Handmatig opslaan van voorkeuzezenders
1
Stem met de handmatige of automatische
zoekfunctie af op een radiozender die u in het
voorkeuzegeheugen wenst op te slaan.
2
Raak [P1/2] aan om de functiegids te veranderen.
3
Houd een van de voorkeuzetoetsen [P.SET 1] tot
[P.SET 6] minstens 2 seconden ingedrukt.
De gekozen zender is nu in het geheugen opgeslagen.
4
Herhaal deze procedure om tot 5 andere zenders
op dezelfde frequentieband op te slaan.
Om deze procedure te gebruiken voor andere
frequentiebanden, kiest u gewoon de gewenste
frequentieband en herhaalt u de procedure.
In totaal kunnen 30 zenders worden opgeslagen in het
voorkeuzegeheugen (6 zenders per frequentieband:
FM1, FM2, FM3, MW of LW).
• Als reeds een voorkeuzegeheugen werd ingesteld onder hetzelfde
voorkeuzenummer, wordt dit gewist en wordt de nieuwe zender
opgeslagen in het geheugen.
Auto memory van voorkeuzezenders
De tuner kan automatisch 6 sterke zenders in de gekozen
frequentieband zoeken en deze opslaan in volgorde van hun
signaalsterkte.
Raak na het kiezen van de gewenste band [A.MEMO]
aan.
De tuner zoekt automatisch de 6 sterkste zenders en slaat ze in
volgorde van hun signaalsterkte op in [P.SET 1] tot [P.SET 6].
Als het automatisch opslaan is voltooid, gaat de tuner naar de
zender die is opgeslagen in [P.SET 1].
• Als geen zenders werden opgeslagen, zal de tuner terugkeren naar
de oorspronkelijke zender waarnaar u luisterde voor de aanvang
van de automatische opslag in het geheugen.
Afstemmen op voorkeuzezenders
U kunt met behulp van de voorkeuzenummers afstemmen op de
voorkeuzezenders op elke frequentieband die in het geheugen staan.
1
Raak na het kiezen van de gewenste
frequentieband [P1/2] aan om de functiegids te
veranderen.
2
Raak een van de voorkeuzetoetsen [P.SET 1] tot
[P.SET 6] aan waarop een zender werd
opgeslagen.
De voorkeuzezender wordt ontvangen.
Werking van RDS
AF (alternatieve frequenties) in- of
uitschakelen
RDS (Radio Data System) is een radio-informatiesysteem dat gebruik
maakt van de 57 kHz-onderdraaggolf van normale FM-uitzendingen.
RDS maakt het mogelijk allerhande informatie, waaronder
verkeersinformatie en zendernamen, te ontvangen en automatisch
opnieuw af te stemmen op een sterkere zender die hetzelfde
programma uitzendt.
1
Raak [SETUP] aan op het hoofdbronscherm.
Het SETUP-keuzescherm wordt weergegeven.
2
Raak [RDS] aan.
Het display gaat over naar het RDS-modusscherm.
3
Raak [AF] aan om AF (alternatieve frequenties) in
de ON- of OFF-modus te zetten.
• Als de ON-modus van AF werd gekozen, stemt het toestel
automatisch af op een zender met een sterk signaal in de AF-lijst.
• Gebruik de AF OFF-modus als automatische herafstemming niet
vereist is.
4
Raak [RETURN] aan om terug te keren naar het
vorige scherm.
Tips
• Wanneer het toestel het signaal PTY31 (nooduitzending) ontvangt,
zal het alleen "ALARM" weergeven op het display als PTY31 is
ingeschakeld. Raadpleeg "PTY31-ontvangst (nooduitzending)
instellen" (pagina 34) voor de bediening.
• De digitale RDS-gegevens omvatten de volgende informatie:
PI
Programma-identificatie
PS
Programmadienstnaam
AF
Lijst met alternatieve frequenties
TP
Verkeersprogramma
TA
Verkeersmelding
PTY
Programmatype
EON
Verbeterde andere netwerken
• Raadpleeg het gedeelte GENERAL instelling (pagina 34) voor
meer informatie over "Instellen van het zoeken volgens
programma-identificatie (PI SEEK)", "Regionale (lokale) RDS-
zenders ontvangen" en "Weergavetaal van programmatype (PTY)
omschakelen" en "PTY31-ontvangst (nooduitzending) instellen".
13
-NL