∫ Beschikbare flitsinstellingen voor de opnamefuncties
De beschikbare flitsinstellingen zijn afhankelijk van de opnamefuncties.
(±: Beschikbaar, —: Niet beschikbaar, ¥: Scènefunctie begininstelling)
‡
¢
ñ
±
—
·
±
±
—
¥
—
¥
—
¥
*
±
¥
+
±
¥
±
¥
0
±
¥
—
—
,
—
—
—
—
.
—
—
/
—
1
±
—
—
2
¢ Wanneer [‡] geselecteerd is, is [
onderwerp en helderheid.
•
De flitsinstellingen kunnen veranderen als de opnamefunctie verander wordt. Stel de
flitsinstelling opnieuw in indien nodig.
•
De flitsinstelling blijft opgeslagen memorised ook als u de camera uit zet. De flitsinstelling voor
de scènefunctie wordt weer op de oorspronkelijke instelling gezet als u de scènefunctie wijzigt.
•
De flits zal niet geactiveerd worden wanneer u bewegend beeld opneemt.
Gevorderd (Opname van beelden)
‰
—
—
—
—
±
±
—
—
±
—
—
±
—
—
±
—
—
±
—
—
±
—
—
±
—
—
±
—
—
—
—
—
—
—
—
¥
—
—
—
—
—
±
—
¥
±
], [
Œ
‡
—
±
3
±
:
±
±
;
±
±
í
±
—
±
ï
±
9
±
—
±
ô
—
±
—
±
5
—
¥
4
—
¥
7
±
¥
¥
¥
¥
<
±
¨
±
±
] of [
] ingesteld afhankelijk van het type
- 58 -
‰
—
—
±
—
¥
±
—
¥
±
—
—
±
—
—
—
—
—
±
—
—
—
—
—
¥
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
±
—
—
±
—
—
±
—
—
±
Œ
±
¥
—
±
—
±
—
¥
—
¥
—
¥
—
¥
—
—
—
¥
—
¥
—
¥
—
±
—
±
—
¥
—
±