Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Sluitertijdvoorkeuze

De camera kiest automatisch de diafragmawaarde die past bij de sluitertijd die u hebt ingesteld.
Stel de sluitertijd in voor het soort effect dat u wilt bereiken. Met snelle sluitertijden kunt
u snelbewegende onderwerpen toch scherp op de foto krijgen, terwijl u met een trage sluitertijd
bewegingsonscherpte krijgt waarmee u een effect van snelheid of beweging kunt creëren.
Een korte
sluitertijd kan een
snelle actie
"bevriezen"
zonder
bewegingson-
scherpte.
Stel de functieknop op S in en draai de regelaar om de diafragmawaarde in te stellen.
Diafragmawaarde
Sluitertijd
AF-teken
Stand
Fotograferen
Zoeker
TIPS
De foto is onscherp:
j Tijdens macro- en telefoto-opnamen is het risico groot dat u de camera niet stil genoeg houdt
waardoor de opname onscherp wordt. Om dit te voorkomen, kiest u een snellere sluitertijd,
of gebruikt u een statief met 1 of 3 poten.
De diafragmawaarde knippert:
j De camera kan de foto niet optimaal belichten. Voor meer informatie, zie 'Waarschuwingsindicatie
belichting' (gblz. 123).
Langere sluitertijd
Kortere sluitertijd
Door een langere
sluitertijd wordt
een opgenomen
snelle actie
onscherp. Deze
onscherpte roept
het gevoel van
een dynamische
beweging op.
4
47
NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

E-3

Inhoudsopgave