklaar maken opheffen. U vindt deze opties in het aanraakscherm van de printer of in de printertoolbox.
  • Pagina 225 Inktvermenging – Oorzaken: Inktophoping, Reinig de printkop met een Gemengde of troebele lucht in de printkop of een van de reinigingsniveaus op kleuren. vuile printkop. het aanraakscherm van de printer of in de printertoolbox. Veeg de printkop handmatig schoon met gedistilleerd water en een vochtige, schone, pluisvrije doek.
  • Pagina 226: Printer

    Printer SITUATIE PROBLEEM OPLOSSING Printer wordt niet Netsnoer is losgekoppeld. Controleer de aansluitingen ingeschakeld Aan/uit-schakelaar UIT. van het netsnoer, de Niet op de knop Soft aan/uit hoofdschakelaar en de knop gedrukt. Soft aan/uit. Doorgebrande zekering. Controleer de stroomvoorziening van het wandstopcontact.
  • Pagina 227 Printer voert stukken in en Printmateriaal ontbreekt Indien u twijfelt over de telt deze, maar drukt niet voor afdrukpositie of afdrukpositie, stelt u de afdrukpositie ontbreekt voor printer in voor het invoeren Geen fout weergegeven. printmateriaal. van printmateriaal van 8,5 Onjuist ingevoerd inch x 11 inch, gecentreerd printmateriaal blokkeert de...
  • Pagina 228 Printmateriaal loopt vast / Dubbele invoer. Stel de papierscheidingen trekt scheef Printmateriaal is gekruld of gevouwen. Haal de krullen uit het Printmateriaal is te dun. printmateriaal. Printmateriaaldikte is niet Controleer of het juist ingesteld. printmateriaal voldoet aan Verkeerde afdrukwals de diktespecificaties. wordt gebruikt of Controleer de afdrukwals is niet juist...
  • Pagina 229 Printer (vervolg) SITUATIE PROBLEEM OPLOSSING Met tussenpozen Functies voor automatisch Stel 'Mid-Job Servicing' ontbrekende punten (lijnen, printkoponderhoud moeten (Service halverwege jobs) in in zelfde richting als worden aangepast. op een lagere waarde. transport printmateriaal) of Stel 'KWS' in op een hoger kleurwijzigingen, met een niveau.
  • Pagina 230 Zwarte balk/lijn afgedrukt Spoelbalk raakt achterrand 'Purge Bar Position' (Positie bij achterrand van van printmateriaal. spoelbalk) printmateriaal controleren/aanpassen. Invoerproblemen en/of Dubbele vellen Foutieve Stel de papierscheidingen vervormingen van invoer. Haperend of afbeeldingen scheeftrekkend Controleer de printmateriaal. printmateriaaldikte. Probeer de lage (3 punten) afdrukwals.
  • Pagina 231: Fouten En Waarschuwingen

    Fouten en waarschuwingen Waarschuwingen in venster Printer Alert (Printerwaarschuwing) Berichten die afkomstig zijn van het stuurprogramma en in een klein pop-upvenster worden weergegeven op het pc-scherm. BERICHT OPLOSSING Cleaning in Progress Wacht tot het bericht verdwijnt. De printer begint met het (Reinigen in uitvoering) afdrukken van uw job zodra de reinigingsprocedure is voltooid.
  • Pagina 232 Mechanical Jam (Fysiek Controleer op een obstructie en verwijder deze, tik vastlopen) vervolgens op Clear Error (Fout wissen) en tik vervolgens op de knop Resume (Hervatten) vanuit het menu Job om het afdrukken te hervatten. Controleer/reinig sensoren. Neem contact op met de technische ondersteuning als het probleem aanhoudt.
  • Pagina 233: Systeemstatusberichten Van Toolbox

    The ... Ink Tank is Plaats de ontbrekende inkttank. missing (De ... inkttank Reinig de elektrische contacten en plaats de inkttank terug. ontbreekt) Unauthorized ... Ink Vervang de inkttank. Inkttanks moeten voor dit printermodel Tank Installed worden aangeschaft bij een geautoriseerde leverancier. (Ongeautoriseerde ...
  • Pagina 235: Systeemstatus

