Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

A - Dagelijks Of Om De 10 Werkuren - Manitou MAN GO 12 Handleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor MAN GO 12:
Inhoudsopgave

Advertenties

A - DAGELIJKS OF OM DE 10 WERKUREN

A1 – ALGEMENE INSPECTIE
De machine minutieus inspecteren en controleren of er geen scheurtjes in de lasnaden zitten, of er geen sprake is van corrosie
of constructiefouten, of de schroeven niet loszitten of ontbreken, of er geen hydraulische lekkage is, of de bedieningskabel
niet beschadigd is en of de elektrische aansluitingen niet loszitten.
Controleer de verankeringspunten op de mand en controleer of er geen scheurtjes in de lasnaden zitten, of er geen sprake
is van corrosie of constructiefouten
Het dodemanspedaal in de mand controleren en controleren of er geen voorwerpen zijn die de correcte werking van het
pedaal verhinderen.
A2 – FUNCTIONELE CONTROLE
Iedere storing van de hoogwerker moet worden opgespoord voordat men de hoogwerker in werking stelt. De storing identificeren en de hoogwerker buiten bedrijf stellen.
Tijdens het manoeuvreren met de hoogwerker (heffen, draaien...) moet u om u heen en boven u kijken. In het bijzonder letten op elektrische kabels en alle overige
NOODSTOP
- De noodstopknoppen indrukken op het bedieningspaneel op de grond.
• Resultaat: de motor moet tot stilstand komen en geen enkele functie mag actief zijn.
- De rode knop van de noodstop in de aan-stand zetten en de motor weer opstarten.
De test uitvoeren met de noodstopknop in de mand om hetzelfde resultaat te verkrijgen.
FUNCTIES DODE MAN
- Zonder de knop in te drukken voor het valideren van de hefbeweging, ook wel dodeman genoemd, een heffunctie op
de hoogwerker selecteren.
• Resultaat: de hoogwerker mag niet omhoog gaan.
- De knop voor het valideren van een heffunctie, ook wel dodeman genoemd, indrukken en een heffunctie op de
hoogwerker selecteren.
• Resultaat: de hoogwerker moet omhoog gaan.
Deze test uitvoeren op de functies heffen, dalen, draaien bovenwagen en overbrenging, om hetzelfde resultaat te verkrijgen.
GELUIDSIGNAAL
- Op de knop van de claxon in de mand drukken
• Resultaat: de claxon moet afgaan.
FUNCTIES HEFFEN/DALEN
- Selecteer alle hef- en daalfuncties vanaf het bedieningspaneel op de basis (onderste arm en telescooparm - slingerarm
- uitschuiven en intrekken slingerarm telescoop - uitschuiven en intrekken telescooparm).
• Resultaat: de hoogwerker moet omhoog gaan en vervolgens omlaag gaan.
- Selecteer alle hef- en daalfuncties vanaf het bedieningspaneel in de mand (onderste arm en telescooparm - slingerarm
- uitschuiven en intrekken slingerarm telescoop - uitschuiven en intrekken telescooparm).
• Resultaat: de hoogwerker moet omhoog gaan en vervolgens omlaag gaan.
RICHTING
Opmerking: bij het uitvoeren van de tests met betrekking tot de richting en de overbrenging, moet men in de hoogwerker
gaan staan met het gezicht in de verplaatsingsrichting van de machine.
- Op het bedieningspaneel in de mand, de richtingsbediening selecteren.
• Resultaat: de stuurwielen moeten gaan draaien in de geselecteerde richting.
OVERBRENGING EN REMMEN
- Een overbrengingsbediening selecteren
• Resultaat: de machine moet zich gaan verplaatsen in de richting aangegeven door de witte pijl wat betreft het rijden
vooruit en door de zwarte pijl voor het achteruit rijden en moet dan tot stilstand komen als men de knop loslaat.
OVERBRENGINGSSNELHEID IN DE WERKMODUS
- De onderste arm en telescooparm opheffen en/of de telescoop uitschuiven en/of de slingerarm van de telescoop uitschuiven.
- Een overbrenging verrichten.
• Beoogde resultaat: de overbrenging moet tot stand komen in de werksnelheid.
t
BELANGRIJK
Een test zone kiezen op een stevige en vlakke ondergrond zonder hindernissen.
voorwerpen die zich kunnen bevinden in het werkbereik van de hoogwerker.
t
3 - 10
CONTROLEREN
CONTROLEREN

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave