De helderheid van het onderwerp meten (meting)
U kunt kiezen hoe de camera de helderheid van het onderwerp meet.
1
Geef live control weer (Blz. 20) en
selecteer de meting met FG.
2
Selecteer een optie met HI en druk op i.
Digitale ESP-
G
meting
Lichtmeting met
nadruk op het
H
centrum
Spotmeting
I
Spotmeting - bij
IHI
veel lichte partijen
Spotmeting - bij veel
ISH
schaduwpartijen
3
Druk de ontspanknop half in.
•
Normaal begint de camera te meten wanneer de ontspanknop half wordt
ingedrukt en wordt de scherpstelling vergrendeld zolang de ontspanknop in
deze positie wordt gehouden.
Belichtingsvergrendeling (AE-lock)
Als AEL/AFL toegewezen wordt aan de knop < of R
(videobeelden), kan de knop in kwestie worden gebruikt
om de belichting te vergrendelen aan de gemeten waarde
(AE-lock). Gebruik deze functie wanneer u de belichting wilt
instellen op basis van een andere compositie dan deze van
de uiteindelijke opname. Normaal wordt de sluiterknop half
ingedrukt om zowel de scherpstelling (AF) als de belichting
(AE) te vergrendelen; om alleen de belichting te vergrendelen
maar niet de scherpstelling, drukt u op de knop < of R.
Door op de knop < of R (videobeelden) te drukken, wordt de belichting
vergrendeld op de waarde die voor het huidige onderwerp wordt gemeten.
Zolang de knop ingedrukt is, blijft de belichting vergrendeld en kunt u foto's
nemen door op de ontspanknop te drukken.
•
Om AE-lock te beëindigen, laat u de knop < of R (videobeelden) los.
De camera meet de belichting in 324 delen van het
kader en optimaliseert de belichting voor de huidige
scène of (als gezichtsherkenning ingeschakeld is)
het onderwerp van het portret. Deze methode wordt
aanbevolen voor normaal fotograferen.
Deze meetmethode berekent het gemiddelde
van de lichtniveaus van het onderwerp en de
achtergrond, maar het centrum van het beeld
telt hier zwaarder mee.
Kies deze optie om een klein gebied
te meten (ongeveer 2% van het kader)
en richt hierbij de camera op het object
dat u wilt meten. De belichting wordt
aangepast op basis van de helderheid
van het gemeten punt.
Verhoogt de belichting van de spotmeting. Zorgt ervoor
dat lichte onderwerpen licht worden weergegeven.
Verlaagt de belichting van de spotmeting. Zorgt ervoor
dat donkere onderwerpen donker worden weergegeven.
e
ESP
P
e
J 5
5 5
HI
SH
ISO
AUTO
AEL
P
250 F5.6
250
s
AE-lock
AUTO
e
S - AF
g
g
OFF
OFF
ISO
AUTO
2
L
N
38 38
NL