De
geldende,
nationale
veiligheidstechnische, arbeidsgeneeskundige en wegverkeerregelgeving moeten worden aangehouden.
Eigenmachtige veranderingen aan de machine doen een aansprakelijkheid van de fabrikant voor daaruit
resulterende schade komen te vervallen.
5.2 Algemene veiligheidstechnische instructies en
ongevallenpreventievoorschriften
De exploitant heeft deze handleiding gelezen en begrepen voordat hij de eg gebruikt.
De exploitant moet zijn personeel indien nodig opleiden en instrueren. Het personeel moet de
handleiding hebben gelezen en begrepen voordat deze de eg gebruikt.
Houd de handleiding altijd binnen handbereik van de eg om deze te kunnen raadplegen.
Geef de handleiding door bij het doorgeven van de eg.
Gebruik de machine niet wanneer u moe bent of onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen.
Voer voor elke inbedrijfstelling van de machine en de tractor een controle uit op verkeers- en
bedrijfsveiligheid!
Controles voor en tijdens het gebruik en het regelmatig verzorging en onderhoud van de machine
moeten worden uitgevoerd.
Neem de algemeen geldende veiligheids- en ongevallenpreventievoorschriften in acht!
Op de machine aangebrachte waarschuwings- en instructieborden geven belangrijke informatie over
een veilig gebruik; het aanhouden daarvan is voor uw eigen veiligheid!
Houd bij gebruik van de openbare weg de geldende regelgeving aan!
Maak u voor aanvang van de werkzaamheden vertrouwd met alle inrichtingen en
bedieningselementen en met de functies daarvan. Tijdens het werken is dat te laat!
De gebruiker moet nauw sluitende kleding dragen! Vermijd loshangende kleding!
Houd de machine schoon om brandgevaar te voorkomen!
Controleer voor het opstarten en voor de inbedrijfstelling de directe omgeving! (Kinderen!) Let op
voldoende zicht!
Meerijden tijdens het werken en de transportrit op de machine is verboden!
Koppel de machine aan conform de voorschriften en alleen op de voorgeschreven inrichtingen!
Bij het aan- en afkoppelen van machines aan of van de tractor is bijzondere voorzichtigheid
geboden!
Breng bij het aanbouwen en afbouwen de steuninrichtingen in de juiste stand! (standvastigheid)
Breng gewichten altijd conform de voorschriften aan op de daarvoor bedoelde bevestigingspunten!
Houd de toegestane asbelasting, totaalgewicht en transportafmetingen aan!
Transportuitrusting
beschermingsinrichtingen controleren en monteren!
Verlaat nooit de cabine tijdens het rijden!
Rijgedrag, stuur- en remgedrag worden ook door aangebouwde of aangekoppelde machines en
ballastgewichten beïnvloed. Let daarom op voldoende stuur- en rembekrachtiging!
Houd bij het rijden door een bocht rekening met het uitzwenken en/of de massatraagheid van de
machine!
Neem de machine alleen in bedrijf, wanneer alle veiligheidsinrichtingen zijn aangebracht en in de
beveiligingsstand staan!
Verblijven in de werkzone is verboden!
Kom niet in het draai- en zwenkbereik van de machine!
Hydraulische klapramen mogen alleen worden bediend, wanneer er geen personen binnen het
zwenkbereik aanwezig zijn.
Op extern bediende delen (bijv. hydraulisch) zijn beknellings- en letselplaatsen aanwezig!
Let bij onderdelen, die met de hand worden versteld, altijd op een goede standvastigheid!
Bij snel gereden machines met grondaangedreven werktuigen: gevaar na het uittillen door
nalopende massatraagheid! Pas benaderen, wanneer deze geheel stil staan!
Voor het verlaten van de tractor de machine op de grond plaatsen, de motor uitschakelen en de
contactsleutel uitnemen!
Tussen de tractor en de machine mag niemand zich ophouden, zonder dat het voertuig tegen
wegrollen is beveiligd door het aantrekken van de parkeerrem en/of het plaatsen van een wielblok!
ongevallenpreventievoorschriften
–
zoals
bijv.
Vertaling van de originele handleiding
en
de
verlichting,
waarschuwingsinrichtingen
andere
algemeen
erkende
en
evt.
Pagina 7