Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Installaties Met Indirecte Ontluchting; Reserveverbindingen Gasverwarmingsketel; Normale Verbindingen - Goodman GMS9 Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Vergrootte tussenruimte-opstelling
45 GRADEN ELLEBOGEN
MET LANGE DRAAI
OPMERKING: Gebruik geen in de handel verkrijgbare "naafl oze
connectoren" vanwege mogelijk confl icterend materiaal. De
lucht-/ afvoerpijp mag ook worden bevestigd met een pvc- of
ABS-elleboog of -koppeling met gebruik van de juiste lijm(zie
paragraaf IX, Materialen en verbindingsmethoden).
OPMERKING: Installeer bij installaties met indirecte ontluchting
minimaal één 90°-elleboog op het verbrandingsluchtaanvoer-
verbindingstuk om onopzettelijke blokkering te voorkomen.
I
NSTALLATIES MET INDIRECTE ONTLUCHTING
Installeer minimaal één 90°-elleboog op het verbrandingsluchtaan-
voer-verbindingstuk om onopzettelijke blokkering te voorkomen.
R
ESERVEVERBINDINGEN GASVERWARMINGSKETEL
Als de standaardlocaties niet geschikt zijn voor een bepaalde
installatie, zijn er reserveplaatsen op het zijpaneel beschik-
baar voor de lucht/ afvoer op de modellen met opwaartse
stroming. Gasverwarmingsketels met een neerwaartse stroom
hebben voorzieningen voor zowel reservelucht-/ -afvoerlei-
dingen als -verbrandingsluchtleidingwerk. Deze locaties kun-
nen vooral handig zijn voor rechtopstaande installaties met
opwaartse stroming, waarvoor extra toegang is vereist tot
een A-penbundel, of rechtopstaande installaties met neer-
waartse stroom, waarvoor extra toegang is vereist tot een
fi lter of elektronische luchtzuivering, of voor horizontale in-
stallaties, waarvoor gewenst is dat lucht-/ afvoerpijp (op- en
neerwaartse stroom) en verbrandingsluchtaanvoerleidingwerk
(alleen neerwaartse stroom) verticaal van de zijkant van de
kast afl oopt.
LUCHT-/ AFVOER
PIJP
90º pvc
RUBBER
ELLEBOOG
VERBINDINGSSTUK
(INDIRECTE ONTLUCH-
MET WORM
TING)
WIELKLEMMEN
OPWAARTSE
STROMING

NORMALE VERBINDINGEN

IO-GMS9-DU
V
E
N
T
LUCHT-/ AFVOER
PIJP
90º pvc
ELLEBOOG
RUBBER
(INDIRECTE ONTLUCH-
VERBINDINGSSTUK
TING)
MET WORM
WIELKLEMMEN
OF
NEERWAARTSE
STROOM
www.goodmanmfg.com
OPMERKING: Standaard- en reservelocaties mogen worden
gecombineerd (d.w.z. een installatie kan een standaard ver-
brandingsluchtaanvoerlocatie gebruiken, naar de reserve-
lucht-/ -afvoerlocatie), indien noodzakelijk.
D
E KANTEN VAN GEPERFOREERDE GATEN IN PLAATSTAAL KUNNEN SCHERP ZIJN
HANDSCHOENEN ALS VOORZORGSMAATREGEL BIJ HET VERWIJDEREN VAN AFDICHTSTOPPEN
R
-/
ESERVELOCATIE LUCHT
AFVOER
De reservelocatie lucht-/ afvoer is het grote gat dat recht-
streeks verbonden is met de inductieluchttrekventilatoruitlaat.
Om de reservelocatie lucht-/ afvoer te gebruiken, raadpleeg de
volgende stappen, de afbeelding "Lucht-/ afvoerpijpdoorsne-
des" en de afbeelding "Reservelocatie lucht-/ afvoer".
OPMERKING: Instructies voor neerwaartse stroom volgen na
die voor opwaartse stroming.
1.
Verwijder en bewaar de vier schroeven waarmee het lucht-/
afvoerverbindingsstuk met het bovenpaneel van de gasverwar-
mingsketel is bevestigd.
Toestel met neerwaartse stroom.
1.
Verwijder en bewaar de vier schroeven waarmee het lucht-/ af-
voerverbindingsstuk met de bodem van het toestel is bevestigd.
Verwijder ook de drie schroeven waarmee het interne lucht-/
afvoerleidingwerk met de ventilatorbodem is bevestigd.
2.
Toestellen met op- en neerwaartse stroom. Maak de wormwiel-
slangklemmen los op de rubberelleboog en verwijder deze van
zowel de inductieluchttrekventilator als de lucht-/ afvoerpijp.
3.
Toestellen met op- en neerwaartse stroom. Verwijder de lucht-/
afvoerpijp van de gasverwarmingsketel.
4.
Snijd de lucht-/ afvoerpijp op 95,3 mm (3,75 in) vanaf het
fl enseinde van de pijp. Zie afbeelding Snijden lucht-/ afvoer-
pijp Het pijpdeel dat is bevestigd aan het verbindingsstuk steekt
door het zijpaneel naar de inductieluchttrekventilator. Verwij-
der overgebleven pijp en ellebogen.
FLENS
SNIJD HIER
Toestel met neerwaartse stroom.
Snijd de lucht-/ afvoerpijp op 95,3 mm (3,75 in) vanaf het
ventilatorbodemverbindingsstuk. Zie afbeelding Snijden
lucht-/ afvoerpijp. Bewaar de lucht-/ afvoerpijp die is
bevestigd aan het ventilatorbodemverbindingsstuk voor
gebruik op de reservelocatie. Verwijder overgebleven pijp
en ellebogen.
5.
Verwijder de plastic dop uit de reservelocatie lucht-/ afvoer.
Herplaats en installeer de dop in de standaardlocatie lucht-/
afvoer (bovendeksel).
Toestel met neerwaartse stroom.
Verwijder de plastic dop uit de reservelocatie lucht-/ afvoer.
Herplaats en installeer de dop in de standaardlocatie lucht-/
afvoer (bodembak). Vul het overblijvende gat in de ventila-
torbodem met de plastic dop uit de afvoerpakkettas.
WAARSCHUWING
. G
EBRUIK
95,3 MM
(3,75 IN)
.
13

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Gds9

Inhoudsopgave