Telefoonfuncties
Snelkiezen –
FUNCTIE 0
gebruik
Een extern telefoonnummer kiezen via een code van twee of drie cijfers.
Er zijn twee soorten snelkiescodes: systeem (01-70 of 001 tot 255)
en persoonlijk (71 tot 94). Systeemsnelkiescodes kunnen vanaf
elk toestel in het systeem worden gebruikt. Systeemsnelkiescodes
worden toegewezen door de Systeembeheerder.
Persoonlijke snelkiescodes worden uitsluitend op uw toestel gebruikt.
Bellen met een snelkiescode:
1. Druk op FUNCTIE 0.
2. Voer de code van twee of drie cijfers voor het nummer in.
Snelkiezen –
Persoonlijke snelkiesnummers programmeren:
programmeren
1. Druk op FUNCTIE *4.
2. Voer een tweecijferige code tussen 71 en 94 in.
3. Geef de externe lijn op door op een lijntoets, een lijngroeptoets
4. Kies het telefoonnummer dat u wilt programmeren (maximaal 24 cijfers).
5. Druk op WACHT
6. Noteer de code en het nummer die u zojuist hebt geprogrammeerd.
Opmerking: u kunt geen persoonlijke snelkiesnummers programmeren
terwijl een andere gebruiker iets programmeert in uw systeem.
Stil
Toets Handsfree/stil of Stil
Druk op deze toets als u niet wilt dat uw gesprekspartner iets hoort
van u tijdens een handsfreegesprek. De displayverlichting naast de toets
knippert als de stil-functie is ingeschakeld. De stil-toets op de telefoons
van de T-serie en i-serie kan worden gebruikt voor alle gesprekken.
Opmerking oproepaankondiging: een gesprek dat uit de wachtstand
wordt gehaald na een oproepaankondiging staat niet altijd op 'stil'.
Varianten
* (niet beschikbaar of afhankelijk van de set)
Taal selecteren FUNCTIE *501: selecteer de primaire taal voor de telefoondisplay.
FUNCTIE *502: selecteer de alternatieve taal voor de telefoondisplay.
FUNCTIE *503: selecteer de tweede alternatieve taal voor de telefoondisplay.
FUNCTIE *504: selecteer de derde alternatieve taal voor de telefoondisplay.
NN40170-101 Gebruikershandleiding voor telefoonfuncties
of de intercomtoets te drukken. Als u geen externe lijn opgeeft,
kiest het systeem automatisch een lijn voor het gesprek.
mei 2010 13