Het diafragma instellen (diafragmavoorkeuzestand A)
In de stand A stelt u het diafragma in en past de camera automatisch de
sluitertijd aan voor een optimale belichting.
1
Draai de functieknop naar A.
2
Nadat u op de knop F (F) hebt
gedrukt, gebruikt u FG om het
diafragma in te stellen.
3
Maak foto's.
•
Een groter diafragma (lager f-nummer) vermindert de scherptediepte (het
gebied voor of achter het scherpstelpunt waarop is scherpgesteld), waardoor
de achtergrond waziger wordt weergegeven. Een kleiner diafragma (hoger
f-nummer) verhoogt de scherptediepte.
Bij een lagere
diafragmawaarde
(f-waarde)
Preview-functie
Als [PREVIEW] (Blz. 80) toegewezen is aan de knop <
of R (videobeelden), kunt u het diafragma stoppen op
de geselecteerde waarde door te drukken op de knop
< of R (videobeelden), waardoor u de scherptediepte
kunt bekijken op de monitor. g "; FUNCTION,
R FUNCTION" (Blz. 80)
ISO
AUTO
A
250 F5.6
250
Diafragmawaarde
Bij een hogere
diafragmawaarde
(f-waarde)
Knop R (videobeelden)
<-knop
2
L
N
38 38
NL