Aan de linkerkant van het display bevinden zich vier ledlampjes. Als de bijbehorende knop wordt bediend, zal het
bijbehorende lampje gaan branden.
Pagina 13/76
W11E| Bedieningshandleiding
Door op de knop E-S-H te drukken, kunt de bedieningsmodus voor uw systeem
instellen (E= Economy, S = Gemiddeld, H = Snel).
H-modus: Als deze modus is ingeschakeld, zijn de versnelling, vertraging en maximale
helling van het voertuig hoger. De modus is geschikt voor het vervoeren van een
grote lading en het in korte tijd oprijden van een steile helling, maar het kost extra
elektriciteit. Deze modus moet alleen bij uitzondering worden gebruikt.
S-modus: Alle parameters zijn iets langer dan in de H-modus.
E-modus: Alle parameters zijn geoptimaliseerd om energie te besparen. Dit is de
aanbevolen modus.
1.
Druk nadat de contactsleutel is omgedraaid 3 seconden op de enterknop om de
aanpassings- en diagnosemodus op te starten.
2.
Druk als de machine in bedrijf is 3 seconden op knop om de diagnosemodus te
starten.
3.
Als u in de diagnosemodus nogmaals op enter drukt, verlaat u deze modus en
wordt de entertoetst gebruikt voor het invoeren van de nieuwe
parameterwaarde.
1.
Druk op deze knop om in de aanpassings- of diagnosemodus de
parameterwaarde te verlagen.
2.
In de aanpassingsmodus kan de weergegeven parameterwaarde worden
verlaagd.
3.
Druk gedurende 1 seconde op de knop om het aantal kilometers of gewicht weer
te geven.
Opmerking: De knop voor omhoog is dezelfde als de knop voor omlaag. Sommige
functies van de enterknop en de omhoog- en omlaagknoppen zijn niet geactiveerd.
Waarschuwingslampje: ledlampje brandt rood
Verlichtingslampje: ledlampje brandt groen
De stuurschakelaar is ingeschakeld, de richtingaanwijzer is geactiveerd en het
ledlampje knippert groen.
Laag niveau remvloeistof: rood led-waarschuwingslampje (optioneel)
Oktober 2019