MicroRAE Gebruikershandleiding
9.4.1.5.
Startup Mode (Opstartmodus)
U kunt kiezen tussen Normal (Normaal) en Fast (Snel) opstarten. Bij normaal opstarten wordt
meer informatie tijdens het opstartproces weergegeven. Bij snel opstarten ziet u minder
informatie maar de tijd tussen inschakelen en uitlezen is korter.
9.4.1.6.
Password Access (Wachtwoordtoegang)
U kunt het wachtwoord weergeven en wijzigen. Het standaardwachtwoord is "0000". Dit moet
uit vier tekens bestaan.
9.4.1.7.
Zero At Start (Nul bij opstarten)
Als uw MicroRAE is geconfigureerd voor het uitvoeren van een nulkalibratie (zuivere lucht) bij
het opstarten (dit wordt Zero At Start/Nul bij opstarten genoemd), wordt de opstartroutine
onderbroken, zodat u een kalibratie met zuivere lucht kunt uitvoeren. U kunt kiezen uit On
(Aan) en Off (Uit).
9.4.1.8.
Average Type (Middelingstype)
U kunt het middelingstype voor het instrument opvragen en instellen. U kunt kiezen uit
Moving Average (Bewegend gemiddelde), TWA Average (TWA-gemiddelde) en No Average
Operation (Werking zonder gemiddelde).
9.4.1.9.
Back Light (Achtergrondverlichting)
De achtergrondverlichting van het display kan automatisch of handmatig worden ingesteld op
basis van de omgevingsverlichtingscondities en kan ook worden uitgeschakeld. Verder kunt u
de activeringswaarde voor de achtergrondverlichting bekijken en wijzigen.
9.4.1.10.
Messaging (Berichten)
U kunt vooraf geconfigureerde berichten ontvangen en instellen (maximumlengte is 20
tekens, waaronder spaties en symbolen).
9.4.1.11.
Datalogopties
Data Selection (Gegevensselectie). U kunt het gegevenstype voor de MicroRAE opvragen
en instellen. Opties zijn Minimum, Average (Gemiddeld), Maximum en Real Time (Realtime).
Log Mode (Logmodus). U kunt de logmodus van het instrument opvragen en instellen.
Opties zijn Datalog Start Type (Starttype van datalog) en Memory Full Action (Actie bij vol
geheugen)
Log Interval (Loginterval). U kunt het loginterval (in seconden) opvragen en instellen.
Opmerking: wanneer het instrument een alarm afgeeft, wordt het interval voor het loggen
van gegevens automatisch gewijzigd in 1 seconde tot het alarm wordt opgeheven. Dit geldt
voor de volgende alarmtypen:
Man-down-alarm
•
•
Paniekalarm
Gasalarm (waaronder vergrendeld) voor Low (Laag), High (Hoog), STEL, TWA,
•
LowLow (LaagLaag) en Over Range (Bereik overschreden)
9.4.1.12.
Gasinformatie
Gas Library Information (Gasbibliotheekinformatie). De huidige informatie in de
gasbibliotheek wordt weergegeven, waaronder de versie, datum, tijd en het totaal aantal gassen
in de bibliotheek. Deze worden voor optimale nauwkeurigheid afgestemd op de sensoren.
Custom Gas List (Lijst met aangepaste gassen). U kunt aangepaste gassen opvragen en
instellen in de bibliotheek van het instrument. U kunt een naam opgeven, formule,
gasnummer en parameters zoals moleculair gewicht, correctiefactor (CF), alarmen en
spanwaarde.
36