11.8
Het energieverbruik bewaken
Afb.141
MW-6000865-02
Afb.142
MW-6000890-1
Tab.84
Parameter
Energieverbruik CV
Energieverbruik SWW
Energievrbr. koeling
Energielevering CV
Energielev.SWW
Energielev. koeling
Ttl energielevering
11.9
Het starten en uitschakelen van de warmtepomp
11.9.1
Warmtepomp starten
7777889 - v06 - 27032023
Als de watertemperatuur lager is dan 8 °C, start de circulatiepomp.
Als de watertemperatuur lager is dan 6 °C, start de bijverwarming op.
Bij een watertemperatuur hoger dan 10°C schakelt de bijverwarming uit
en draait de circulatiepomp kort na.
De radiatorkranen in de vorstgevoelige ruimtes moet wel helemaal
opengedraaid zijn.
Als uw installatie is voorzien van een energiemeter, kunt u uw
energieverbruik volgen.
1. Druk op de toets
2. Selecteer
3. Selecteer Energieteller.
Beschrijving
Energieverbruik voor centrale verwarming (kWh)
Energieverbruik voor sanitair warm water (kWh)
Energieverbruik voor koeling (kWh)
Thermische energielevering voor centrale verwarming (kWh)
Thermische energielevering voor sanitair warm water (kWh)
Thermische energielevering voor koeling (kWh)
Totale thermische energielevering (kWh)
1. Schakel de buitenunit, de binnenunit en de dompelaar tegelijkertijd in.
2. Indien een storingsmelding op het beginscherm wordt weergegeven,
moet er contact opgenomen worden met de installateur.
.
Gebruikersinstellingen.
De energie die werd verbruikt sinds de laatste reset van de
energieverbruikmeter wordt weergegeven:
Belangrijk
De buitenunit wordt gevoed via de installatieautomaat.
De binnenunit wordt gevoed via de installatieautomaat en de
knop ON/OFF.
De dompelaar wordt gevoed via de installatieautomaat.
De warmtepomp start een automatische ontluchtingscyclus (die
ongeveer drie minuten duurt), draai dit iedere keer als de stroom
wordt ingeschakeld. In geval van problemen wordt de
storingsmelding op het beginscherm weergegeven.
11 Werking
113