Regelen van de flitssterkte
U kunt de flitssterkte instellen tussen [+3] en [-3]. Deze functie is handig voor het
aanpassen van de belichtingsbalans tussen het onderwerp en de achtergrond
wanneer het onderwerp klein is of zich ver van de achtergrond bevindt. Op deze
wijze kunt u ook het contrast verbeteren (het onderscheid tussen lichte en donkere
partijen) waardoor uw foto's levendiger worden.
1
Geef live control weer (Blz. 20) en
selecteer het item Regelen van de
flitssterkte met FG.
2
Selecteer de correctiewaarde met HI
en druk op de knop i.
%
Tips
•
Informatie over flitser-bracketing: g
#
Let op
•
Dit werkt niet als de externe flitser is ingesteld op MANUAL.
•
Als u de flitssterkte op de externe flitser hebt ingesteld, wordt dit gecombineerd
met de flitssterkte-instelling van de camera.
•
Als u [w+F] hebt ingesteld op [ON], wordt de flitssterktewaarde opgeteld bij
de belichtingscorrectiewaarde. g "w+F" (Blz. 75)
Een externe flitser gebruiken die werd ontworpen
voor gebruik met deze camera
Optionele externe flitsers die werden ontworpen om te gebruiken met deze camera
ondersteunen een brede waaier aan opties voor flitserfotografie, waaronder
automatische flitsregeling, Super FP en draadloze flitsbediening (Blz. 105).
Andere externe flitsers
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het bevestigen van een
externe flitser die niet werd ontworpen voor gebruik met deze camera op de
flitserschoen van de camera:
•
Als u een verouderde flitser bevestigt die een stroom van meer dan 5 V doorgeeft aan
het contactpunt van de flitserschoen van de camera, zal dit de camera beschadigen.
•
Als u een flitser aansluit op de camera met contactpunten die niet beantwoorden
aan de Olympus-specificaties, kan dit de camera eveneens beschadigen.
•
Gebruik dergelijke flitsers alleen met de camera in de fotografeerstand M bij
sluitertijden langer dan 1/160 sec. en bij een andere ISO-instelling dan [AUTO].
•
De flitsregeling kan alleen worden uitgevoerd door de flitser handmatig in te stellen
op de ISO-gevoeligheid en de diafragmawaarde die geselecteerd zijn met de camera.
De helderheid van de flitser kan worden geregeld door de ISO-gevoeligheid of het
diafragma aan te passen.
•
Gebruik een flitser met een verlichtingshoek die geschikt is voor de lens.
De verlichtingshoek wordt meestal uitgedrukt in equivalente brandpuntsafstanden
van een kleinbeeldcamera.
"FL BKT (FL-bracketing)" (Blz. 49)
AUTO
e
e
S - AF
g
g
w 0.0
AUTO
P
OFF
OFF
ISO
3
NL