MicroRAE Gebruikershandleiding
Zodra u in programmeermodus bent, wordt het kalibratiescherm weergegeven. Druk op
[MODE] om door de programmeringsschermen te bladeren.
9.2. Programmeren in de geavanceerde modus
Als u de programmeermodus wilt activeren, houdt u [MODE] en [Y/+] ingedrukt totdat u het
kalibratiescherm ziet. In de geavanceerde modus is geen wachtwoord vereist. Opmerking:
bepaalde parameters kunnen alleen worden weergegeven of gewijzigd in ProRAE Studio II.
9.3. Menu's en submenu's
In de programmeermodus worden menu's en submenu's georganiseerd zoals hier is
weergegeven:
Calibration
Sensor On/Off
(Kalibratie)
(Sensor aan/uit)
Single Bump
Sensor On/Off
(Eén bump)
(Sensor aan/uit)
Single Zero
Sensor 2 On/Off
(Eén nul)
(Sensor 2
aan/uit)
Single Span
Sensor 3 On/Off
(Eén span)
(Sensor 3
aan/uit)
Multi Bump
Sensor 4 On/Off
(Meervoudige
(Sensor 4
bump)
aan/uit)
Kalibratie met
frisse lucht
Multi Span
Afsluiten
Clear
Monitor Setup
Datalog
(Monitor
(Datalog
instellen)
wissen)
GPS On/Off*
(GPS aan/uit*)
Set Site ID
(Site-ID
instellen)
Set User ID
(Gebruikers-ID
instellen)
28
Set Radio (Radio instellen)
BLE On/Off (BLE aan/uit)
NB-IoT aan/uit*****
Wifi aan/uit**
Historie verzonden**
Mesh-roaming
ingeschakeld***
Set PAN ID**** (PAN-ID
instellen****)
Set Channel**** (Kanaal
instellen****)