Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Cn1 En Cn2 Parameters; Instelling Van Het Debiet Van Het Directe Circuit - REMEHA Eria Tower Ace Installatie-, Gebruikers En Servicehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Afb.75
Toegangspad
>
Installateur > Installateurcode 0012 > Menu 'Geavanceerd' > Configuratiecode instellen > EHC–08
Afb.76
7.5

CN1 en CN2 parameters

Afb.77
MW-1002317-2
7.6

Instelling van het debiet van het directe circuit

7777889 - v06 - 27032023
2. Configureer Datum en tijd.
3. Configureer de functie Autom. zomertijd.
4. Stel de parameters CN1 en CN2 in. De waarden zijn te vinden op de
typeplaat van de binnenunit. Ze staan ook in de onderstaande tabel.
De CN1 en CN2 parameters informeren het systeem over de uitvoer
van de buitenunit en het type bijverwarming van de installatie. Ze
kunnen worden gebruikt om de parameters te preconfigureren op
basis van de configuratie van de installatie.
Deze parameters zijn ook toegankelijk na ingebruikstelling:
MW-6000866-02
5. Selecteer Bevestigen om de instellingen op te slaan.
6. De warmtepomp begint zijn ontluchtingscyclus.
Punten om te controleren:
Na ingebruikstelling heeft sanitair-warmwaterbereiding prioriteit. Blijf in
1x
deze bedieningsmodus om de temperatuur te laten stijgen en controleer
of de warmtepomp goed werkt.
Lees de aanvoertemperatuur.
Als aan het einde van de ontluchtingscyclus de warmtepomp niet start,
controleer dan de aanvoertemperatuur op de gebruikersinterface. De
aanvoertemperatuur moet hoger zijn dan 10 °C om de buitenunit te laten
starten. Dit beschermt de condensor tijdens het ontdooien.
De CN1 en CN2 parameters worden gebruikt om de warmtepomp te
configureren op basis van de uitgang van de geïnstalleerde buitenunit.
Alleen de waarden CN1 en CN2 op het typeplaatje zijn geldig.
Tab.36
Buitenunit
AWHPR 4 MR
AWHPR 6 MR
AWHPR 8 MR
?
CN1=
CN2=
Verwarmingsinstallaties moeten te allen tijde een minimum debiet kunnen
garanderen. Als het debiet te laag is, kan de warmtepomp zichzelf
uitschakelen voor zijn eigen veiligheid; de verwarmings-, koelings- en
sanitair-warmwaterfuncties zijn dan niet langer gegarandeerd.
Belangrijk
Als de aanvoertemperatuur lager is dan 10 °C, starten de back-
ups in plaats van de buitenunit. De buitenunit neemt het over
zodra de aanvoertemperatuur 20 °C is.
7 Inbedrijfstelling
CN1
CN2
Dompelaar
13
11
15
11
17
11
61

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave