Ga als volgt te werk om het aanvoerdebiet van de verstuiver te
controleren:
open de brander volgens de aanwijzingen op pag. 17,
positioneer de verstuiver, simuleer de ontsteking en voer het
wegen uit bij de maximum en minimum druk.
Als er bij het maximumdebiet van de verstuiver (maximumdruk op
terugloop) drukschommelingen op de manometer 2) vastgesteld
worden, verlaag dan lichtjes de druk totdat de schommelingen
verdwijnen.
5.13
Pomp
5.13.1 Technische gegevens
Pomp
Min. debiet bij een druk van 40 bar
Drukveld bij toevoer
Max. onderdruk bij aanzuiging
Viscositeitswaarde
Max. temperatuur stookolie
Max. druk bij toevoer en terugloop
IJking druk in de fabriek
Legenda (Afb. 21)
1
Aanzuiging
2
Terugloop
3
Koppeling vacuümmeter
4
Koppeling manometer
5
Drukregelaar
20147269
D11321
Afb. 21
G 3/4" (RLS 1000/M)
G 1" 1/2 (RLS 1200/M)
G 1"
G 1/4"
G 1/4"
Installatie
N.B.
bij het verlaten van de fabriek is de brander afgesteld met een
maximumdruk op de terugloop van ongeveer 19,5 bar en een
toevoerdruk van ongeveer 22 bar.
RLS 1000/M MX
VBHRG
1160 kg/uur
9 - 40 bar
0,6 bar
6 - 800 cSt
140 °C
5 bar
22 bar
5.13.2 Aanzuiging van de pomp
Zorg ervoor, alvorens de brander te starten, dat
de terugloopleiding naar de tank niet verstopt is.
Een eventuele verstopping zou de afdichting op
OPGELET
de pompas kunnen beschadigen.
Voor de zelfopwekking van de pomp (Afb. 21) is het nodig
om de schroef 4) van de pomp los te draaien om de lucht in
de aanzuigleiding af te laten.
Start de brander, sluit daarvoor de afstandsbedieningen.
Controleer, zodra de brander start, de rotatierichting van de
waaier van de ventilator.
Indien er stookolie lekt uit schroef 4), is de pomp
aangezogen.
Stop de brander en schroef de schroef 4) vast.
De duur van deze handeling hangt af van de diameter en de
lengte van de aanzuigleiding.
Als de pomp bij een eerste start niet aangezogen wordt en de
veiligheidsstop van de brander in werking treedt, wacht ongeveer
15 sec., ontgrendel de brander en herhaal de startfase.
Enzovoort.
Na iedere 5-6 ontstekingen dient men 2-3 minuten te wachten om
de transformator te laten afkoelen.
Verduister de vlambeveilinging niet om de vergrendeling van de
brander te voorkomen, de brander valt hoe dan ook 10 seconden
na de start stil.
Deze bovenstaande handeling is mogelijk, omdat
de pomp bij het verlaten van de fabriek gevuld is
met brandstof.
OPGELET
Indien de pomp leeg is, vul deze met brandstof via
de vacuümmeteraansluiting 4)(Afb. 21) alvorens
de pomp te starten, anders loopt deze vast.
Vul de leiding met een afzonderlijke pomp indien
de aanzuigleiding langer is dan 20-30 m.
22
NL
RLS 1200/M MX
VBHGRP
1660 kg/uur
9 - 40 bar
0,6 bar
6 - 800 cSt
140 °C
5 bar
22 bar
Tab. L