VOORZICHTIG
DAGELIJKSE VEILIGHEIDS- EN PRESTATIECONTROLES VÓÓR
ELK GEBRUIK
OVERZICHT
Gebruik de Veiligheidscontroles vóór elk gebruik en dagelijkse controles van het voertuig om de
bedrijfsomstandigheden en prestaties van het voertuig te controleren.
Als een voertuig in slechte staat verkeert, dient het niet meer te worden gebruikt. Het buiten bedrijf
stellen voorkomt meer schade aan het voertuig en voorkomt ernstig letsel.
Als het voertuig buiten bedrijf is gesteld, neem dan contact op met uw dealer of distributeur voor
onderhoud en reparaties.
VILLAGER 2 - BENZINE
Gebruikershandleiding
TPCC01BJ00NL019 (Editie A)
Dagelijkse veiligheids- en prestatiecontroles vóór elk gebruik
ONBEDOELDE BEWEGINGEN VAN HET VOERTUIG KUNNEN
ERNSTIG PERSOONLIJK OF ZELFS DODELIJK LETSEL
VEROORZAKEN. SCHAKEL HET VOERTUIG UIT VOORDAT U UIT
HET VOERTUIG STAPT OF TIJDENS ONDERHOUD.
HET VOERTUIG IS NIET ONTWORPEN OM TE VOLDOEN AAN DE
(WETTELIJKE) VEREISTEN MET BETREKKING TOT
KINDERZITJES. KINDEREN DIE WETTELIJK VERPLICHT ZIJN EEN
KINDERZITJE TE GEBRUIKEN, MOGEN NIET IN HET VOERTUIG
WORDEN VERVOERD. U DIENT ZICH TE ALLEN TIJDE AAN
LANDELIJKE EN PLAATSELIJKE WETGEVING INZAKE
KINDERVEILIGHEID TE HOUDEN.
DIT VOERTUIG IS NIET BESTEMD VOOR GEBRUIK DOOR
PERSONEN (WAARONDER KINDEREN) MET BEPERKTE FYSIEKE,
ZINTUIGLIJKE OF MENTALE VERMOGENS OF PERSONEN MET
ONVOLDOENDE KENNIS OF ERVARING, TENZIJ DEZE
VOLDOENDE INSTRUCTIES HEBBEN GEKREGEN VOOR HET
GEBRUIK VAN HET VOERTUIG OF WORDEN BIJGESTAAN DOOR
EEN PERSOON DIE VERANTWOORDELIJK IS VOOR HUN
VEILIGHEID. KINDEREN MOETEN IN DE GATEN WORDEN
GEHOUDEN OM TE VOORKOMEN DAT ZE MET HET VOERTUIG
GAAN SPELEN.
BESTUUR HET VOERTUIG UITSLUITEND VANAF DE
BESTUURDERSPLAATS.
GEBRUIK HET VOERTUIG ALLEEN OP SPECIFIEKE PLAATSEN.
ALLEEN EEN GEAUTORISEERDE BESTUURDER MET RIJBEWIJS
MAG HET VOERTUIG BESTUREN.
GEBRUIK HET VOERTUIG ALLEEN MET INACHTNEMING VAN DE
PLAATSELIJKE EN LANDELIJKE WETGEVING.
WEES VOORZICHTIG ALS U HET VOERTUIG GEBRUIKT IN DE
BUURT VAN VOERTUIGEN MET EEN HOGERE SNELHEID, IN DRUK
VERKEER OF OP SLECHT TERREIN.
Bediening van het voertuig
Pagina 41
6