    In de volgende tabel zijn enkele van de berichten opgenomen die kunnen verschijnen bij System Status (Systeemstatus). SYSTEEMSTATUS BRON OPLOSSING Systeemstatus: Papier op Laad printmateriaal in de printer, tik PAPERPATH_FEED_TIMEOUT Hapering in toevoer op Clear Error (Fout wissen) en tik van printmateriaal.
  • Pagina 236 Systeemstatus: Gebruik van de Sluit de functie 'Media Setup' MAINTENANCE_BUSY functie 'Media Setup' (Printmateriaal instellen) af. (Printmateriaal Er is geen actie vereist. Wacht tot het instellen) van het onderhoud van de printer is voltooid. menu Job. De machine voert een onderhoudsprocedure uit.
  • Pagina 237 Systeemstatusberichten van toolbox (vervolg) SYSTEEMSTATUS BRON OPLOSSING Systeemstatus: Geeft aan de Controleer of de printkopklep gesloten DOOROPEN_PRINTHEAD printkopklep is. Controleer of de schakelaar van de geopend is. printkopklep (aan de achterzijde in het Schakelaar midden van de klep) wordt beschadigd of niet geactiveerd wanneer de printkopklep aangesloten.
  • Pagina 238 System Status: Een of meer Open de inkttankklep. Vervang de lege INK_OUT_YELLOW inkttanks zijn leeg. X inkttank(s). = kleur. MULT = Controleer of de inkttanks goed meer dan één vastzitten en of de vergrendelingen tankkleur. volledig zijn gesloten. 'Out' (Op) = Systeem Sluit de inkttankklep en tik op 'Clear heeft berekend at Error' (Fout wissen).
  • Pagina 239 Systeemstatusberichten van toolbox (vervolg) In de volgende tabel zijn enkele van de berichten opgenomen die kunnen verschijnen bij System Status (Systeemstatus). SYSTEEMSTATUS BRON OPLOSSING Systeemstatus: Mechanische fout, Voer een visuele inspectie uit van het MECH_FAIL_PERMANENT een van de onderdeel dat als oorzaak van de ERROR op scherm mechanische storing is vermeld.
  • Pagina 240 Systeemstatus: De printkop Installeer de printkop. PRINTHEAD_MISSINGQA ontbreekt of brengt Verwijder de printkop, reinig de In de printerafbeelding niet de juiste contacten en plaats de printkop wordt de printkop van verbindingen tot opnieuw. de printer weergegeven stand. Vervang de printkop. Raadpleeg de als '?'.
  • Pagina 241 Systeemstatusberichten van toolbox (vervolg) SYSTEEMSTATUS BRON OPLOSSING Systeemstatus: De wissermotor is Wacht tot de wissermotor is WIPER OVERTEMP (TE oververhit vanwege afgekoeld, de printer zal automatisch HOGE TEMPERATUUR te vaak of de bewerking hervatten. WISSER) gedurende meerdere Tip: U kunt het optreden van dit of langere perioden probleem verminderen door het uitgevoerd 'Wiper...
  • Pagina 242 Systeemstatus: Printkop- of Sluit de kleppen (printkop en inkttank) MAINTENANCE_JAM inkttankklep en tik op 'Clear Error' (Fout wissen). Sled Error (Fout met geopend tijdens Controleer of er iets is dat de slee) – Fout met slee van proces. beweging van het item (slee, servicestation De motor die de hefmechanisme, wisser) kan...
  • Pagina 244: Bijlage

    Bijlage Bijlage A – Printerspecificaties ..........243 Bijlage B – Toebehoren en optionele hardware ....245 Bijlage C – Back-up-/overdrachtspoort ......246 Bijlage D – Geleiderkit voor klein printmateriaal ...249 De geleiderkit voor klein printmateriaal installeren ........250 Bijlage E – Achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning met verlenging ....251 De achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning met verlenging installeren ....................251...
  • Pagina 246: Bijlage A - Printerspecificaties

    Bijlage A – Printerspecificaties AFDRUKRESOLUTIE Optimaal: 1600 x 1600 DPI Normaal: 1600 x 800 DPI SNELHEID (kleur of Maximaal 3600 pagina's op Letter-formaat per uur mono) Maximaal 8000 nr. 10-enveloppen per uur FORMAAT Minimaal: 76 mm x 102 mm (3" B x 4" L) PRINTMATERIAAL - optionele accessoires zijn beschikbaar voor kleinere printmateriaalformaten...
  • Pagina 247 TRANSPORT Transportsysteem met drukrollen en sterwielen ELEKTRISCH 100-240 VAC, 50/60 Hz, 2,5 A AFMETINGEN (bij 55,9 cm x 81,9 cm x 37,5 cm benadering) - printerbehuizing (zonder geïnstalleerde geleiders) 55,9 cm x 101,6 cm x 55,9 cm - met standaardgeleiders/-accessoires bevestigd en volledig uitgeschoven GEWICHT 49,4 kg alleen printer;...
  • Pagina 248: Bijlage B - Toebehoren En Optionele Hardware

    Bijlage B – Toebehoren en optionele hardware De volgende leverbare artikelen en optionele hardware zijn verkrijgbaar bij uw distributeur: TOEBEHOREN OND.NR. Printkopcartridge M5PRINT-N Veegroller 123-2924-N Zwarte inkttank (printer vereist 2) M5K250-N Cyaan inkttank M5C250-N Magenta inkttank M5M250-N Gele inkttank M5Y250-N Inkttankset (CMYKK) M5PACK-N Inktafvoerbakeenheid...
  • Pagina 249: Bijlage C - Back-Up-/Overdrachtspoort

    Bijlage C – Back-up-/overdrachtspoort Deze poort is mogelijk NIET aanwezig op alle MACH 6-printers. De USB-port, aan de voorzijde van de printer, kan worden gebruikt om back-ups te maken van opgeslagen afdrukjobs. Back-ups van afdrukjobs kunnen dan worden overgebracht (geüpload) naar een andere MACH 6-printer. Opgeslagen afdrukjobs zijn jobs die in het printergeheugen zijn opgeslagen voor toekomstig gebruik.
  • Pagina 250 Een technicus kan deze poort gebruiken om alle systeem-/job-/foutopsporingslogboekbestanden op te halen van de printer, zodat deze kunnen worden gearchiveerd voor toekomstige probleemoplossingsdoeleinden. Afzonderlijke job- en foutopsporingslogboekbestanden kunnen worden geopend vanuit de toolbox van de printer (Servicemenu's). Back-ups van afdrukjobs bevinden zich onder de map \prns op het USB-flashstation.
  • Pagina 251 Backup Logs (Back-up maken van logboeken) - Gebruik deze functie om een back-up te maken van alle systeem-/job-/foutopsporingslogboekbestanden op het USB-flashstation. Backup Print Jobs (Back-up maken van afdrukjobs) - Gebruik deze functie om een back-up te maken van alle opgeslagen jobs naar het USB-flashstation. Upload Print Jobs (Afdrukjobs uploaden) - Gebruik deze functie om alle opgeslagen jobs over te brengen van het USB-flashstation naar de printer.
  • Pagina 252: Bijlage D - Geleiderkit Voor Klein Printmateriaal

    Bijlage D – Geleiderkit voor klein printmateriaal De geleiderkit voor klein printmateriaal (onderdeelnr. 47-900-05) is een optioneel accessoire. Het maakt de invoer van kleiner, smaller printmateriaal zoals visitekaartjes (50,8 mm B x 88,9 mm L, 2" B x 3,5" L) mogelijk. Een minimumlengte van 3,5"...
  • Pagina 253: De Geleiderkit Voor Klein Printmateriaal Installeren

    De geleiderkit voor klein printmateriaal installeren [A] Gebruik de drie (3) schroeven (meegeleverd) om de zijgeleidersverlenging [B] te bevestigen aan de binnenzijde van de rechterzijgeleider met gebruikmaking van de drie (3) voorgeboorde gaten in de geleider. Installeer de achterste geleider voor smal printmateriaal [C] door de schroef/pen uit te lijnen met de opening aan de linkerzijde van de achterste geleider [D].
  • Pagina 254: Bijlage E - Achterste Geleider/Slee Voor Printmateriaalondersteuning Met Verlenging

    Bijlage E – Achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning met verlenging De achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning met verlenging (ond.nr. 47-116-06) is een optioneel accessoire. Het breidt het ondersteuningsbereik van lang printmateriaal uit tot 482,6 mm (19") voor stijf printmateriaal en tot 558,8 mm (22") voor flexibel printmateriaal. Inbegrepen: (1) Plaat voor achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning met verlenging Vereist gereedschap:...
  • Pagina 255 Verwijder de vergrendelknop [B] om de verwijdering van de achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning van de printer te voltooien. Verwijder de vergrendelknop en (2) schroeven [C], waarmee de slee en steunmoer [D] zijn bevestigd aan de originele achterste geleider voor printmateriaalondersteuning. Zorg dat u de steunmoer niet laat vallen en verliest.
  • Pagina 256 Installeer de slee op de achterste geleider voor printmateriaalondersteuning met verlenging. a. Breng de steunmoer [D] aan vanaf de onderzijde. b. Zet, terwijl u de steunmoer [D] op zijn plaats houdt, de slee vast op de steunmoer met gebruikmaking van de vergrendelknop en (2) schroeven [C] die zijn verwijderd in stap 3.
  • Pagina 257 Breng de achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning met verlenging aan op de printer. a. Breng de twee buitenste openingen in de achterste geleider/slee voor printmateriaalondersteuning op lijn met de bussen (inbusbouten). Breng vervolgens de vergrendelknop, die is verwijderd in stap 2lichtjes aan. b.
  • Pagina 258 A0129038/A- 05/12/2019...

Inhoudsopgave